We hebben het onmogelijke gepresteerd. De digitale verhuizing is een feit. Het onderwijs loopt. Studenten worden begeleid. We videoconferencen, podcasten, discussiëren online, bloggen, vloggen, Skypen en zoomen zonder zelfs maar Zoom te gebruiken.
Dat gaat dus best goed.
En we hebben geen strategische plannen nodig gehad. Bevindingen van de visitatiebezoekingen zijn grotendeels irrelevant gebleken. Hiërarchische structuren blijken er vooral nog te zijn om de werknemer van de werkplek weg te houden en anders om zouteloze mailtjes te schrijven waarin ons wordt voorgehouden ‘de moed erin te houden’. Examencommissies draaien bijkans met de duimen omdat er geen toestemming meer wordt gevraagd om toetsvormen ingrijpend te wijzigen.
Zoals Willem van der Does hier eerder betoogde: wij docenten hebben nu weer van de macht geproefd en die geven we niet meer terug. Ik ben het daar volmondig mee eens. Dit is het moment om controlemechanismen (in de wet verankerd of niet) uit het raam te kieperen, om externe visitaties en instellingstoetsen te zien voor wat ze zijn: doorzichtige pogingen tot werkverschaffing voor academische geschoolden.
En ik stel voor nog een stapje verder te gaan. Immers, op de schouders van reuzen is het goed staan en met permissie klim ik even op de schouders van collega Van der Does.
We houden niet alleen de macht die feitelijk weer de onze is, maar we veroveren de universiteit ook weer terug. En dat is hard nodig, want terwijl wij ons de benen uit het lijf liepen om online onderwijs mogelijk te maken, hielden the powers that be zich onledig met iets anders: plots werd aangekondigd dat het onderwijs voor volgend semester grotendeels online blijft, dat we een nieuwe rector hebben en dat de selectie van nieuwe collegevoorzitter aanstonds is. Allemaal zonder enige vorm van consultatie laat staan inspraak van de grotere academische gemeenschap.
Dat moet dus anders.
Onrealistische kletskoek van een wereldvreemde academicus, hoor ik u brommen? Zeker. Wereldvreemd want wezenlijk anders dan waaraan we gewend zijn geraakt, onrealistisch want het bestaat niet. Nog niet. Bedenk wel, wie had twee maanden geleden deze wereld kunnen voorspellen?
De primaire taak van het onderwijs verkeert nu in een positie van macht. Nu nog die van onderzoek en van maatschappelijke dienstverlening erbij betrekken. En dat doen we het beste zelf. Wij. Iedereen die onderwijst, onderzoekt, maatschappelijk dienstverleent of deze drie primaire taken direct mogelijk maakt.
Het is onzinnig om brede maatschappelijke heroverwegingen en de smallere Leidse (zoals de beslissing tot online onderwijs, wie onze nieuwe rector wordt of het al dan niet kannibaliseren van tijdelijke docenten zoals bij International Studies) aan anderen over te laten als deze ten eerste óns aangaan. Want let wel, houden we het niet tegen, dan komen er bezuinigingen, reorganisaties en andere door spreadsheets verordonneerde malligheden. Het harde werken om alle colleges online te krijgen is zo vergeten als deze crisis achter ons ligt.
Dus laten we het ijzer smeden nu het nog heet is. We zijn inderdaad aan heroverweging en herijking toe, maar het is zaak zélf te herijken, zodat dat juist gebeurt en niet op andermans voorwaarden die voortkomen uit andermans - en ons wezensvreemde - doeleinden.
Er is verantwoordelijkheidsgevoel voor nodig, en lef, vooral om die niet-noodzakelijke werkelijkheid resoluut af te wijzen die ons al jaren door de strot wordt geduwd, te weten dat de universiteit een bedrijf is en bedrijfsmatig geleid dient te worden. En dat een ongeziene Raad van Toezicht praktisch gezien absolute zeggenschap heeft over wie ons bestuurt.
Wij hebben nu de gelegenheid om deze ongewenste werkelijkheid door een andere te vervangen die onze existentiële voorkeuren beter weerspiegelt en die de maatschappij beter van dienst zal zijn. De bedrijfsmatige universiteit is immers niet anders dan de natte droom, pardon, de existentiële voorkeur van de zelfkickende manager. En, zoals wijlen mijn grootmoeder placht te zeggen, de werkelijkheid is wat je er van maakt.
Als we in 2021 nog steeds met een bedrijfsmatige functionerende universiteit zitten die steeds meer collega’s in draaideurconstructies vermorzelt, die hoog benoemt zonder inspraak, die amechtig protesteert tegen weer nieuwe bezuinigingen, onderzoek opoffert aan onderwijs en hiërarchie verheiligt, dan is het onze eigen stomme schuld.
Er zou gereorganiseerd moeten worden, fluistert men ietwat dreigend in de wandelgangen. Prima. Maar laten we dat niet aan de hiërarchie overlaten, maar zelf die hiërarchie reorganiseren. Wij, studenten en medewerkers, wij zijn de universiteit. Wij zijn onafhankelijk in geest en moeten dat worden in vlees. Wij moeten ons onafhankelijk verklaren. De universiteit zijn wij.
Remco Breuker is hoogleraar Koreastudies