‘Slutshaming is niet oké’, betoogde Milou Deelen (24) in een filmpje dat drie jaar geleden viral ging. Inmiddels is ze uitgegroeid tot één van de bekendste jonge feministen van Nederland.
Ze sprak zich destijds uit tegen slutshaming bij Vindicat, het Groningse studentencorps, waar ze toen nog lid was. Inmiddels is ze gestopt met haar studie en woont ze weer in Amsterdam, waar ze vandaan komt. Deelen is journalist en schrijft een boek met vriendin en feminist Daan Borrel dat in mei uitkomt – over het krabbenmandeffect onder vrouwen.
Waarom had je dat slutshaming-filmpje ook alweer gemaakt?
‘Ik had al heel snel door dat er wat mis was bij het corps. Eerst waren het allemaal kleine dingen: dat ik werd gewaarschuwd om niet met te veel jongens te zoenen voordat ik iets had gedaan, want dan ben je laag, terwijl mannen juist stoer zijn als ze veel vrouwen “neuken”.
‘Anderhalf jaar later werd er een lied over mij geschreven, een jaarlijkse traditie van een mannendispuut, over de grootste slet van het jaar. Als ik jongens daarop aansprak, dat ik het niet leuk vond, werd er steeds gezegd: het is maar een grapje. Ik dacht: jij vindt het niet grappig en ik ook niet, dus dat is een slap excuus. Het was intimiderend, vernederend en ik schaamde me heel erg tegenover iedereen. Iedereen wist dat het over mij ging. Supergênant.
‘Daarnaast zei ik ook tegen vriendinnen dat ik me er heel rot over voelde. Dan zeiden heel veel vrouwen: trek het je niet zo aan, volgende keer gaat het wel over een ander meisje. Dat vond ik zo’n rare redenatie, want dat praat het toch niet goed? En hoe kan ik het me niet persoonlijk aantrekken als het over mij gaat? Wat echt vet is, is dat de traditie om een jaarlijks slettenlied te schrijven na mijn filmpje is afgeschaft. Door je mening te uiten kun je dingen veranderen.’
Inmiddels ben je actief als feminist, in de journalistiek en op social media, en strijd je onder andere tegen seksuele intimidatie.
‘Daar moet je je tegen blijven uitspreken. Er wordt te weinig over gepraat, waardoor slachtoffers zich heel erg schamen. Ze worden niet geloofd, of mensen vinden het onzin. Ik krijg zoveel berichten van vrouwen die zeggen: bedankt dat je dit doet, want hierdoor voel ik me gehoord, heb ik het gevoel dat er naar me wordt geluisterd. Dus die bewustwording is heel belangrijk.
‘En dingen zoals een klap op de bil, dat soort intimidatie, dat is genormaliseerd, maar het ís niet normaal – het is niet normaal dat iemand ongevraagd aan je gaat zitten.’
Maar daar moet je toch iets van zeggen op het moment dat het gebeurt? Het verdwijnt toch niet door erover te praten?
‘Dan leg je de verantwoordelijkheid bij het slachtoffer, victim blaming, in plaats van bij de dader. En erover praten is wel stap een.’
Wat is stap twee?
‘De daders, of potentiële daders, zijn het probleem, niet de vrouwen die het wordt aangedaan. Dus supergoed als je er wat van zegt op zo’n moment, maar er zijn natuurlijk ook vrouwen die dat niet kunnen of durven. Uiteindelijk is het vooral een mannenprobleem. Dus daar zouden we iets aan moeten doen: mannen leren dat dat niet kan.’
Dat gebeurt nu dus niet? Wordt mannen zo expliciet aangeleerd dat dat wel mag?
‘Op de basisschool zelfs al: “Meisjes plagen, kusjes vragen.” Daar leren jonge jongens, kleuters nog: ga maar over een meisje haar grenzen heen, en als ze het niet leuk vindt, dan vraagt ze eigenlijk kusjes. Dan leer je dus niet dat “nee” betekent dat je moet stoppen. En als meisje leer je ook dat dat leuk is, ook al vind je het niet leuk.'
‘Ik heb vaak genoeg met jongens in bed gelegen, dat ik zei: nee, ik wil dit niet. “Jawel, jawel, jij wil dit wel”, zei hij dan. Soms bleef ik volhouden, maar soms heb ik dingen tegen mijn zin in gedaan, omdat ik dacht dat het erbij hoorde. Ik denk dat er veel vrouwen zijn die het niet kunnen of durven om “nee” te zeggen.’
Denk je dat zo’n filmpje tot verandering leidt, of zorgt het er juist voor dat mensen er heel hard tegenin gaan?
‘Dat heb je altijd. Misschien dat mensen stoer doen tegen elkaar, maar ’s avonds in hun bed liggen en denken: misschien heeft ze toch wel een punt. Negatieve reacties bevestigen ook vaak het probleem. Als iedereen toen om mijn filmpje had geapplaudisseerd, was er niet echt een probleem geweest. Terwijl er nu mensen zeiden: wat een slet. Nou, kijk: you prove my point.’
Mensen vinden dit soort activisme ook irritant omdat het op aandachttrekkerij lijkt. Als ik naar jouw Instagram kijk, denk ik: is dat nou allemaal nodig?
‘Dat is precies het doel. Als mensen mij een aandachttrekker vinden: top! Want ik vraag wel aandacht voor onderwerpen waarvan ik denk dat ze heel veel aandacht verdienen. Wie zich afvraagt of dat nog wel nodig is, kijkt echt niet verder dan zijn eigen neus lang is. Je weet niet hoeveel vrouwen er nog worden verkracht, gewoon omdat ze vrouw zijn. Als jij daar geen last van hebt, superfijn, maar dat betekent niet dat anderen er geen last van hebben. Het is een privilege om te kunnen denken dat het niet nodig is.’
Waarom post je bijvoorbeeld een foto van jezelf in een witte onderbroek met een bloedvlek erin?
‘Als ik doorlekte op de middelbare school, schaamde ik me kapot. Hoe fijn zou het zijn als daar normaal over gedaan werd? Poepen, wat iedereen doet, daar hangt toch minder schaamte omheen dan menstruatie.
‘Ik snap dat zo’n foto heftig is, want dit zien we niet veel – dat is juist het probleem. Als ik gewoon een tekstje had geschreven: “Nou mensen, vanaf nu vind ik dat we daar minder moeilijk over moeten doen”, dan had iedereen gedacht: prima. Maar nu was er superveel ophef. Dat is wat ik wil, zo komt de discussie op gang.
‘We zien ons niet gerepresenteerd in de media. We zien geen doorgelekte onderbroeken, in Always-reclames is het bloed blauw, en is het één druppel. Trouwens, dit is nog een fucking keurige foto. Het is één klein rondje bloed. Je moet eens weten hoe het echt is als ik doorlek, helemaal op mijn benen zit het dan. Als we hiervan al schrikken…’
Vind je ook weleens iets heel anders dan verwacht wordt van een feminist?
‘Ja, nou, ik denk het wel. Toevallig heb ik net een stuk voor Vice geschreven, over dat ik een schaamlipcorrectie heb gehad, en dat dat niet betekent dat ik geen feminist ben. Daar heb ik wel twee jaar mee gewacht: moet ik daar wel over schrijven? Ik denk dat heel veel mensen zich daarover zullen verbazen omdat ik eerst ook dacht dat het mijn feminisme tegensprak, maar ik strijd ervoor dat alle vrouwen er mogen zijn.’
Milou Deelen, Instagram als spandoek. Annie Romein-Verschoorlezing, Academiegebouw, donderdag 5 maart, 20.00u
Schrijfster en historica Annie Romein-Verschoor (1895–1978) promoveerde in 1935 in Leiden op het proefschrift Vrouwenspiegel, over de Nederlandse romanschrijfster na 1880. Ze debuteerde in 1928 met een kinderboek. Later schreef ze onder meer een roman over het leven van Hugo de Groot, essays over literatuur, memories over haar links engagement en inzet voor de emancipatie van vrouwen. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog speelde ze een belangrijke rol in het Comité van Waakzaamheid tegen het fascisme. Samen met haar man Jan Romein was ze een voorvechter van het marxisme.