‘Het is een klap in het gezicht’, zegt de Oeigoers-Nederlandse student Alerk Ablikim (22). ‘Er vindt een genocide plaats op ons volk, onze cultuur wordt uitgeroeid, en dan is de Oeigoerse langlaufster Dinigeer Yilamujiang een van de ontstekers van de Olympische vlam in Beijing. Zo laat China aan de wereld zien dat ze niets om kritiek geeft: “We doen wat we willen”. Enorm pijnlijk. Nederland had de Spelen moeten boycotten. Dit is een feestje vieren tijdens een volkerenmoord.’
Want dat is het, vindt de student global and comparative perspectives. ‘Niet alleen zitten er veel Oeigoeren vast in concentratiekampen, ook worden vrouwen -massaal gesteriliseerd. Het betekent dat ons volk binnen een paar generaties uitsterft.’
Woensdag organiseert Ablikim met universitair docent en Chinadeskundige Casper Wits een bijeenkomst in het Wijnhavengebouw over de mensenrechtenschendingen in de Chinese provincie Xinjiang. Ze willen met zoveel mogelijk studenten en medewerkers over de kwestie in gesprek gaan.
Nederland durft niet
‘Nederland had zelfs niet de moed voor een diplomatieke boycot’, zegt Ablikim over de Spelen. ‘De koning gaat niet, maar dat is vanwege corona. De houding van Nederland is hard aangekomen bij de Oeigoerse gemeenschap. Het argument was altijd dat dit land te klein is om een vuist te maken. Maar nu volgt Nederland zelfs andere landen niet.’
‘Ze durven niet te zeggen dat ze niet gaan vanwege principiële redenen’, vult Wits aan. ‘Andere landen als de VS, VK, België, Litouwen en Australië doen dat wel.’
De Spelen zijn op zichzelf niet eens zo belangrijk, vindt Wits. ‘In 2020 zijn Duitsland en de Scandinavische landen bijvoorbeeld met wetten gekomen om producten die met Oeigoerse dwangarbeid zijn gemaakt aan banden te leggen.’
Nederland deed dat niet. ‘Toenmalig minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Sigrid Kaag veegde dat laconiek van tafel. Nederland loopt keer op keer achteraan. Ethisch-morele afwegingen spelen een ondergeschikte rol in de relatie met China. Dat sijpelt door in de rest van de maatschappij, ook in de wetenschap.’
Wits wil meer aandacht voor de mensenrechtenschendingen. ‘Wat daar gebeurt is zo angstaanjagend dat je het als wetenschapper niet meer kunt rechtvaardigen om geen stelling te nemen.’ In 2020 verscheen er een rapport van onderzoeksinstituut Clingendael over de invloed van de Chinese overheid op het hoger onderwijs in Nederland. ‘Het grote probleem is zelfcensuur onder specialisten. Die zijn bang om contacten in China te verliezen. Ik wil juist het achterste van mijn tong laten zien en neem het risico voor lief dat ik gedwarsboomd kan worden.’
Gedwarsboomd
Ablikims ouders scheidden toen hij nog heel jong was. Samen met zijn moeder vluchtte hij in 2007 naar Nederland. Zijn vader bleef achter. ‘Hij is een bekende schrijver en uitgever. Begin 2016 ben ik het contact met hem verloren.’ Vanwege zijn maatschappelijke positie moest hij lid worden van de communistische partij en mocht hij geen contact meer hebben met zijn gevluchte zoon.
‘Toen ik in Nederland kwam, wist niemand van het bestaan van de Oeigoeren. Ik moest het altijd uitleggen.’ Nog steeds stuit hij op verkeerde inzichten. ‘Oeigoeren zijn geen Chinese moslimminderheid, zoals je vaak leest. We zijn geen Chinezen, maar een Turks volk. Een deel is inderdaad moslim, maar het is een diverse samenleving met ook boeddhisten en atheïsten. We zijn alleen een minderheid als je naar heel China kijkt, niet in ons eigen gebied.’
Voor de meeste gevluchte Oeigoeren is het bijna onmogelijk om informatie krijgen over achtergebleven familieleden. Bovendien kunnen ze hen daarmee in gevaar brengen. ‘Contact met het buitenland is een reden om vastgezet te worden in een kamp.’
Veilige bron
Ablikim kende gelukkig een betrekkelijk veilige bron. ‘Mijn oom woonde in Kazachstan en in 2017 kreeg ik van hem te horen dat mijn vader was vastgezet in een concentratiekamp. Hij was met zijn zus opgepakt.’
Heel sporadisch kreeg Ablikim informatie over zijn vader. ‘In 2020 ontving ik een TikTok-filmpje. Op de video zag ik een tafel vol met eten, waaraan Oeigoerse mannen zaten. Ze waren aan het zingen.’ De camera bewoog langs de tafel. ‘Het waren bekende Oeigoeren; muzikanten, dichters en schrijvers. Plots zag ik mijn vader in beeld komen. Hij zag er redelijk goed uit, hij was niet mager. Wel had hij veel haar verloren. Het leek alsof de mannen het goed hadden, maar het zou best kunnen dat het propaganda is.’
Het was het eerste teken van leven in lange tijd. ‘Daar was ik blij mee.’ Maar hoe het nu met zijn vader gaat, en waar hij zich bevindt, is onduidelijk. ‘Vorig jaar overleed mijn oom in Kazachstan aan corona, mijn enige bron van informatie viel toen weg.’
Ablikim ging zich ondertussen steeds meer inzetten voor de Oeigoerse zaak. ‘Het is gevaarlijk, maar dat is het waard. Ik ben inmiddels politiek secretaris van de jongerentak van de organisatie Free Uyghur! en lijstduwer van GroenLinks in Den Haag.’ Tijdens de opening van de Olympische Spelen voerde zijn partij actie bij de Chinese ambassade in Den Haag. ‘We hebben een straatnaambordje opgehangen met daarop de naam van de verdwenen Oeigoerse wetenschapper Ilham Tohti.’ Wits was daar ook bij.
De Chinese overheid is ontstemd over Ablikims activiteiten. ‘Een paar maanden geleden is mijn Instagram gehackt.’ Er zijn meer pogingen gedaan om hem te dwarsbomen. ‘Ik zat in de trein toen ik een telefoontje van een afgeschermd nummer kreeg. Ik nam op en hoorde op de achtergrond een man in het Chinees schreeuwen. “Is het mijn vader?”, dacht ik even, maar concludeerde al snel dat hij het niet was. Na een aantal seconden hoorde ik gehijg op de voorgrond. Het was een eng telefoontje dat me weken extra alert maakte.’
Bedreigd
De timing maakte het extra verdacht: net na een ontmoeting van een groep Oeigoeren met de toenmalige Amerikaanse ambassadeur. Omdat daar geen Chinezen bij waren, rezen twijfels hoe China kon weten wie er bij dat gesprek aanwezig waren. ‘Je gaat aan je eigen gemeenschap twijfelen’, zegt Ablikim. ‘Dat is heel vervelend.’ Wits: ‘We willen op gemeenteniveau een meldpunt opzetten voor mensen die geïntimideerd of bedreigd worden vanuit hun thuisland. Dat overkomt namelijk niet alleen Oeigoeren.’
Ablikim hoopt zo veel mogelijk mensen bij de discussie te betrekken. ‘We moeten op de universiteit vaker over de Oeigoerse situatie praten.’
Toch zijn er ook binnen zijn studie soms wrijvingen. ‘In mijn eerste jaar zat er een Chinese exchange student in de appgroep die voortdurend propaganda plaatste. Niemand reageerde daarop, tot hij beweerde dat bij het studentenprotest op het Plein van de Hemelse Vrede niemand was omgekomen – wat natuurlijk onzin is. Toen brak er een enorme ruzie uit.’ Wat volgde was een ‘enorme discussie in de app, waarbij Ablikim ‘onder vuur werd genomen’ door deze student. ‘Toen ben ik uit de appgroep gestapt.’
Daarom moeten we ‘een veilige sfeer creëren voor iedereen’, zegt hij. ‘Niet alleen voor Oeigoeren en Tibetanen, maar ook voor Chinese studenten en medewerkers. Ik heb hier ook Chinese vrienden gemaakt.’
The Uyghur Human Rights Crisis: a Conversation
Woensdag 23 februari 17:15.
Wijnhavengebouw (2.02), Den Haag.
Onlangs onthulde de NOS dat hoogleraren van het Cross-cultural Human Rights Centre (CCHRC) van de Vrije Universiteit, een instituut dat onderzoek doet naar mensenrechten en daarvoor geld kreeg van de Chinese overheid, de situatie van de Oeigoeren bagatelliseren.
‘Dit is een van de grootse morele vraagstukken van dit moment’, zegt Wits.
‘De stilte in de academische gemeenschap over deze kwestie is oorverdovend. Dat de VU ervoor kiest om zich te laten betalen om Chinese propaganda over de Oeigoeren wit te wassen, is daarvan het meest schaamteloze voorbeeld. Dit soort excessen komen in Leiden gelukkig niet voor.’
‘Oeigoeren leven constant in angst’, vertelt Ablikim. ‘En er zijn twijfels of de Nederlandse samenleving daar iets aan wil doen. Dat geldt ook voor Oeigoerse studenten. Als ik aan de VU had gestudeerd, zou ik waarschijnlijk te angstig zijn om onderzoek naar China te doen. Want daar werkt een hoogleraar als Peter Peverelli, iemand die de genocide ontkent. Zou ik zijn college durven te volgen? De VU deed ook niets aan de situatie totdat de NOS erover berichtte.’
Inmiddels heeft de VU de subsidie stopgezet en komt er een onderzoek. ‘Iedereen aan de VU wist wat er aan de hand was’, zegt Wits. Ablikim: ‘Als de universiteit had willen ingrijpen, dan hadden ze dat al eerder gedaan. Daar zou geen artikel voor nodig moeten zijn.’ Wits: ‘We hebben als academische gemeenschap de verantwoordelijkheid om het over de relaties met China te hebben. Zo kunnen we excessen als aan de VU voorkomen.’
Maar er zijn veel meer vraagstukken. ‘Telecomgigant Huawei, die technologie levert die wordt gebruikt bij de onderdrukking van de Oeigoeren, sponsort met miljoenen euro’s onderzoek aan de VU en de UvA op het gebied van kunstmatige intelligentie. Wat doe je daarmee? Er is veel te weinig aandacht voor de moreel-ethische kanten van de samenwerking met China.’
Nederland is naïef, vindt Ablikim: ‘Aan het Erasmus werd onderzoek naar DNA gedaan dat van Oeigoeren is afgenomen. De wetenschappers houden vol dat het materiaal vrijwillig is afgestaan. Maar het is ook mogelijk dat het onder dwang is gebeurd, dat het is afgenomen van kampgevangenen. Misschien zit er wel DNA van mijn vader bij.’
Wits: ‘Dit gaat de hele academische gemeenschap aan. Er zijn honderden Oeigoerse wetenschappers weggezuiverd van Chinese universiteiten. De Leidse universiteit heeft in de Tweede Wereldoorlog direct te maken gehad met zuiveringen. Dat moet de mensen hier toch de koude rillingen bezorgen. Waar is de solidariteit met de verdwenen Oeigoerse wetenschappers?’