Columns & opinie
In geval van intimidatie: vijl je vrij
Wat is een beter idee: een onafhankelijke ombudsman, of ‘leiderschapscursussen’ en ‘active bystander-training’ om geïntimideerde werknemers te ‘empoweren’?
Frank Provoost
donderdag 23 mei 2019
Illustratie Silas.nl

Er is inmiddels genoeg geschreven over R.B. – de perverse prof arbeidsrecht aan de UvA wiens weerzinwekkende misdragingen door een kwaliteitskrant zo gedetailleerd werden blootgelegd dat hij van de rechter anoniem moest blijven (en zo binnen de kortste keren uitgroeide tot meeste gegoogelde jurist van het land, klik maar!).

Codenaam: ‘Een acht voor een nacht.’

HKDIHG?! vroeg iedereen zich af. Hoe Kon Dit In Hemelsnaam Gebeuren? Als elke jurist wist dat erw bee zo’n testosteronbom was, waarom deed niemand dan iets? En hoe kon het dat de enige die uiteindelijk wél optrad van buiten kwam: namelijk een vakgenoot uit Leiden?

Nou, precies dat dus. Dat het een buitenstaander was.

Want, zo schreef NRC: ‘Of de decaan of vakgroepvoorzitter nu Paul van der Heijden, Jit Peters of Edgar du Perron heet; geen leidinggevende roept B. bij zich om hem aan te spreken op zijn gedrag. Laat staan dat ze onderzoek instellen.’

Dodelijke zinnen, die bij iedereen vreselijk hard binnenkwamen.

Behalve dan bij degenen die aan een universiteit werken.

Want nee, Leiden is geen haar beter. Intimidatie van terrorprofs bij pedagogiek; verstikkende angstcultuur bij het Leiden University Institute for Area Studies (LIAS); geroddel en getreiter in de Haagse slangenkuil. Het zijn alleen de voorbeelden die de krant haalden (spoiler: er volgen er meer).

 

'Geschokt door de UvA-affaire? Leiden is geen haar beter'

Véél meer gevallen halen de krant juist niet. Logischerwijs staan journalisten met stip onder aan het lijstje van personen bij wie gedupeerden hun hart willen luchten. Als ze het al doen, is dat omdat ze ten einde raad zijn. Omdat alle andere noodkreten (personeelsenquêtes, vertrouwenspersonen, bestuurders) jammerlijk faalden. De krant is dan de laatste reddingsboei, met als extra risico: nog meer sancties van de tirannen.

Hoe naar ook, qua timing kwam de Amsterdamse affaire perfect uit, net na twee schokkende rapporten over het onveilige academische werkklimaat en de wijze waarop vrouwen in de wetenschap worden gedwarsboomd. Er ontstond momentum: EMWG! Er Moest Wat Gebeuren! Codenaam: ombudsfunctionaris.

Sommige universiteiten hadden die al, de UvA benoemde er meteen een. De Leidse universiteitsraad eist al jaren – daar is ie weer! – een onafhankelijke buitenstaander die niet braaf is ingebed in de instelling, maar echt iets kan betekenen.

Onzin, oordeelde de rector. Die vertrouwenspersonen functioneren gewoon. En verder mag iedereen op ‘leiderschapscursus’ of ‘active bystander-training’ om te ‘empoweren’. Zou dat de oplossing zijn?

Laten we het lijstje met incidenten nog eens langsgaan.

Terwijl de intimidatie bij pedagogiek aanhield, bleef de vertrouwenspersoon stug jaarverslagen tikken waarin stond dat er promovendi werden uitgeknepen. Gevolg: die rapporten werden simpelweg niet langer openbaar gemaakt.

Op de deurmat van Mare landde in die periode een brief met het verhaal dat een vertrokken medewerker voor de achtergebleven collega’s een brood had gebakken waarin een vijl was verstopt. De boodschap, vrij naar Lucky Luke en de Daltons: vijl je vrij.

En bij het LIAS? Daar werd een onderzoeksrapport aangekondigd (dat er nooit kwam). Er werd wel een telefonische klopjacht georganiseerd naar mogelijke anonieme bronnen die misschien wel met Mare hadden gepraat.

En de Haagse ‘oplossing’ was er eentje uit de leiderschapscursus voor gevorderden: een ingestelde commissie concludeerde dat de pesters en pestkoppen er het best onderling uit konden komen.

Dus nogmaals de vraag: moet er misschien iets veranderen?