Columns & opinie
Column: Koffie in Amsterdam
woensdag 25 april 2018

Mijn vriend is geboren en getogen in de allermooiste stad van België: Antwerpen. ‘t Stad, in de volksmond. ‘En al de rest is parking’, wordt daar vaak achteraan geroepen. Omdat de rest van het land slechts een parkeerplaats is, hoeven we daar ook niet naartoe. Heel handig.

Dat idee lijkt niet te heersen als we het over Nederland hebben. Hier wil hij opeens elke uithoek van het land bezoeken. Ik heb het twee jaar lang kunnen uitstellen. Den Haag: lekker dichtbij.

‘Rotterdam, je vindt die moderne architectuur vast heel mooi. En er is een leuk beeld van een kabouter.’

Utrecht. Heeft zó’n lieve binnenstad. Nijmegen, mogelijk de oudste stad van het huidige Nederland.

‘Leiden, het hoeft niet altijd zo avontuurlijk te zijn, niet te zot. Prima koffiezaakjes, prima cafés.’

Maar dit weekend was het moment daar. Hij wilde naar Amsterdam.

Zo vaak kom ik niet in Amsterdam, dus leek het mij handig om reviews van koffiezaakjes op te zoeken. Een voorbereid mens telt voor twee. En het was een excuus om niet aan mijn scriptie te werken. Reviews dus. Normaal is dit het gedeelte van mijn column waar ik mezelf indek door te nuanceren. ‘Begrijp me niet verkeerd’, ‘Het ligt vast aan mij’, enzovoorts. Hier niet.

Want als er iets is dat samenvat hoe ik denk over de Amsterdamse horeca, zijn het de reviews op Google Maps.

‘In potentie de lekkerste açai bowl van Amsterdam, maar geen constante kwaliteit.’ Mogelijk de allerlekkerste overgewaardeerde smoothie die in een kom is gekapt, maar slechts de helft van de tijd. Want je blijft na drie omhooggevallen bakken cruesli wel gewoon komen natuurlijk, of ze nou tegenvallen of niet.

‘Superleuke plek. Pinterest in real life. Het leukste is nog de koffie is bijzonder mooi!’ Het vloeibare goud smaakt misschien naar slootwater: zolang er maar een hartje, rozet of zwaan uit melkschuim bovenop ligt en het interieur een samengeraapt zooitje is van steigerhout en Monstera-planten.

En, met stip op één mijn favoriet: ‘Met mooi weer kan je buiten in de vensterbank of op een stoeltje zitten.’ Zozo, een stoeltje. Je tikt vier euro neer voor een cappuccino, maar dan krijg je er ook een zitplaats bij. Of een vensterbank, als je toch niet kan kiezen tussen staan en zitten.

Nu, ik ben de slechtste niet en ga hier toch even de ruimte nemen voor nuance. Soms ben ik het ook volmondig eens met een review, zelfs als deze gaat over een koffiezaak in Amsterdam. ‘Een kopje thee voor 3 euro; hoe durf je’, bijvoorbeeld, of ‘Meest overschatte plek ooit.’ Bovendien denk ik dat er wel degelijk hele leuke plekken zijn in Amsterdam. Spoor 2a van het Centraal Station bijvoorbeeld, waar ieder half uur een trein vertrekt richting Den Haag Centraal.

Femke Blommaert studeert taalwetenschap