De buzzer van het Augustijnse meidenhuis gaat, waarna de stem van Kim Stolzenbach klinkt door de intercom: ‘Je mag naar boven lopen en dan moet je het dakterras oversteken.’
Net zo vrolijk als ze op televisie te zien is, verschijnt ze in de deuropening. ‘Dit hier is de keuken, de plek waar het allemaal gebeurt.’
Aan de muur hangt een jaarkalender met halfnaakte Schotse mannen in kilts. Ook hangt er een planner van Stolzenbach en haar twee huisgenoten: ‘UB, UB, tentamen’, ‘Interview Mare’ en ‘Jordanië met cordi’, zijn te lezen op het whiteboard. De koelkast is volgeplakt met foto’s van de zevendejaars Augustijn bij de opnames van Heel Holland Bakt. ‘Mijn huisgenootje heeft al deze foto’s geprint en opgehangen, lief hè?’
Afgelopen zondag was in de finale van het twaalfde seizoen van Heel Holland Bakt te zien hoe Elise de Graaf er met de winst vandoor ging. ‘Dat heeft ze ook totaal verdiend, maar ik denk dat het een muntje was dat twee kanten op kon vallen. Het viel dan net in haar voordeel uit, maar ik denk ook dat het net mijn kant op had kunnen vallen.’
Echt balen, wil de geneeskundestudent niet. ‘Natuurlijk deed ik dat op het begin wel. En af en toe schiet het nog wel door mijn hoofd, dat ik denk van: had ik die crème maar net iets dunner gemaakt, of had ik dit maar steviger gebouwd. Maar ik vind het zonde om daar mijn energie aan te verspillen. Het is een te leuke ervaring om het met zulke gedachten tot iets negatiefs te maken.’
Bakkerskills
Met Mare maakt Stolzenbach zelfverzonnen ‘Winterse American Cookies’ met witte chocolade en cranberries. ‘We hebben eerst 125 gram boter nodig’, legt de amateurbakker uit, die drie keer een speldje voor “meesterbakker” won. Ze snijdt een stukje boter af en legt het in een kom. Op de weegschaal verschijnt precies het getal 125 in beeld. ‘Wow, kijk dit! Dit zijn mijn bakkerskills, hoor’, lacht ze.
Al vanaf de basisschool is de Utrechtse bezig met bakken. ‘Dat begon met simpele dingen als cupcakes. Op een gegeven moment keek ik met mijn vader veel naar het programma Rudolph’s Bakery en bakte ik ieder weekend.’
Maar het bakken werd serieuzer in coronatijd. ‘Ik had destijds, net als iedereen, heel veel tijd. Ik ben toen wat meer gaan experimenteren en op een gegeven moment wilde ik dingen maken waar ik geen recept van kon vinden, dus verzon ik steeds vaker mijn eigen recepten.’
Meedoen aan het bakprogramma was al langer een droom. ‘Ik wilde me eigenlijk al een paar jaar geleden opgeven, maar toen ik ging kijken naar de aanmeldprocedure zag ik dat je iets van tien foto’s van verschillende baksels moest aanleveren, maar die had ik helemaal niet. Ik maakte nooit foto’s van wat ik bakte. Dus ik maakte echt geen schijn van kans.’
Met die gedachte ging Stolzenbach steeds meer bakken. Ze legde in die jaren al haar baksels vast, maar dan moet de hele aanmeldprocedure nog beginnen. ‘Na de aanmelding moet je nog een filmpje maken. Als je daarna door bent moet je twee baksels meenemen naar het kantoor in Amsterdam. Voor de laatste toelatingsronde moet je een opdracht doen in de bakkerij van Robèrt in Brabant. Dan gaan ze vragen stellen om te kijken of je ook een beetje spraakzaam bent tijdens het bakken. Dat vond ik heel spannend, want ik had het gevoel dat ik de “extra” versie van mezelf moest zijn. Achteraf was ik bang dat ik me te overdreven had gedragen. Uiteindelijk kwam dat gelukkig dus goed.’
Zoetekauw
Als het deeg is gemixt, gaan de stukken witte chocolade en cranberries erin. ‘Het ruikt wel heel lekker al, we kunnen het wel even proeven’, zegt de Leidse student terwijl ze van het deeg snoept. ‘Tijdens het programma zat ik ook de hele tijd alleen maar mijn eigen deeg te eten. Ze hadden echt een hele aflevering kunnen maken. Ik ben een echte zoetekauw en kan me gewoon niet inhouden als ik aan het bakken ben.’
Zodra van het resterende deeg kleine balletjes zijn gedraaid, gaan ze de oven in. ‘Ze lopen nog wel uit, dus leg ze maar ver uit elkaar. Dan zakken ze in de oven uit en krijgen ze de koekjesvorm.’
Tijdens de opnames had Stolzenbach ‘echt geen leven’. ‘In mei wist ik al dat ik mee ging doen en pas in september - nadat het hele seizoen was opgenomen - mocht ik mijn deelname pas bekendmaken. Buiten mijn huisgenoten heb ik al die tijd geen vriendinnen gezien. Mijn cordial begon zich zelfs een beetje zorgen te maken. Ik ben namelijk altijd redelijk actief en van de ene op de andere dag was ik er niet meer bij.’
Daar komt bij dat ze door de weeks ook nog twee van de drie opdrachten moest voorbereiden. ‘Je moet je eigen recept verzinnen voor die opdrachten, dus die ga je thuis eerst proefbakken om te testen. Daar waren mijn huisgenoten heel blij mee natuurlijk. Maar soms als ik terugkwam van coschappen, was ik te moe om avondeten voor mezelf te maken, dus dan at ik gewoon een heel groot stuk taart.’
Met de deelnemers heeft Stolzenbach nog regelmatig contact. ‘We hebben een Whatsappgroep met alle deelnemers en ik heb nog een Whatsappgroep met Anne en Elis, de andere twee finalisten. We hebben zo’n hechte band met z’n allen gekregen. Het voelde ook helemaal niet als een wedstrijd, want we hielpen elkaar altijd met de opdrachten. Je maakt zoveel mee samen, dat kan je eigenlijk aan niemand uitleggen.’
Dromen
Hoewel Stolzenbach later op de urologie-afdeling wil werken, droomt ze er stiekem toch van om nog iets met haar bakkunsten te doen. ‘Ik heb niet de ambitie om iets van een eigen bakkerij te openen, maar het lijkt me wel heel leuk om iets van een boek met bijzondere bakrecepten te maken. Niet met van die basic recepten als appeltaart.’
De geneeskundestudent heeft nu ook haar een speciaal Instagramaccount voor haar bakrecepten, “Berrie Bakt”. ‘Tijdens mijn studententijd in Leiden heb ik de bijnaam Ber gekregen, afgeleid van Kimberly, ook al heet ik helemaal niet zo. Berrie Bakt bekt wel lekker, vind ik. Ik wil daar ook wel wat meer mee plaatsen, want ik heb wel het gevoel dat ik hier nu wat mee moet doen.’
Al na minder dan een kwartier mogen de koekjes uit de oven gehaald worden. Het hele huis ruikt inmiddels naar speculaaskruiden en pumpkin spice. De amateurbakker vertelt dat de koekjes nog even moeten afkoelen, maar als ze de winterse lekkernij proeft: ‘Wauw, kijk mooi lichtbruine kleur ook. Ik ben normaal niet zo’n koekjesbakker, maar ze zijn echt perfect!’
Ingrediënten
- 125 gr roomboter
- 100 gr licht bruine basterdsuiker
- 100 gr kristalsuiker
- 1 ei
- 250 gr bloem
- 1 el pumpkinspice of koek- en speculaaskruiden
- 1/2 tl zout
- 1/2 tl bakingsoda
- 1/2 tl bakpoeder
- 180 gr witte chocolade in stukjes
- 120 gr gedroogde cranberries
Bereiding
- Zorg dat de boter op kamertemperatuur is en klop deze met de suiker luchtig
- Voeg het ei toe en mix tot het helemaal is opgenomen
- Meng de bloem, kruiden, zout, bakingsoda en bakpoeder
- Zeef boven het botermengsel en mix door
- Spatel als laatst de witte chocolade en cranberries door het koekdeeg
- Vorm balletjes (ca. 20) en leg op een bakplaat met bakpapier. Zorg voor voldoende ruimte
tussen de koekjes, ze gaan uitlopen.
- Bak in een voorverwarmde oven op 180 graden in 10-12 minuten gaar