Drie uur en twintig minuten per dag, dat is vijftig dagen per jaar. Zo lang brengen jongvolwassenen gemiddeld achter hun mobiel door, stelt I&O Research. En eigenlijk is dat best begrijpelijk, de smartphone geeft gebruikers namelijk te allen tijde toegang tot vermaak, comfort en contact.
Maar al dat gemak heeft ook een prijs: concentratie- en slaapproblemen, een lagere levenstevredenheid, oog-, hand-, en nekklachten, prestatiedruk en natuurlijk… FOMO: fear of missing out.
Dat excessief telefoon- en socialemediagebruik tot problemen kan leiden merkt ook Aislinn Hughes (22, international relations). ‘Ik kan me een stuk slechter concentreren dan vroeger en merk dat ik slechter slaap. Als ik wakker lig, ga ik juist weer op mijn mobiel kijken, zodat ik in een soort vicieuze cirkel beland. Ook lijden mijn ogen en postuur onder de hoeveelheid tijd die ik achter mijn telefoon of laptop doorbreng.’
Maar het alternatief, níet kijken, stelt haar ook niet gerust. ‘Als je niet op je mobiel kijkt, heb je vaak het gevoel dat je allerlei belangrijke dingen mist, terwijl dat eigenlijk helemaal niet zo is. FOMO kan een onrustig gevoel geven.’
‘Verder kan het zijn dat je door veel telefoongebruik een verknipt wereldbeeld krijgt’, vreest Hughes. ‘Enerzijds zie je op sociale media een vertekend positief beeld van de levens van anderen, die vaak alleen de leuke dingen over zichzelf posten. Veel jonge mensen kunnen bijvoorbeeld ontevreden over hun eigen leven worden omdat ze online worden geconfronteerd met het perfecte leven van influencers.
Anderzijds kan je juist fatalistisch en negatief worden. Je ziet online namelijk voortdurend nieuwsberichten waarin je te horen krijgt wat er allemaal fout gaat in de wereld. Ik merk dat het veel met me doet om dag in dag uit berichten over oorlogen en crises te lezen.’
Voor het hersenloze tijdverdrijf
Hughes besteedt gemiddeld vierenhalf uur per dag aan haar mobiel. ‘Dat vind ik eigenlijk te lang, maar ik moet voor mijn stage bij de Tweede Kamerfractie van GroenLinks goed op de hoogte zijn van alle actualiteiten. Ik gebruik mijn telefoon voor het lezen van kranten en boeken maar mijn meeste schermtijd gaat toch wel naar WhatsApp, Tiktok en Instagram.’
‘Of ik zou kunnen stoppen met sociale media? Ik denk het niet’, aldus Hughes. ‘Het is gewoon erg praktisch. Ik kan bijvoorbeeld altijd contact opnemen met vrienden of familie in het buitenland. Whatsapp is een soort basisbehoefte geworden. Met Instagram zou ik misschien wel kunnen stoppen, dat gebruik ik voornamelijk voor het hersenloze tijdverdrijf.’
Ook een student rechtsgeleerdheid (23), die liever anoniem blijft, zit zo’n vierenhalf uur per dag op zijn telefoon. ‘Meestal op YouTube of WhatsApp’, zegt hij. ‘Instagram heb ik tegenwoordig niet meer omdat ik daarop de hele tijd van die korte filmpjes keek. Daar was ik veel te veel tijd aan kwijt die ik ook aan leuke of productieve dingen kan besteden zoals studeren of chillen met vrienden.’
Maar in plaats van op Insta, kijkt hij nu juist steeds meer zogeheten ‘Shorts’ op YouTube. ‘Die korte filmpjes zijn de grootste boosdoener. Vaak ben ik onbewust een kwartier aan het scrollen. Ik word daar ook niet echt blij van, dus eigenlijk zou ik daarmee moeten stoppen en die app gewoon moeten verwijderen.’
Hij denkt dat zijn slaap en concentratie te lijden hebben onder zijn mobielgebruik. ‘Als mijn telefoon niet in de buurt is, kan ik me een stuk beter concentreren. Als ik aan het studeren ben, leg ik hem ver weg. Dat helpt wel. En als ik naar bed ga, kijk ik vaak nog een uur op mijn telefoon. Als ik daarna probeer te slapen lukt het vaak niet, en dan pak ik mijn telefoon er uiteindelijk weer bij. Soms slaap ik om vier uur ’s nachts nog niet.’
Meerderheid wil minder schermtijd
Hoewel smartphones het sociale leven aanzienlijk vereenvoudigen, ziet hij ook de afstand tussen mensen groeien. ‘Door mijn telefoon zonder ik me soms meer af. Dan zit ik in mijn kamer filmpjes te kijken in plaats van met mensen te chillen. In onze fusie zitten alle huisgenoten soms tijdens een gesprek op hun telefoon te kijken. Ikzelf ook wel eens. Eigenlijk is dat heel apart.’
Net als Hughes en de rechtenstudent vindt de grote meerderheid van de jongvolwassenen dat ze te veel achter hun telefoon zitten, blijkt uit onderzoek van het Trimbos-instituut. Aangezien apps er alles aan doen om aandacht te trekken en gebruikers online te houden, is het nog niet zo eenvoudig om die schermtijd te verminderen.
Toch doen sommigen hun best. Boy Coene (24, culturele antropologie) stopte onlangs compleet met sociale media. ‘Een paar maanden geleden was ik buiten Europa op reis en had ik geen data. Toch opende ik telkens de Instagram-app en ging onbewust berichten bekijken die ik allemaal al had gezien. Sociale media zijn dus zo verslavend dat je soms uit een reflex je mobiel erbij pakt.’
Het roer moest om, concludeerde hij. ‘Mijn schermtijd was zo’n vijf uur per dag. Ik was soms een uur lang alleen maar aan het scrollen. Ik dacht: wat heb ik nou in godsnaam met mijn tijd gedaan? Toen ik helemaal klaar was met die tijdverspilling heb ik alle sociale media van mijn mobiel verwijderd.’
Hij is zeer tevreden met zijn besluit. ‘Het heeft veel positieve effecten. Ik heb ineens veel meer vrije tijd waarin ik leuke dingen kan doen zoals vogelspotten en vissen. Mijn concentratie is verbeterd en ik heb meer waardering voor de wereld om me heen gekregen. Allemaal omdat ik niet meer de hele tijd word afgeleid door dat ding.
‘Het meest verrassende is nog wel dat ik sociale media totaal niet mis. De dingen die de moeite waard zijn om te horen krijg je altijd wel mee via WhatsApp of in normale gesprekken. Voor de rest is er vooral een heleboel nutteloze informatie op social media te vinden. Wat moet ik ermee? Die wereld is toxic: alles is er altijd blij, mooi en leuk. Mensen houden de schijn op of proberen aandacht te krijgen.’
Acht uur per dag
‘Heel veel studenten zijn verslaafd aan hun telefoon’, vermoedt hij. ‘Sommigen zitten wel acht uur per dag op hun mobiel. Ik merk ook vaak dat mensen tijdens een gesprek op hun telefoon zitten. Daar stoor ik me aan; dat is gewoon ongezellig. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt ook dat mensen een gesprek minder waarderen als hun telefoon op tafel ligt.’
Ook Louis-Philippe Bazelier (25, researchmaster Egyptologie) gebruikt, op WhatsApp na, geen social media. ‘Ik heb ooit Hyves gehad, maar dat is heel lang geleden. Ik heb totaal niet het gevoel dat ik iets mis. Als iets echt belangrijk is, vertellen mensen het me gewoon.
‘Ik merk dat ik meer in het moment leef dan de mensen om me heen’, vertelt Bazelier. ‘Als ik met vrienden uitga, zie ik ze vaak naar hun telefoon grijpen. Ik zeg er niets van, maar het valt me wel op. Veel mensen moeten constant worden geëntertaind. Ik heb dat niet.’
Dan laat hij zijn schermtijd zien: ‘Vandaag twintig minuten.’
Bazelier denkt niet dat hij in de toekomst een account zal aanmaken: ‘Als je eraan begint is het heel lastig om er weer vanaf te raken. Ik kom niets tekort, slaap lekker en kan me goed concentreren. Ik ben altijd prima bereikbaar voor mensen die me willen bellen. Ik denk dat veel studenten er gebaat bij zijn om af en toe hun telefoon weg te doen. Het is natuurlijk hun eigen keuze, maar het is prima te doen zonder sociale media. Probeer het eens, zou ik zeggen.’
‘Socialemediagebruik is niet direct gerelateerd aan symptomen als angst en depressie’, vertelt neurowetenschapper Michelle Achterberg. Ze is gespecialiseerd in hersenontwikkeling en sociaal gedrag bij jongeren en kinderen en heeft onderzoek gedaan naar de effecten van socialemediagebruik op het brein en het welzijn van adolescenten.
‘Het kan zijn dat jongeren die al lijden onder angst of depressie eerder veel op sociale media zitten omdat ze op zoek zijn naar verbinding, maar dan gaan die symptomen dus vooraf aan het gebruik. Wel is het zo dat je minder tijd hebt voor leuke of nuttige dingen als je veel op je telefoon zit. Tijd doorbrengen met vrienden of familie en productieve tijdsbestedingen zijn beschermende factoren tegen angst en depressie. Het kan dus zo zijn dat mensen die lang op hun mobiel zitten daardoor vatbaarder zijn voor angst en depressie dan mensen die die tijd met hun vrienden doorbrengen.’
Achterberg raadt aan om een uur voor het slapen niet meer op je smartphone te kijken. ‘Het blauwe licht kan je biologische klok in de war brengen. Dat verstoort de aanmaak van melatonine, het hormoon waarvan je slaperig wordt. Telefoongebruik in de avond kan dus slaapmoeilijkheden veroorzaken, maar dat geldt bijvoorbeeld ook voor werken aan een opdracht op je computer.’
‘Ook zijn mobiele telefoons erg afleidend: ze zijn gemaakt om de hele tijd je aandacht te trekken. Als je je slecht kan concentreren is het daarom misschien beter om je mobiel uit te zetten of in je tas te doen als je gaat studeren.’
De psychologe denkt dat de voordelen van mobielgebruik uiteindelijk opwegen tegen de nadelen. ‘Het is bijvoorbeeld makkelijker geworden om aansluiting te vinden met leeftijdsgenoten en gelijkgestemden voor mensen die daar in het echte leven moeite mee hebben. Uiteindelijk moet iedereen zelf een gebalanceerde manier vinden om met zijn of haar telefoon om te gaan. Die balans kan er voor iedereen anders uitzien. Het kan dus nuttig zijn om voor jezelf na te gaan wanneer je je mobiel echt wilt gebruiken, en wanneer je erdoor wordt verstoord. Op basis daarvan kan je kijken hoe jij het best met je telefoon kunt omgaan.’
Probeer eens een tijdje zonder, geeft ze als tip mee. ‘Een week of maand detoxen van je mobiel of sociale media is een goede manier om erachter te komen waar jij je telefoon echt voor nodig hebt, en wanneer je gebruik tot problemen kan leiden. Op basis daarvan kan je je schermtijd op een goede manier aanpassen.’