Dat betekent dat voorlopig nog niet duidelijk is of de universiteit Hofman mag ontslaan.
In de ontslagprocedure die de universiteit tegen de hoogleraar Caribische archeologie heeft aangespannen, krijgt ze eerst nog de kans ‘het door haar gestelde tegenbewijs te leveren’.
Verder heeft de rechtbank de universiteit gevraagd om extra financiële achtergrondinformatie, bijvoorbeeld wat Hofman aan pensioenopbouw zou missen als haar arbeidsovereenkomst voortijdig wordt beëindigd.
Alle gevraagde stukken moeten uiterlijk op 20 december aan de rechtbank en de tegenpartij zijn geleverd.
Wangedrag
Het college van bestuur spande de ontbindingsprocedure aan na ernstige beschuldigingen van wetenschappelijk wangedrag en een giftig werkklimaat. Uit een onderzoeksrapport bleek dat Hofman zich tussen 1990 en 2023 - samen met haar partner Menno Hoogland die niet meer in dienst is van de universiteit - schuldig heeft gemaakt aan onder meer intimidatie, discriminatie, uitlachen en bespotten van medewerkers, promovendi en studenten. Ook zouden ze de wetenschappelijke integriteit hebben geschonden. Sinds de start van het onderzoek in september 2023 is Hofman op non-actief gesteld. Beiden kregen een gebouwverbod.
In de rechtszaak die op 10 oktober plaatsvond, zei de rechter al dat ze zich ging beraden op de vraag of ze meer informatie nodig had voor de uitspraak. Zo zijn er 59 verklaringen die Hofmans verhaal zouden ondersteunen, maar die de rechter nog niet in bezit had. De onderzoekscommissie had die verklaringen wel, maar vond er slechts twee relevant. De rechter wil die nu dus zelf gaan beoordelen.
De rechtszaak ging vorige maand hard tegen hard. De advocaat van de universiteit Henriëtte van Baalen suggereerde bijvoorbeeld dat de onderzoekscommissie bepaalde meldingen niet in het onderzoeksrapport zou hebben opgenomen ‘omdat de commissie kennelijk wilde vermijden over schaamtevolle gebeurtenissen te schrijven’.
Kinderarbeid
Zo kwam Van Baalen ineens op de proppen met meldingen over kinderen van lokale families die meehielpen bij de archeologische opgravingen. Kinderarbeid, vond de advocaat.
Petra Charbon, de advocaat van Hofman, weersprak de aantijging stellig. Ze noemde de beschuldiging ‘een van de heftigste’ en wees erop dat er in het onderzoeksrapport niets over is te vinden. ‘Ik moet hier korte metten mee maken: het is een valse beschuldiging, het is zelfs lasterlijk en er is niets onderzocht.’
Voorzitter van de onderzoekscommissie Yvonne Erkens wilde naderhand niet tegen Mare zeggen waarom er niets over de meldingen van kinderarbeid in het rapport staat.
Universiteitswoordvoerder Caroline van Overbeeke wilde woensdag nog niet inhoudelijk reageren op het besluit van de rechter. ‘We zijn de informatie van de rechtbank nog aan het bestuderen.’
Ook advocaat van Hofman Petra Charbon wilde nog geen commentaar geven.