Felienne (11) is dol op programmeren. Als haar basisschool een markt organiseert waarop leerlingen dingen kunnen verkopen, gaat zij samen met drie vrienden in een clubje dat geld wil verdienen met computerprogramma's. Ze maken onder meer een dansende robot, een muziekprogramma, een computerspel en een programma waarmee je stroop op pannenkoeken kan printen. Voor Felienne is het
extra moeilijk, omdat haar ouders haar hobby maar niks vinden, en haar computertijd beperken tot een half uur per dag. Maar als de basisschool gehackt wordt, staat de Programmeerbende voor een nog veel zwaardere uitdaging...
Schrijfster Inge Strijker werkte voor haar kinderboek De Programmeerbende samen met de volwassen Felienne, Felienne Hermans van het Leidse informatica-instituut LIACS. Bij het boek hoort ook een website, waar de lezers kennis kunnen maken met de kinderprogrammeertaal Scratch, en kunnen zien hoe de programma's uit het boek eruit zien in die “taal”.
Scratch is bedoeld voor basisschoolkinderen vanaf groep vijf, en stelt ze in staat om zelf filmpjes en computerspelletjes te maken. Je kan slepen met de beschikbare commando's, en ze als puzzelstukjes in elkaar klikken. De software is intuïtief en kleurrijk, maar biedt een hoop mogelijkheden en vrijheden, en een serie filmpjes legt stap voor stap uit wat de mogelijkheden zoal zijn. Veel toegankelijker dan dit wordt het niet. Als je in april een kind van deze leeftijd in je huis hebt, kan het zeker geen kwaad om het hier eens naar te laten kijken.
IJsjesrecepten
'Het doel van De Programmeerbende is vooral dat kinderen die zich niet van nature aangetrokken voelen tot programmeren, er toch eens over gaan denken', legt Hermans uit. 'Omdat ze zien dat je iets gaafs kan maken. “Programmeren lijkt me eigenlijk niks, maar ik hou wel van koken en een programma dat ijsjesrecepten maakt, dat wil ik wel”, bijvoorbeeld.'
Hermans: 'Het is niet zo dat we willen dat ze allemaal later programmeur worden. We willen vooral dat mensen zelf kunnen denken. Bijvoorbeeld omdat ze zelf aan de slag kunnen met de corona-data van het RIVM. Heel veel besluiten worden genomen op basis van data, en om een goed burger te zijn moet je dus iets van de omgang met data snappen. Daarnaast heeft programmeren een groot genderprobleem. Ik heb jarenlang programmeerles gegeven aan kinderen, maar daar zaten alleen witte jongens. Bij ons bij informatica in Leiden is minder dan tien procent van de eerstejaars vrouw. Omdat programmeren nu niet in het schoolcurriculum zit, komen heel veel jongeren er domweg niet mee in contact.'
Hamertje
Scratch is prachtig speelgoed, maar het blijft wel speelgoed. 'Als kinderen een jaar of twaalf worden, willen ze geen dingen voor kinderen meer', legt Hermans uit. 'Met een houten hamertje kun je goed leren slaan, maar je kunt er geen echt timmerwerk mee verrichten. Ze willen een echte taal.'
Probleem is dat programmeertalen een stuk minder vergevingsgezind zijn dan de puzzelstukjes waarmee je een poes kan laten lopen in Scratch. Eén verkeerd geplaatste spatie of een vergeten haakje-sluiten, en je hebt een foutmelding aan je broek.
Hermans ontwikkelde daarom Hedy, dat het gat tussen kindertalen en Python moet vullen. 'Die stap is echt heel groot, maar als je begint met Hedy kan je aan het eind van de rit grotemensen-Python', belooft ze. Met de quarantaine-regels in aankomst hebben zij en haar collega's hard gewerkt om te zorgen dat de tussentaal eerder beschikbaar was dan gepland. 'Je moet toch iets doen om kinderen bezig te houden. Beter dat ze leren programmeren dan dat ze de hele dag zitten te niksen of YouTube-filmpjes kijken.'
De programmeerbende
Inge Strijker
Uitgeverij De Onderstroom