‘Het is belangrijk om dichtbij de boulder te gaan staan en om de begingrepen te voelen’, vertelt de Delftse student Mikola Byelov die zaterdag meedeed aan het kampioenschap georganiseerd door de Leidse Studenten Alpenclub (L.S.A.C.).
‘Het is heel anders om er vanaf een afstandje naar te kijken. Als je dan in de boulder bent, kan je opeens denken: holy shit, ik moet helemaal daarheen springen.’
In de Leidse boulderhal Krachtstof stonden dertig nieuwe klimroutes klaar voor de tweehonderd deelnemers, waarvan veertig Leidse studenten. Eén muur bleef met een groot zeil afgeschermd. Daarachter waren de finale boulders verscholen die pas vlak voor de eindstreep tevoorschijn zouden komen.
Tussen 13.00 en 18.00 uur hadden de deelnemers de tijd zoveel mogelijk boulders te ‘toppen’ (het hoogste punt van de boulder bereiken) of te ‘flashen’ (in één poging de boulder toppen).
Hoe train je dan voor zo’n wedstrijd? Op die vraag antwoordde het merendeel van de deelnemers: ‘Gewoon, niet.’
‘De meeste mensen komen hier naartoe omdat ze het gewoon leuk vinden om de hele dag te klimmen’, zegt Maarten Elion, deelnemer en lid van de L.S.A.C. lustrumcommissie.
Puntentelling
Per route waren er duizend punten te verdelen. Hoe meer mensen een boulder topten, des te minder punten je per persoon kreeg. ‘De scores houdt iedereen gewoon zelf bij, in een speciale app’, vertelt Elion. ‘Eigenlijk gaat iedereen daar heel eerlijk mee om. Het is een wedstrijd maar er is niet echt een competitiesfeer.’
Bij de mannen stond de hele dag één naam bovenaan in de peilingen. De verwachting was dat de Delftse student en runner-up van vorig jaar Ynze Visser er met de winst vandoor zou gaan.
‘Klimwedstrijden kijken is gewoon heel leuk’, aldus Tessa Bosch, deelnemer en voorzitter van de L.S.A.C. lustrumcommissie. ‘Mensen zijn heel creatief in hoe ze problemen oplossen en ook echt heel sterk. Als je ernaar kijkt dan denk je: o, dat kan ik ook wel.Maar dan ga je het proberen en blijkt het toch nog best moeilijk.’
Naast klimmen, kon je ook terecht bij de side-events, legt Atour Mousavi Gourabi, voorzitter van de L.S.A.C.-commissie die de wedstrijd organiseert, uit. Toekijkend op de boulderende studenten kon oud klimtouw kunstzinnig nieuw leven in worden geblazen door er ‘rope-art’ van te maken. Je vingerkracht kon getest worden, er waren paaldanslessen en in het bijbehorende café werden er de hele dag door bordspellen gespeeld.
Mousavi Gourabi: ‘Het is echt een gekkenhuis. Het is leuk om te zien dat mensen elkaar overal weer tegenkomen. Ik vind het belangrijk dat iedereen het enorm naar zijn zin heeft.’
‘Boulderen is een sport die individueel is, maar toch ben je altijd met mensen’, vertelt finalist Byelov. ‘Iedereen staat heel erg open voor elkaar. Je kan gewoon een beetje klimmen, chillen en rondkutten. Daarmee onderscheidt het zich.’
Finale
In de finale lag de puntentelling net wat anders. Voor de mannen en vrouwen waren er ieder drie boulders. De twaalf finalisten, zes mannen en zes vrouwen, kregen per boulder vier minuten de tijd. De rangschikking werd dan gemaakt op basis van wie de meeste tops en zones behaalde.
‘De zone is een soort tussenstand, te herkennen aan een zwarte lijn ongeveer halverwege. Meestal moet je nog een moeilijke move doen voordat je bij de zone komt. Je krijgt hem niet gratis’, legt jurylid Eric Bouwers uit.
‘Ik had gehoopt om in de finale te staan, maar ik had het niet per se verwacht. Ik ken de andere meiden van de competitie en die zijn altijd heel sterk,’ vertelt Evi Creyghton trots, die het als enige Leidenaar tot de finale schopte.
Na de onthulling van de laatste boulders kregen de finalisten een paar minuten om deze ‘in te lezen’. ‘Je bent vooral veel aan het overleggen met elkaar. Hoe meer methodes je weet, hoe meer je kan proberen als iets niet werkt. Eigenlijk is het gewoon een puzzel die je oplost.’
De tweede boulder bleek voor de mannen een uitdaging. Al bij de eerste greep ging het mis en keer op keer vielen de finalisten van de boulder af. Bij de vijfde finalist was het eindelijk raak. Byelov flashte de boulder. Een luidkeels gejuich en applaus klonk door de hele zaal. Het was gedurende de hele wedstrijd niet te achterhalen wie met welke deelnemer sympathiseerde.
De verwachte winnaar Visser haalde ook de top, maar niet in één keer. Byelov ging er dan ook met de winst vandoor.
Byelov: ‘Dit soort finales is altijd super spannend. Je moet eigenlijk alles flashen. En daar heb je ook geluk voor nodig. Als je begint weet je nooit of de boulders nou echt moeilijk gaan zijn of dat het wel meevalt. De wedstrijd van vandaag heb ik niet echt voorbereid. Ik drink wel altijd vooraf een energy drankje.’