‘De overheid wil het gebruik van alcohol en alcoholhoudende dranken ontmoedigen. Daarom heft de Belastingdienst accijns op deze producten’, meldt Rijksoverheid.nl vroom. Vanaf oktober zelfs nog meer belasting: de accijns op bier gaan met tien procent omhoog, en die op wijn zelfs met vijftien procent. Die accijns mag overigens niet té ontmoedigend zijn: in de Voorjaarsnota schat dezelfde overheid dat de verhoging 100 miljoen euro opbrengt. Dat is nog los van de btw-verhoging van twee procentpunt die voor vrijwel elke aankoop gaat gelden. Wie drank koopt, betaalt straks dus verhoogde belasting over verhoogde belasting. Nu komt er grofweg tien cent per glas aan belasting bij. Een serieuze zuipschuit die twintig bier op een avond drinkt, betaalt twee euro extra. Niet een bedrag waar je nog wakker van ligt, en al helemaal niet als je al een paar drankjes op hebt. Als je de drankconsumptie in Nederland echt zou willen verlagen, rekende het Trimbos-instituut ooit uit, dan moet de accijns minstens met de helft omhoog, in plaats van met tien procent. Even ter herinnering: een flesje bier bevat anderhalf standaardglas. De Gezondheidsraad adviseert mannen om niet meer dan twee standaardglazen alcohol te drinken. Vijf is voor mannen echt de max, drie voor vrouwen. In de ogen van veel studenten een homeopathische dosis. Als heel Nederland zich aan die normen zou houden, worden er heel wat kroegbazen en brouwers werkeloos – en loopt de overheid de ingeplande miljoenen mis. Maar ook als je vindt dat de drankconsumptie in Nederland hetzelfde moet blijven, valt er wat voor de accijnsverhoging te zeggen. Het feit dat Nederlanders zo massaal te veel drinken, kost de samenleving geld. Geluidsoverlast, verkeersdoden, vandalisme, geweld, ongewenste zwangerschappen, gemiste arbeidsproductiviteit, ziekte, het feit dat kinderen kostbare IQ-puntjes kapotzuipen waarmee ze iets nuttigs hadden kunnen doen: het telt op, allemaal. Tot welk bedrag precies, dat is economenwerk en daarmee vrijwel per definitie discutabel, maar zelfs met foutmarges kwam het Centraal Planbureau in 2006 met het rapport Kosten drankmisbruik veel hoger dan opbrengst accijnzen. Die kosten komen bij de samenleving terecht, zodat niet-drinkers de kotsplassen, littekens en leverschade subsidiëren met hun belastinggeld en verzekeringspremies. De vervuiler betaalt, maar hij betaalt lang niet genoeg. Accijnzen zijn zelf ook een soort drugs, lijkt het wel. De overheid weet dat ze er niet echt de problemen mee oplost, maar heeft er toch steeds meer van nodig. Als ze de dosis maar geleidelijk genoeg opvoert, blijft de burger leveren: een pakje sigaretten kostte in 2002 € 3,40 en nu twee euro meer, maar het aantal rokers is praktisch gelijk gebleven. Met de drinkers zal het niet anders gaan: nog een paar flinke Voorjaarsnota’s en de prijs van drank dekt eindelijk de lading. Dan kunnen we pas echt zuipen voor het vaderland.
Achtergrond
Gezondheid! Op duur bier!
Bart Braun
woensdag 12 september 2012
© Silas.nl