‘Na de oorlog hadden de Europese Joden twee opties: naar Amerika of Palestina’, vertelt Frans Blom, historisch letterkundige aan de Universiteit van Amsterdam. Palestina had de voorkeur. ‘Als je naar Palestina ging, was je ook nog eens onderdeel van het oude Zionistische ideaal om terug te keren naar het Beloofde Land.’
‘De huidige spanningen in Israël en Palestina gaan eigenlijk terug naar dit moment’, vertelt Blom. Na de Tweede Wereldoorlog ontstond er een grote migratiestroom van Europese Joden die naar Palestina vertrokken, dat toen nog onder Brits mandaat viel. Ondanks de val van nazi-Duitsland en de bevrijding van de concentratiekampen, waren de Joden in Europa veelal niet welkom. ‘Er zat nog een flinke stemming van antisemitisme in de samenleving. Toen zaten de Joden met de grote vraag: hoe nu verder?’
Voor de Tweede Wereldoorlog bestond het grootste deel van de Palestijnse bevolking uit Arabieren. Slechts vijf procent was toen Joods. ‘Je kan je wel voorstellen hoe er gereageerd werd op die enorme influx van nieuwkomers. Vanuit het huidig perspectief kun je de Arabieren eigenlijk geen ongelijk geven.’
Een van de Joden die richting Palestina trok, was de Amsterdammer Emile Pimentel. Zijn literaire nalatenschap, 38 kilo aan dagboeken, gedichten en correspondentie, is recentelijk overgebracht naar de UvA. Dat is bijzonder omdat over deze periode geen ooggetuigenverslagen bekend waren. Blom en oud-student en letterkundige Vivian Beekman onderzochten het materiaal en publiceerden het boek Het land achter de zee.
De Britten zagen het probleem al een tijdje aankomen, vertelt Blom. ‘Zij hebben vanaf het moment dat zij daar gezag vertegenwoordigden de spanningen tussen de Joden en de Arabieren geprobeerd te koelen. Zij hebben toen bedacht: wij zetten kampen op en maken een quota.’
De Europese Joden werden in een soort tussenstation geplaatst, voordat zij in etappes naar hun Beloofde Land doorstroomden. ‘De kampen zijn vergelijkbaar met wat er nu op Lesbos gebeurt’, zegt Blom over de huidige opvang op het Griekse eiland van vluchtelingen die naar Europa vluchten.
Pimentel overleefde de oorlog in Nederland door onder te duiken en heeft nooit de Duitse concentratiekampen meegemaakt. Maar al snel ondervond hij hoe dat geweest had kunnen zijn. ‘Acht kilometer in de verte zag hij al de lichten van Tel Aviv en Jaffa, maar de Britten onderschepten het schip op het moment dat zij de territoriale wateren binnenvoer.’ Hij werd meegenomen naar Cyprus en daar in een detentiekamp geplaatst.
‘De kampen werden heel snel opgebouwd, omdat het conflict ook steeds verder opliep.’ Er waren twee soorten: het wintercamp bestond uit golfplaten barakken voor tienduizend migranten, in het summercamp zaten de bewoners in tenten. ‘Beide situaties waren niet ideaal. In de zomer waren de barakken te heet en in de winter stroomde het water de tenten in.’
De tragiek was: na de Holocaust te hebben overleefd zaten de Joden opnieuw in kampen. ‘De omstandigheden leken erg op de Duitse concentratiekampen. Trauma’s werden herleefd. De veelal jonge mensen waren een paar jaar van hun leven kwijt en wilden maar één ding: opnieuw beginnen. En dan word je daar tegengehouden.’
Ontsnappingspoging
Dat frustreerde Pimentel ook en hij deed dan ook een ontsnappingspoging. ‘Het was echt een kwestie van de puzzelstukjes bij elkaar zoeken’, zegt Beekman. ‘Emile zat in het wintercamp, in het midden van het eiland. Na zes weken vroeg hij om overplaatsing naar het summercamp, dat richting de kust ligt. Daar is hij met drie anderen onder de hekken van het kamp doorgekropen. Ze wilden het vertrekkende schip naar Palestina in de haven bereiken. De enige vrouw uit het gezelschap ging lopen en werd tijdens die tocht onderschept. De drie mannen zwommen richting de boot, maar werden gesnapt en vervolgens naar de gevangenis gebracht. Daar zat Pimentel twee maanden helemaal geïsoleerd.’
In deze periode werden regelmatig aanslagen gepleegd op vertrekkende schepen om het systeem van de tussenkampen en gecontroleerde stroom van vluchtelingen te ontwrichten. Vermoedelijk is dit een reden voor de zware straf van Pimentel.
‘Tijdens die gevangenisperiode is hij mentaal veranderd’, zegt Blom. ‘Hij ontwikkelde als overlevingsstrategie een soort innerlijke rust.’
Ook speelde de internationale politiek een rol. De verontwaardiging over de detentiekampen heeft de oprichting van Israël versneld. In 1947 werd door de Verenigde Naties het zogeheten Partition Plan ingevoerd dat Palestina in twee gebieden verdeelde: 56 procent voor de Joden en 42 procent voor de Arabieren. Dat maakte een einde aan het Britse mandaat in Palestina en bood en versnelde de migratie van Joodse vluchtelingen.
Bij zijn terugkomst in het kamp had Pimentel zijn toekomstige vrouw Dodi Rot leren kennen. ‘Zij kwam oorspronkelijk uit Transsylvanië, wat op het grensgebied tussen Roemenië en Hongarije ligt’, vertelt Beekman. ‘Het is heel bijzonder dat je in zijn geschriften ook over haar perspectief op de Holocaust in Oost-Europa leest en hoe het voor haar moet zijn om weer in een kamp te zitten. Emile schrijft ook dat de oorlog voor haar vele malen erger is geweest dan voor hem. Het is wel heel mooi om te lezen hoe hij haar daarin probeert te ondersteunen en hoe op zo’n plek - waarvan je je afvraagt, is dat daar wel mogelijk - toch liefde ontstaat. Hij droomt voor haar: hoe zal hun toekomstige leven beter zijn dan wat zij in de afgelopen jaren hebben moeten doorstaan?’ Dit leven hebben zij samen in Israël kunnen opbouwen, waar hun kleinkinderen tot op de dag van vandaag wonen.
Frans Blom en Vivian Beekman, Het land achter de zee: migranten na de Holocaust in detentiekampen op Cyprus, de reis van Emile Pimentel. €24,99. Donderdag 23 mei geven de auteurs een lezing bij boekhandel Kooyker, €5