In 2003 verhuisde Jack (40), die vanwege privacyredenen niet met zijn achternaam in de krant wil, naar een mooie studentenkamer in een groot studentenhuis in Leiden. Inmiddels afgestudeerd woont hij daar nog steeds. En als het aan hem lag, bleef hij er nog jaren. ‘Ik heb het hier altijd naar mijn zin!’
Dat zit er helaas niet in. Begin dit jaar ontving hij bericht van DUWO. Hij, en ongeveer 150 andere bewoners, moeten binnenkort hun studentenkamer verlaten.
Tegenwoordig kunnen studenten na hun afstuderen niet meer in een woning van DUWO blijven wonen. Eind 2006 werd namelijk het zogeheten campuscontract opgesteld. Zodra een student niet meer ingeschreven staat bij een universiteit, moet hij of zij binnen zes maanden de woning verlaten.
Aangezien Jack en de 150 anderen uit de tijd voor het campuscontract komen, konden zij jaren in hun kamer blijven wonen.
Aan deze jaren komt nu een einde. Begin 2017 kregen deze bewoners bericht van DUWO. Hen werd een keuze voorgelegd: of ze verklaarden dat ze hun kamer binnen zes maanden zouden verlaten, of er zou een rechtszaak tegen hen worden aanspannen.
Een vergelijkbare rechtszaak in Amsterdam had ervoor gezorgd dat een bewoner op grond van dringend eigen gebruik uit zijn studentenkamer van DUWO werd gezet. Hierdoor kozen de meeste bewoners de verklaring te tekenen.
Hans Pluim, vestigingsdirecteur van DUWO Leiden, staat volledig achter dit beleid. ‘We willen graag nieuwe studenten kunnen verwelkomen. Deze oudere bewoners passen simpelweg niet in ons bestemmingsplan’
Het tekort aan studentenkamers is groot. In maart 2016 waren er nog 2000 studenten die een kamer in Leiden zochten. De 150 kamers die nu vrij komen, zijn dus hard nodig, vindt Pluim.
Ook Martine van de Luitgaarden (36) kreeg bericht. Sinds 2006 heeft zij een kamer in een groot studentenhuis in Leiden. ‘Voor mij is het gewoon goedkoop wonen.’ Martine geeft toe dat de beslissing voor haar wel heel nadelig is, maar vindt het beleid begrijpelijk. ‘Het is niet de schuld van DUWO. Ik snap dat er ruimte moet worden gemaakt voor eerstejaars. Soms voel ik mij ook schuldig tegenover huisgenoten. Ik hoor hier niet meer.’ Ook Jack toont begrip. ‘Ik vind het erg jammer, maar natuurlijk snap ik het ook wel.’
De timing laat echter wel wat te wensen over. ‘Het is wel heel ongelukkig gepland. De woningmarkt is nu heel druk. Nieuwe eerstejaars, expats, internationals, allemaal zoeken ze nu naar woonruimte.’ Pluim geeft toe dat DUWO hier niet bij stilgestaan heeft: ‘Er moesten wat voorbereidingen worden getroffen, op juridisch en administratief gebied. Toen dat gebeurd was, zijn we gewoon mensen gaan benaderen.’
Hoe de zoektocht naar nieuwe woonruimte gaat? ‘Kut’, zegt Jack, ‘De wachtrij voor een sociale huurwoning is veel te lang en voor veel appartementen moet je vier keer de huurprijs verdienen, daar kom ik simpelweg niet aan. In het ergste geval beland ik onder de brug.’
Ook Martine heeft nog niks gevonden. ‘Als ik niets vind, zal ik terug moeten naar mijn ouders.’
Wat betreft nieuwe woonruimte heeft DUWO, volgens Jack, een steekje laten vallen. ‘Ik zei nog, geef maar aan waar ik heen kan, ik ben best bereid iets meer te betalen, maar ik moest het zelf maar uitzoeken.’ Hans Pluim snapt niet waarom er een tegemoetkoming zou moeten zijn. ‘Deze bewoners hebben jarenlang heel goedkoop kunnen wonen, daar hebben ze ontzettend veel geluk mee gehad.’
Op 1 januari 2018 moeten de kamers leeg zijn. Tot die tijd zijn Martine en Jack nog hard op zoek.
Echt veel zorgen maakt Jack zich niet. ‘Ik vraag me alleen af wie er volgend jaar de cocktails voor het huisfeest maakt.’