Nieuws
Special K
Patiënten met chronische pijn krijgen steeds vaker een behandeling met het verdovende middel ketamine. Een Leids-Maastrichtse literatuurstudie in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde waarschuwt echter dat behandelaars niet te snel naar dat spul moeten grijpen.
donderdag 9 juni 2016

Marieke Niesters en Albert Dahan van het Leids Universitair Medisch Centrum vonden 45 onderzoeken waarbij pijnpatiënten ketamine voorgeschreven kregen. Zoals vrijwel altijd met dit soort literatuurstudies bleek ook hier dat veel gepubliceerd onderzoek van matige kwaliteit was: kleine aantallen patiënten, slecht opgezette proeven. 

Toen de onderzoekers zich beperkten tot intraveneus toegediende ketamine, bleef er een zestal studies over. Daarin scoorde het middel niet beter dan de placebo, met name nadat het infuus eruit ging. Je zou eigenlijk willen dat iemand een tijdje vooruit kan na een behandeling, maar dat valt dus tegen. 

Dat zou nog tot daar aan toe zijn als ketamine verder volkomen onschuldig was. Dat is echter niet zo: het veroorzaakt psychedelische effecten en tijdelijke verlammingen, en brengt een risico op verslaving en orgaanschade met zich mee. ‘Het is belangrijk dat de behandelaar dit weet en deze informatie ook deelt met de patiënt’, sluiten de auteurs dan ook af.