Vorig jaar nam Studentenpartij ONS een enquête af onder eerstejaars sterrenkunde-studenten. Daaruit bleek dat veertig procent minder vaak vragen wilde stellen als het college in het Engels wordt gegeven.
Verder antwoordde zestien procent van de eerstejaars dat zij niet in Leiden aan de studie waren begonnen als deze Engelstalig was geweest. ‘Ook docenten geven aan het Engels een belemmering te vinden’, zegt ONS-lid Martijn Janse. ‘Engels is prima, zeggen zij, maar Nederlands is beter.’
Dat merkte Rick van der Aar, master Midden-Oostenstudies, ook. ‘Als een Nederlandse docent verplicht Engels moet praten, is die toch vaak uit zijn comfortzone. Tijdens mijn minor Religiewetenschappen doceerde de docent in het Engels, omdat er één of twee internationale studenten in de zaal zaten, terwijl de rest Nederlands is. Het niveau van de uitleg gaat dan wel omlaag, ik vraag me af of dat het waard is.’
‘Als een college op een monotone manier wordt gegeven en mijn gedachten dwalen af, kom ik er in het Nederlands weer makkelijker in’, zegt bachelorstudent Levi Verschoof van Russische studies. ‘Het Engels is toch niet je moedertaal, en dat wordt dan meer een soort ruis. Ik heb Engelstalig college gehad van Jan Oster, docent van European Union Studies, dat was het beste vak dat ik ooit heb gehad.’
Docenten bij kunstgeschiedenis zijn ‘heel erg geschrokken’ van het taalniveau, zegt Marion Boerse. ‘Veel studenten spreken beter Engels dan wij, maar het schrijven is zo’n grote stap. En het niveau Nederlands is al slecht.’
Archeologie heeft een zogeheten writer’s lab om het schrijven bij te spijkeren’, zegt vice-decaan Jan Kolen. ‘Daar kunnen ze in de eerste twee jaar extra in worden getraind. In het onderwijs is spreekvaardigheid belangrijk, maar als onderzoeker word je afgerekend op de kwaliteit van je onderzoek, dus je moet het Engels op papier beheersen. Daar gaat veel aandacht naar uit.’
Boerse: ‘Studenten die op een tweetalige middelbare school hebben gezeten: no problem. Maar die met alleen vwo-Engels: moeilijk. Ook internationale studenten die niet uit een Engelstalig land komen vinden het heftig en hebben moeite met de wetenschappelijke teksten.’
Janse: ‘Mijn indruk is dat middelbare scholen veel doen aan luisteren en lezen, in plaats van spreken en schrijven.’ ‘Het volgen van Engelse vakken is geen probleem’, vindt Van der Aar. ‘Het schrijven van papers wel. Ik denk dat veel studenten hun taalniveau overschatten.’ Verschoof: ‘Artikelen lezen en het academisch schrijven in het Engels is lastig’, geeft toe. ‘Zelfs in mijn derde jaar heb ik daar soms nog moeite mee.’