NRC Handelsblad bracht vrijdag het verhaal van ‘Rik’, een medewerker van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Nederland telt een stuk of twintig waterschappen, waarvan er zes om historische redenen ‘hoogheemraadschap’ heten. Dat zijn bestuursindelingen die over de waterhuishouding en waterkwaliteit in hun domein gaan.
Rik heeft ruzie met zijn baas, en een applicatie die hij bouwde speelt daar een rol in. De waterschappen doen metingen aan het oppervlaktewater, en delen die. Op pestinfo.nl kon je op een kaartje van Nederland zien wat er waar gemeten was.
Het Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden (CML) heeft ook zo’n site, de Atlas Bestrijdingsmiddelen in Oppervlaktewater. Ook dat werkt met een kaartje, en meetgegevens: in het Valkenburgse meer, tussen Leiden en Den Haag, zit bijvoorbeeld het bestrijdingsmiddel imidacloprid, maar niet in concentraties boven de wettelijke norm. Boeren en kwekers die aan het water liggen, krijgen boetes als die concentraties te hoog zijn, dus die informatie is voor hen van groot belang. Het CML krijgt geld om de Atlas in de lucht te houden, onder meer van twee ministeries. Rik maakte zijn site voor gratis, in z’n vrije tijd.
Het CML was blijkbaar niet blij met Rik z’n site: hoogleraar Peter van Bodegom mailde het hoogheemraadschap dat die site ‘per direct uit de lucht gehaald moest worden’. NRC meldt daarnaast: ‘Ook zou Rik voor zijn app algoritmen, data en ‘kleurenschema’s’ hebben afgekeken van de Bestrijdingsatlas.’ Riks site kwam op lagere gifconcentraties uit dan de Atlas, en dat zou ‘beleidsmatig en bestuurlijk zeer ongewenst’ zijn, volgens de mail van Van Bodegom.
En daar moet je het als NRC-lezer blijkbaar mee doen. Klopt die beschuldiging van afkijkerij? Waarom kwamen de sites op andere concentraties uit, als ze zich op dezelfde data baseren? Waarom gaat het hoogheemraadschap mee met de redenering van een boze professor over een site die iemand in zijn vrije tijd maakte?
Van Bodegom mailt: ‘Er is veel meer rond dit onderwerp te melden. Echter, in overleg met betrokkenen hebben we besloten het bij een centrale reactie te laten.’
In die reactie staat weinig nuttigs: ‘De Universiteit Leiden beschouwt de kwestie als een conflict tussen werkgever en werknemer. De universiteit betreurt de negatieve beeldvorming die is ontstaan. ’
‘Rik’ reageerde niet voor het ter perse gaan van deze Mare op een e-mail van deze krant. BB