Cultuur
De voorstelling EENENTWINTIG over de clusterfuck die het studentenleven is
De voorstelling EENENTWINTIG, die wordt gespeeld in echte studentenkamers, toont de worsteling van de huidige generatie studenten. ‘Het idee dat iedereen alle kansen heeft, is heel verneukeratief.’
Emiel Beinema
donderdag 18 april 2024
Foto Marc de Haan

‘In een keer scrollen zie je vermoorde kinderen in Gaza én zie je bossen die gekapt worden én zie je… Dat heb je allemaal in twintig seconden te verstouwen terwijl je eigenlijk even wilt ontsnappen.’

Jongeren hebben het niet makkelijk, vindt Stijn Dijkema (31). Hij is regisseur van de voorstelling EENENTWINTIG van het PS Theater dat woensdag 17 tot en met zondag 21 april speelt in de Makerscentrale.

EENENTWINTIG begint op een verrassingsfeestje voor Pascal, die maar niet op komt dagen. Van daaruit vertrekt het publiek in drie groepen naar studentenkamers, waar drie eenentwintigjarigen ieder een scène spelen. Terwijl de bezoekers naar de volgende kamer lopen, luisteren ze een podcast die de onderwerpen uit de scène in een nationale context plaatsen.

Sterre van Woudenberg (23) speelt een van de studenten. Haar (naamloze) personage wil voldoen aan het perfecte plaatje, maar ook goed zijn voor de wereld. Dat levert spanning op, vertelt Van Woudenberg: ‘Je moet eigenlijk niet vliegen en je moet tweedehands kleren kopen. Dat geeft veel druk, zeker als je je van zulke dingen bewust bent. Ze wil het heel graag goed doen, maar ze is ook gewoon eenentwintig en wil leven. Als iemand anders dat leuke truitje heeft, weet ze: eigenlijk moet ik het niet doen, ik heb het niet nodig, maar… Op die leeftijd ben je een beetje hypocriet, maar daar kun je ze niet voor blamen, dat gebeurt gewoon.’

Janken

Dat is voor eenentwintigers van nu anders dan voor hun ouders, denkt Jonathan Pilgram (26). Hij is een van de bijna honderd bewoners van het voormalige Stadsbouwhuis, waar de voorstelling speelt. Hij ging, net als enkele huisgenoten, in op de uitnodiging van regisseur Dijkema om te komen praten over hun leven en zo inspiratie te bieden voor de voorstelling. Hij vermoedt dat sociale media een groot effect hebben. ‘Je ziet daar dat mensen altijd gelukkig zijn. Niemand plaatst een foto dat ‘ie aan het janken is, dat is geen toegestane emotie. Als je dus in een bootje zit met je vrienden, moet je altijd lachen alsof er een instagramfoto gemaakt wordt, want wie weet gebeurt dat wel.’

Van Woudenberg: ‘Dat zegt mijn moeder ook altijd. Zij wist van misschien vijf vrienden wat er zich in hun leven afspeelde omdat ze hen dagelijks sprak, maar nu zie je elke dag van vijfhonderd mensen wat ze aan het doen zijn.’

Dat geldt ook voor ellende, voegt Dijkema toe: ‘Ik kan me voorstellen dat de hoeveelheid ellende wereldwijd ongeveer gelijk is aan toen, maar nu zie je het meteen als er bijvoorbeeld een school shooting is in Utah. Ik denk dat je dat in de jaren ‘70 niet een half uur daarna al wist.’

Van Woudenberg: ‘Of zelfs live.’ Dat leidt volgens hen niet alleen tot een gevoel van onmacht, maar ook tot druk om gelukkig te zijn omdat we het hier beter hebben dan op veel andere plekken.’

‘Het ontploft een beetje en dat is lekker om te spelen’

Daarbij komt dat we anders over geluk zijn gaan praten, voegt Dijkema toe: ‘Shakespeare schreef over “unfortunate ones”: mensen die niet gezegend waren door het fortuin. Nu hebben we het over losers: jíj bent niet succesvol. Die schijn dat iedereen alle kansen heeft, is denk ik heel verneukeratief. Hoe kun jij het nou niet maken in een land waar alle kansen zijn? Dan ben jij gewoon een sukkel.’

Pilgram: ‘Wat debiel eigenlijk. We hebben vaak het idee dat we individueel verantwoordelijk zijn voor ons eigen geluk. Terwijl als nu de zon doorbreekt we allemaal net iets blijer zijn dan daarvoor. En dat is iets waar we helemaal geen invloed op hebben.’

Stepwedstrijd

Van Woudenberg is pas twee jaar ouder dan haar personage, maar ze herkent toch dingen van haar jongere zelf. ‘Dat je je laat leiden door anderen, en de druk van gelukkig zijn. Daar denk ik ook vaak over na: oké, ik zit nu verdrietig op de bank, alleen ik kan dat veranderen. Maar je wilt eigenlijk ook even verdrietig zijn. Die balans zie je in het stuk heel erg. Het ontploft een beetje en dat is lekker om te spelen.’

Niet alleen de acteurs staan dicht bij het onderwerp van de voorstelling, ook de locatie is levensecht. De scènes worden gespeeld in ingerichte kamers verspreid over het voormalige Stadsbouwhuis, midden tussen de antikraakwoningen waar ook veel studenten wonen. ‘Een voorstelling over studenten, in een studentenhuis. Beter kan het niet,’ vindt Van Woudenberg. ‘Je snapt veel sneller waar het echt over gaat, omdat je er middenin staat. Ook tijdens het maken is dat heel leuk. Ik loop vaak door de gangen en zie dan van alles. Laatst was er een stepwedstrijd en dan voel ik: mijn personage woont in zo’n huis.’

Foto Marc de Haan

Dijkema: ‘In dit huis wonen negentig studenten: mbo’ers, hbo’ers, wo’ers, langstudeerders, spookstudeerders, alles zit erin. Aan het eind van de voorstelling zijn we weer terug op het feestje van Pascal. Daarbij hebben we ook de bewoners van het huis uitgenodigd – die lokken we met pizza en bier – om in gesprek te gaan met het publiek.’ Als alles volgens plan gaat, worden dat andere gesprekken dan normaal. ‘We hopen dat het niet meer is van “ja maar vroeger”. Het publiek heeft net de voorstelling gezien en kan dan in gesprek met een daadwerkelijk exemplaar.’

Dat is ook het doel van de voorstelling. Dijkema: ‘Ik wil iedereen die te maken heeft met deze generatie - werkgevers, beleidsmakers, docenten, ouders - de clusterfuck laten zien die het studentenleven is.’

Grote schuld

Ook Van Woudenberg vindt vooral het publiek interessant dat zich niet in de studenten herkent: ‘De mensen die zeggen dat jongeren zich aanstellen.’

‘Of “vroeger was het ook zo”’, springt Pilgram bij.

Van Woudenberg: ‘Ja, dat. Mijn huisgenoot was een keer bij College Tour en mocht Dilan (Yeşilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid, red.) een vraag stellen, over de pechgeneratie. Zij reageerde met: “Vroeger heb ik gewoon twaalf jaar gestudeerd en heb ik een grote schuld opgebouwd. Daar ben ik ook vanaf gekomen, dus het komt goed.” Het lijkt me leuk als ze komt kijken.’

Is ze uitgenodigd? Dijkema: ‘Bij dezen. Dilan, als je dit leest: kom kijken.’

PS|Theater, EENENTWINTIG
Makerscentrale, Langegracht 72 in Leiden
Woensdag 17 tot en met zondag 21 april, 20:00 uur.
€15,00 inclusief hapje en drankje.