Update 30 april: De op non-actief gestelde professor is Corinne Hofman, hoogleraar Caribische archeologie. Dat meldt NRC op basis van gesprekken met ingewijden. Verschillende bronnen hebben haar naam ook bevestigd tegenover Mare. Hofman is sinds 2007 hoogleraar in Leiden en won in 2014 de Spinozapremie, ook wel bekend als de ‘Nederlandse Nobelprijs’. Tussen 2013 en 2018 was ze decaan van de faculteit Archeologie. ‘Helaas kan ik in dit stadium van het proces geen uitspraken doen over deze casus’, reageert ze in NRC.
Er blijkt jarenlang sprake te zijn geweest van een angstcultuur en machtsmisbruik. Daarnaast schond het duo volgens de universiteit de wetenschappelijke integriteit door datamanipulatie en het zich onrechtmatig ‘toe-eigenen van onderzoeksmateriaal van derden’.
Er is geen sprake van plagiaat en seksueel grensoverschrijdend gedrag, liet collegevoorzitter Annetje Ottow donderdag weten.
Medewerkers en studenten werden door de professor en partner (die inmiddels niet meer in Leiden werkt) geïntimideerd, gediscrimineerd, gemanipuleerd, toegeschreeuwd, gepest, uitgelachen en bespot. De twee misbruikten hun machtspositie, trokken openlijk de kwaliteit van medewerkers in twijfel en brandden hun werk af.
Ottow wilde niet zeggen aan welke faculteit de twee werkzaam waren. ‘Het is goed werkgeverschap om de identiteit niet prijs te geven. Dat hebben we ook nog nooit gedaan.’ De hoogleraar heeft in het verleden bestuurlijke functies vervuld op de faculteit.
Signalen gemist
Eind 2022 kwamen de eerste meldingen binnen bij de decaan van de betreffende faculteit. Kort daarna informeerde de decaan het college van bestuur. In september 2023 stelde het college een commissie in - Leidse hoogleraren en een voormalig hoogleraar - om de zaak te onderzoeken onder leiding van universitair hoofddocent arbeidsrecht Yvonne Erkens. Uiteindelijk heeft de commissie met negentien melders gesproken: zowel (voormalig) medewerkers als (voormalig) studenten.
‘De commissie heeft vastgesteld dat de gedragingen zodanig ernstig zijn dat de melders daardoor zowel persoonlijk als op het werk enorm geschaad zijn’, zegt Ottow. ‘Dat is heel erg.’
Uit het onderzoek bleek dat de eerste incidenten al in 1990 plaatsvonden, vertelt Ottow. Volgens de commissie zijn er al eerder meldingen gedaan over het misbruik van het duo, maar zijn die signalen destijds genegeerd. De onderzoekers konden niet achterhalen waarom die klachten toen niet serieus zijn genomen.
Niet langer welkom
Dat de melders vanaf eind 2022 (alsnog) aan de bel trokken bij de decaan, is volgens Ottow ‘omdat zij zich veilig genoeg voelden door de manier waarop het college de vorige zaak heeft aangepakt’ (soortgelijk wangedrag door sterrenkundige Tim de Zeeuw dat in oktober 2022 aan het licht kwam, red.).
‘Het college vindt deze zaak zo ernstig dat we hebben besloten naar de kantonrechter te stappen om de arbeidsovereenkomst van de hoogleraar te ontbinden’, zegt Ottow. ‘Als dat wordt gehonoreerd, volgt ontslag en draagt de persoon niet meer de titel van hoogleraar.’ Professor én partner die mochten reageren op de beschuldigingen – ‘maar ik kan daar verder niets over zeggen’ – zijn hoe dan ook nooit meer welkom op de universiteit.
De commissie heeft het college ‘dringend verzocht’ om het rapport openbaar te maken. De melders zelf vinden het ook ‘noodzakelijk dat het rapport naar buiten komt’, zegt Ottow. Zij willen het rapport kunnen gebruiken om hun zaak te ondersteunen. ‘Wel willen ze anoniem blijven, omdat zij heel erg bang zijn voor repercussies in hun verdere carrière. Dat is een diepgewortelde angst.’
Heel heftige bijeenkomst
Het college zal het rapport binnenkort geanonimiseerd op de universiteitssite publiceren. ‘Dat is een trendbreuk met hoe we dat eerder in vergelijkbare kwesties deden’, aldus Ottow. Het rapport over het wangedrag van de inmiddels weggestuurde astronoom De Zeeuw is namelijk nog steeds niet openbaar.
Donderdagochtend sprak Ottow voor het eerst met de negentien melders. ‘Dat was een heel heftige bijeenkomst’, vertelt Ottow. ‘Ik ben er beduusd van en het heeft me enorm geraakt. We willen hier lessen uit trekken en een signaal geven aan de gemeenschap dat we dit heel ernstig nemen en daartegen optreden.’