Wetenschap
De wijk worstelt: wat doen we met onze straatnamen?
Bewoners van de Leidse Transvaalbuurt vragen zich af of ze hun straatnamen moeten veranderen. Hoogleraar Jan-Bart Gewald kwam dinsdag uitleg geven naar wie de bordjes allemaal verwijzen. ‘Deze generaal heeft ontzettend veel op zijn geweten.’
Pim Bakx
donderdag 21 april 2022
Boerencommando tijdens de Slag bij Spionkop in 1900. Foto uit het ebook With the Boer Forces van Project Gutenberg (www.projectgutenberg.org)

‘Bijna iedereen in Nederland is wel eens een keer in Zuid-Afrika geweest’, zegt Jan-Bart Gewald, Leids hoogleraar geschiedenis van Afrika.

Een van de veertig aandachtige luisteraars schudt verbaasd nee… Bijna iedereen?

In een aftands zaaltje op een industrieterrein naast het spoor zijn de bewoners van de Transvaalbuurt in Leiden dinsdagavond samengekomen voor een lezing van de hoogleraar. Ze hopen een discussie te beslechten die al een paar jaar in de wijk woedt: de namen van de straten waarin zij wonen, kunnen die nou wel, of niet?

Straatnaambordjes overplakken

Buurtbewoner en universitair hoofddocent koloniale- en wereldgeschiedenis Alicia Schrikker is een van de initiatiefnemers van het project ‘Who makes History’ dat de geschiedenis van de wijk wil ontsluiten. ‘Mijn collega Ariadne Schmidt en ik werken samen met studenten en buurtbewoners, en naast de research papers zullen de studenten ook aan een online publicatie werken dat gericht is op een breder publiek.’

Twee jaar geleden haalde Schrikker het nieuws toen ze samen met andere bewoners de omschrijvingen van omstreden straatnaambordjes overplakte met repen Ikea-tas met daarop nieuwe wifgestifte namen. De Reitzstraat bijvoorbeeld, vernoemd naar Zuid-Afrikaanse soldaat Deneys Reitz, verwees toen naar Rosetta Reitz, een Amerikaanse vrouwenrechtenactivist en jazz­historicus.

‘De geschiedenis van de wijk Transvaal is een moeilijke geschiedenis’, zegt ze bij haar introductie. ‘Jan-Bart komt ons daar vandaag meer over vertellen, en hij is niet de eerste de beste.’ Gewald: ‘Jullie moeten niet te veel luisteren naar Alicia hoor.’ Een van de buurtbewoners roept van achter uit de zaal: ‘Dat doen we nooit!’

'De geschiedenis van Zuid-Afrika, en met name de Boerenoorlog, is controversieel'

Gewald komt slechts uitleg geven over de manier waarop de straatnamen tot stand zijn gekomen, zegt hij, en wat zij betekenen. ‘Het zijn allemaal namen die te maken hebben met Boerengeneraals’, vertelt hij. ‘Als ik zeg Boeren, dan bedoel ik mensen die van Nederlandse afkomst zijn en in Zuid-Afrika woonden. De geschiedenis van Zuid-Afrika, en met name de Boerenoorlog, is controversieel.’

Dat geldt tot op de dag van vandaag, weet hij. ‘Acht jaar geleden is mijn jongste zus getrouwd in Kaapstad. Na afloop van de ceremonie stond haar schoonvader op en zei: “Luister, haar pa is ’n Hollander, haar ma is ’n Skot (Schot, red.), sy is nie een Engelse nie”’, imiteert Gewald in feilloos Afrikaans. ‘Dus 112 jaar na de oorlog vond die vader het nog steeds nodig om te benadrukken dat zijn schoondochter geen Engelse was. Dat zij geen verraad pleegde tegenover het Afrikanerdom.’

Hoe zijn die verhoudingen zo op scherp komen te staan? ‘Zuid-Afrika was in de tweede helft van de negentiende eeuw verdeeld in drie gebieden: the British Empire, de Oranje Vrijstraat en de Zuid-Afrikaansche Republiek, ook wel bekend als Transvaal. In die laatste twee woonden Nederlandstalige Boeren’, legt Gewald uit.

Er was voor de Britten weinig belang bij de arme Oranje Vrijstraat en Transvaal, totdat er plots diamanten en goud werd gevonden. ‘De Britten annexeerden Transvaal, en de Boerenoorlog brak uit. Die vond plaats van oktober 1899 tot mei 1902.’

Parallellen met Oekraïne

Het Nederlandse volk stond achter de Boeren, maar militaire steun bleef uit. ‘Ik zie veel parallellen met de huidige situatie in Oekraïne’, zegt Gewald. Nadat de Britten hadden gewonnen, werden verschillende Boerenhelden gememoreerd in Transvaalwijken door heel Nederland. Helemaal zwart-wit is de geschiedenis echter niet. ‘In Engeland, Canada en Australië zijn er vergelijkbare wijken opgericht, maar dan juist met de namen van Engelse generaals. Dat laat de andere kant van de medaille zien.’

De tienduizenden burgerslachtoffers die vielen aan het eind van de negentiende eeuw in Zuid-Afrika hadden misschien voorkomen kunnen worden, ook als het aan de Boerengeneraals lag. Eén voor één gaat hij de namen af.

'Moeten we de straatnamen veranderen nu we weten dat ze een controversiële geschiedenis hebben?’

‘Wie woont er in de De Wetstraat?’ Twee mensen steken aarzelend hun hand omhoog. ‘Deze man heeft ontzettend veel op zijn geweten’, zegt Gewald terwijl de rest van de zaal geschrokken opkijkt. ‘Terwijl Piet Cronjé juist wilde onderhandelen met de Britten, besloot Christiaan de Wet om de guerrillaoorlog te beginnen.’

Wat betekent dat voor de straatnamen, zoals de Cronjé- en De Wetstraat, in de Leidse Transvaalbuurt, vraagt een bezoeker: ‘Moeten we die veranderen nu we weten dat ze een controversiële geschiedenis hebben?’ ‘Ik vind het maar raar’, reageert haar buurvrouw geagiteerd.

‘Het hangt er vanaf wat je ermee doet’, zegt Gewald. ‘Als je met een Transvaalse vlag op de hoek van de straat bij een kroeg “Cronjé! Cronjé! Cronjé!” gaat roepen, dan mag je wat mij betreft dat bordje er vandaag nog afschroeven, anders zou ik het houden. Maar het is gecompliceerd.’

Als de namen daadwerkelijk moeten worden veranderd, kunnen ze in ieder geval weer aankloppen bij de hoogleraar. ‘Er zijn genoeg goede alternatieven’, zegt hij. ‘Dus mochten jullie nieuwe straatnamen willen, dan kan ik – tegen de juiste betaling – wel even kijken wat ik voor jullie kan doen.’