Bestuurskundestudent Marc Herman de Groot (24) en historicus Benno van Dam (27), gespecialiseerd in voedselgeschiedenis, gaan in hun podcast Een Slokje Om langs lokale brouwers door heel Nederland op zoek naar verhalen achter speciaalbieren. Want er valt genoeg over te vertellen, vinden ze.
Herman de Groot en Van Dam kennen elkaar van muziekschrijven, waarbij een hoop bier werd genuttigd. Zo kwamen ze op het idee voor de podcast. 'In onze serie is Benno de kwaliteitsdrinker die alles weet over bier', zegt Herman de Groot. 'Ik ben de kwantiteitsdrinker: ik drink heel veel, maar weet er weinig van. Benno onderwijst me in de wereld van speciaalbier en brouwerijen. Zodoende leer ik, samen met de luisteraar, hoe het werkt.'
Het is pas tien uur 's ochtends, en jullie hebben al bier achter de kiezen.
Herman de Groot: ‘Normaal reizen we door heel Nederland heen. We zijn al in Amersfoort, Delft en Breda geweest. Dan halen we tien uur ’s ochtends echt niet.’
Van Dam: ‘Dan heb je iets meer voorbereiding nodig en moet je zorgen dat je op tijd aankomt.’
Herman de Groot: ‘Ook al hebben we daar wel moeite mee. Volgens mij zijn we nog geen een aflevering op tijd gekomen. Behalve in Delft, maar toen was de brouwer zelf te laat. Het zit in de biercultuur: c’est la vie.
‘Brouwers zijn vaak oude mannetjes die allemaal verhalen uit de middeleeuwen kennen. Rare legendes over bijzondere figuren, die iets met bier te maken hebben.’
Noem eens een voorbeeld?
Herman de Groot: ‘In Amersfoort zagen we een hele grote steen midden in de stad liggen.’
Van Dam: ‘Maar echt zunne unit.’
Herman de Groot: ‘Het verhaal is dat de dolle jonker, een willekeurige edelman, honderden Amersfoorters ervan heeft overtuigd om een zwerfkei de stad in te slepen. Eenmaal daar werden ze beloond door de dolle jonker met bier en krakelingen.’
Van Dam: ‘Hij heeft zijn huis in Utrecht ook De Krakeling genoemd.’
Maakt het verhaal een biertje lekkerder?
Herman de Groot: ‘Ik vind het wel wat hebben. Je valt een boek in. Los van het feit dat het bier gewoon lekker is, zit er ook een mooi verhaal achter.’
Van Dam: ‘Dat is ook waarom Marc mij gevraagd heeft voor deze podcast. Ik heb geschiedenis gestudeerd en ben gespecialiseerd in voedselgeschiedenis. Verder ben ik een pretentieuze bierdrinker die veel feitjes weet over bier.’
Herman de Groot: ‘En, niet te vergeten, je scriptie ging over bier.'
Van Dam: ‘We vinden het leuk om mensen te laten zien wat er bij ze in de buurt zit. Het heet daarom ook Een Slokje Om: ga eens een blokje om naar je lokale brouwer om te kijken waar hun bier vandaan komt.’
Bij welke brouwerij waren jullie net?
Van Dam: ‘Bij Pronck. Dat is een studentenproject geweest en een hele moderne brouwerij. Dat merk je aan alles. Ze zijn relatief jong en investeren in de stad. Zo hebben ze voor de Hortus speciaalbier gemaakt van kruiden die ze daar hebben afgeknipt.
‘Ze durven wel qua smaak. Je merkt dat ze allebei chef-kok zijn. Ze hebben een chefs manier van brouwen. Zo zijn ze getraind en hebben ze jaren gewerkt.’
Herman de Groot: ‘Grappig genoeg hebben zij óók een podcast: Dit moet je proeven. Het gaat over hoe je iets met bier goed kunt laten smaken. Ik denk dat dat ondergewaardeerd is. We hebben altijd een wijnarrangement in een restaurant. Dat kan ook prima met bier.’
Van Dam: ‘Dat is de Franse invasie. Onze elite wilde zich spiegelen aan de Fransen.’
Herman de Groot: ‘Daar is het verkeerd gegaan, want Nederland is gewoon een bierland. Wijn kun je hier slecht maken. Ga even over de grens naar België, daar kun je wel bierarrangementen krijgen.’
Is het in België beter gesteld met het bier?
Van Dam: ‘In Nederland is de hele bierzooi dood geweest. Alles is pils geworden op een gegeven moment.’
Herman de Groot: ‘Daar kan Benno een heel lang verhaal over opsteken, over de verpilsificatie van Nederland.’
Van Dam: ‘Je hebt een aantal grote pilsbrouwers gehad die de hele boel hebben overgenomen. Die hebben in het zuiden brouwerijen opgekocht en dan gesloten. Bijvoorbeeld de Ridder Maastricht. Die maakten geweldig bier, maar zijn gesloten door Heineken toen ze Wieckse Witte gingen brouwen.
‘Niks tegen de grote biermerken, want wat ze wel hebben gedaan is kwaliteit leveren. Vroeger had ieder dorp zijn eigen brouwer, dat kon pure pis zijn. De grote brouwers in Nederland hebben een kwaliteitsstandaard gezet.
‘Na de Tweede Wereldoorlog dronk bijna niemand meer bier. Dat verwacht je niet. Maar tijdens de oorlog moest er veel graan en bier naar de Duitsers. Er bleef weinig goed bier over voor de Nederlanders. Daarom dronken ze liever jenever, daarvan wist je dat de kwaliteit goed was.’
Hoe zijn jullie bier gaan drinken?
Herman de Groot: ‘Mijn eerste biertje was een vieze lauwe Grolsch die niet te drinken was. Ik weet nog wel dat mijn vader vroeger zei: ‘’Je mag het schuim wel hebben’’. Dat was heel slim, want het schuim is facking vies. Ik dacht, drinken mensen dit?’
Van Dam: ‘Mijn oom heeft mij aan speciaalbier geïntroduceerd, die zat in de industrie. Ik werd door mijn studie geschiedenis erg benieuwd naar verhalen. Die gingen bij mij altijd over voedsel of bier.
‘Ik vind het verhaal achter de brouwerij het leukste aan deze podcast. Als jij gewoon een flesje in je hand hebt, is het gewoon bier. Dat kan lekker of niet lekker zijn. Maar als je met de brouwer hebt gesproken weet je waarom het zo smaakt. Er zit altijd een reden achter.’
De eerste aflevering van de podcast Een Slokje Om is hier te luisteren