Het onderwerp kwam ter sprake in de faculteitsraad omdat er zorgelijke signalen waren vanuit een veldwerkproject op Cyprus over hoge werkdruk. Voorzitter van de faculteitsraad Merlijn Veltman licht het toe: ‘Er gaat veel vakantietijd in de zomer op aan veldwerk, dat is niet per se een probleem, maar de erkenning in uren die er tegenover staat is misschien niet in verhouding. Daar komt bij dat er een enorme toename is in het aantal studenten, waarvan men niet goed weet hoe dat tegemoet te komen.’

De problemen zijn bekend bij het faculteitsbestuur, gaf vice-decaan Alex Geurds aan. ‘Bij grotere veldwerkprojecten gaat diegene vaak aan het begin van het jaar zitten met het afdelingshoofd om de werklast over het jaar te verdelen. Bij kleinere projecten of projecten die pas later in het jaar georganiseerd worden, gebeurt dit niet altijd. Daar zitten onduidelijkheden waaraan moet worden gewerkt.’

Daar komt de vraag nog bij wat de beste manier is om projecten te financieren, voegde hij toe. ‘De achtergrond hierbij is de grotere discussie over de rol die we veldwerk willen geven in het curriculum, de plek die het inneemt en het moment in het jaar. Daar zijn we nu over aan het praten.’

Eén van de opties die worden overwogen, is het veldwerk volledig intern te organiseren, vulde hoofd bedrijfsvoering Jan Pronk aan. ‘En het dan ook goed financieren, bemannen, organiseren en inplannen in het curriculum.’ Het gaat dan volgens hem ook over ‘veldwerk in de bredere zin van het woord’ en kan dus ook ‘labonderzoek of een heritage project’ betreffen. ‘We moeten ons dan afvragen: hebben we hier de capaciteit voor, maar ook: willen we altijd naar het buitenland? Is het vanuit een green office perspectief beter om een field school niet per se in het buitenland te hebben?’

Door te zoeken naar andere momenten tijdens het jaar, kan de druk op doorwerken tijdens de zomervakantie hopelijk afnemen, aldus Pronk. ‘We willen de werkdruk niet vergroten. Veldwerk in de zomer is een eigen keuze, maar we moeten misschien als faculteit op een ander moment de mogelijkheid tot veldwerk bieden, zodat je tenminste de optie hebt om bij te komen in de vakantie, waar die toch voor bedoeld is.’

Geurds: ‘Met klimaatverandering wordt het steeds onmenselijker, zou je kunnen zeggen, om naar de werelddelen te gaan waar we nu vaak heen gaan, om in 40-45 graden hitte te gaan werken. Er is misschien een veel beter seizoen om die stages te doen, dan middenin de zomer.’

Het is een van de opties die het faculteitsbestuur overweegt. Pronk: ‘We zijn nog in een vroeg stadium. Dit zou veel consequenties hebben qua budget, medewerkers, organisatie en de hele structuur van de bachelor.’

Het bestuur hoopt voor het collegejaar ’25-’26 de eerste veranderingen kunnen toepassen. Geurds: ‘We willen het niet jaar na jaar voor ons uit schuiven. In december hopen we te kunnen laten zien waar we naartoe willen.’