‘Zouden ze echt zover gaan om me monddood te maken?’ Dat schreef Marije Vlaskamp, journalist van de Volkskrant in 2023. In haar naam waren een jaar eerder bommeldingen gedaan, onder andere bij de Chinese ambassade in Den Haag. ‘Deze situatie past precies in het scenario waarmee ik de afgelopen 24 uur ben bedreigd.’ Vlaskamp was jarenlang correspondent in China en bleef als redacteur buitenland kritische stukken schrijven, onder andere over de onderdrukking van de Oeigoeren.
Naar aanleiding van de kwestie wilde de Tweede Kamer een onderzoek naar de invloed van de Chinese overheid op de Nederlandse media. Wetenschappers Susanne Kamerling en Ardi Bouwers voerden dat uit. Hun rapport verscheen vorige week.
China wordt steeds actiever als het gaat om inmenging en invloed, stellen de onderzoekers, al is dat vaak lastig te meten. Zo ook bij de zaak Vlaskamp. ‘De politie en het openbaar ministerie hebben onderzoek gedaan’, vertelt Kamerling. ‘Daar is niet zoveel uitgekomen, maar dat is ook het lastige. Bijna nooit is aan te tonen dat de Chinese Partijstaat achter zulke acties zit.’
Vijanden aanvallen
Wel zijn er vergelijkbare incidenten. De Australische mensenrechtenactivist Drew Pavlou werd in 2022 in Groot-Brittannië opgepakt en zat een dag in de cel. ‘In zijn naam was een bommelding gedaan bij de Chinese ambassade in Londen.’
Het lijkt op de tactieken die het zogeheten Verenigd Front gebruikt, aldus de onderzoeker. ‘Dat is een organisatie die onderdeel is van de Communistische Partij en als doel heeft “vrienden te mobiliseren om vijanden aan te vallen”’ en is in het buitenland breed vertakt. ‘Alleen al in Zweden zijn er iets van 130 aan het Verenigd Front-gelieerde organisaties.’
‘In China zelf is het veel duidelijker wat er gebeurt. Uit een survey die we onder correspondenten hebben gedaan blijkt dat de werkomstandigheden steeds moeilijker worden.’ Zij worden geïntimideerd, bedreigd en zijn soms zelfs slachtoffer van fysiek geweld. ‘Ik ben op één dag meermalen fysiek aangevallen door een “gang” in Guangdong, waar ik berichtte over lokale verkiezingen’, aldus een anonieme correspondent in het rapport.
‘Uiteindelijk werd ik door een lokale official weggebracht naar de dichtstbijzijnde stad. Onderweg stopte hij nog een keer, zodat enkele mannen me nog wat klappen konden geven.’
Kamerling: ‘Het intimideren van bronnen komt ook vaak voor. Correspondenten kunnen daardoor bijna geen verhalen meer maken.’
Maar ook buiten China zijn er bedreigingen. Een klokkenluider uit Xinjiang, de regio waar veel Oeigoeren wonen, die in Nederland verblijft, kreeg een doodsbedreiging via Facebook. Zij zou ‘in stukjes gesneden in de zwarte kliko in haar voortuin belanden’.
Ook Chinese studenten in Nederland die kritisch zijn, worden hard aangepakt. ‘Zij krijgen intimiderende berichten of hun de familie in China wordt onder druk gezet. Studenten durven zich niet uit te spreken in collegezalen en willen geen papers schrijven over gevoelige onderwerpen. Iedereen heeft WeChat op zijn telefoon en via dit online sociaal netwerk van het Chinese bedrijf Tencent kun je heel makkelijk iemand aangeven bij de autoriteiten.’
Vrouwen vaker mikpunt
Vrouwen lijken vaker het mikpunt van acties te zijn. ‘Wellicht worden ze als kwetsbaarder gezien. Er verschijnen bijvoorbeeld escort-advertenties in naam van de persoon, waardoor ze lastig worden gevallen.’
China maakt ook gebruik van een softe aanpak. ‘Dan moet je denken aan propaganda en desinformatie. Als er bijvoorbeeld een kritisch verhaal verschijnt over Xinjiang proberen ze dat te verdrinken in propaganda. Als je dan op de regio googelt, staan er op de eerste pagina’s allemaal positieve verhalen.’
Een andere tactiek is het aanmaken van nepprofielen: de zogeheten Spamouflage-campagne. ‘Dat overkwam cartoonist Bart van Leeuwen. Op X werd een nepprofiel gepubliceerd met anti-Amerikaanse en pro-China cartoons die zogenaamd van hem waren.’
Verder zijn er nepwebsites die lijken op lokale media: de Paperwall-campagne. ‘Daar staan echte berichten van bijvoorbeeld de NOS, maar ook allerlei nepnieuws, propaganda en complottheorieën.’
Publieke opinie-oorlog
Kamerling wijst ook op de samenwerking tussen persbureaus AP, Reuters en de Chinese staatstelevisie CGTN. ‘Die hebben een deal gesloten - met name voor videobeelden- waardoor persbureaus indirect Chinese propaganda verspreiden. Ook de NOS heeft daarmee te maken. Sinds kort zet de omroep het materiaal van CGTN in een aparte map, zodat het niet per ongeluk gebruikt wordt door een onervaren redacteur.’
In het rapport staan de nodige aanbevelingen. ‘Het begint bij meer bewustwording. Hoofdredacteuren en chefs van buitenlandredacties zijn lang niet altijd bekend met de problematiek. Er moet veel meer kennis komen. Nieuwsorganisaties zijn een target. Het is nodig om te leren hoe je je moet weren in de psychologische en publieke opinie-oorlog, die voor China, en ook Rusland, een bewuste strategie is.’
Verder stellen de onderzoekers voor om onafhankelijke Chinese en aan China gerelateerde diasporamedia te creëren en financieel te ondersteunen. Het kabinet moet ook meer doen om propaganda van buitenlandse actoren in Nederland tegen te gaan. ‘Er is wel een desinformatiestrategie, maar die moet meer toegespitst worden op de doelstellingen van verschillende autoritaire landen.’
De aangekondigde bezuinigingen op het hoger onderwijs en dan met name op talen zijn dan ook ‘funest’, zegt ze. ‘Als je wil dat er structurele kennis blijft bestaan over China en Rusland dan is het wel zaak dat je mensen opleidt die de taal spreken en de politiek en cultuur kennen.’