Columns & opinie
Brief: Hebben we het nu echt over 'discriminatie op studie' bij studieplekken?
woensdag 21 februari 2018

Met stijgende verbazing lees ik over de escalatie van de Asian Library versus rechtenstudenten (‘Medewerkers werden afgeblaft’, Mare 19, 15 februari). De laatsten halen het burgerlijk wetboek erbij alsof hen persoonlijk onrecht is aangedaan, en melden zich bij de UR. De bibliotheek greep eerder in met bewakers en chips op LU-cards.

Als vers afgestudeerde student aan de Faculteit der Geesteswetenschappen (bij geschiedenis) herken ik me natuurlijk in het probleem, er zijn structureel te weinig studieplekken in Leiden. Voor studenten Geesteswetenschappen is dat echter nog een groter probleem: de UB is de eerste toevlucht, want wij hebben als enige faculteit geen eigen bibliotheek of studieplekken, naast één computerruimte zonder daglicht. Als de UB vol is, is er dus officieel geen plek waar studenten kunnen studeren, en dat terwijl de FGW in aantallen studenten de grootste faculteit is.

Dat vind ik eigenlijk een veel groter probleem dan de tientallen plekken in de Asian Library waar deze discussie om draait. Geesteswetenschappers en hun studenten zijn vermoedelijk ook degenen die het meest gebruik maken van de collecties van de UB voor papers en andere opdrachten, dus de UB heeft voor hen ook nog een ander direct belang. De collecties voor Rechten liggen namelijk deels in het KOG zelf.

De collectie van de Asian Library is een samengevoegde collectie die in de afgelopen jaren is ontstaan uit collecties van onder andere het KIT en het KITLV, waar veel onderzoekers en studenten voor naar Nederland komen. Mocht het nog niet duidelijk zijn, de Asian Library is niet per definitie een studieplek is voor studenten, het dient een ander doel dan enkel voor je tentamens studeren. Er is bijvoorbeeld ook al jaren de zaal Bijzondere Collecties, bovenin de UB. Daar is het ook vaak rustig en de toegang beperkt. Daar hoor ik nooit een rechtenstudent over klagen. Die zaal is er namelijk, net als de Asian Library, voor het raadplegen van een specifieke collectie, wat alle studenten vrij staat. Er is ook daar geen sprake van discriminatie. De ‘geest’ van die wet lijkt me vrij duidelijk: er is beperkte toegang, omdat de zaal een ander doel dient dan waarvoor studenten het zouden willen gebruiken.

Een deel van de collectie van de Asian Library huisde voorheen in het KITLV naast het Lipsius. Deze voormalige studiezaal aan de Reuvensplaats is nu verbouwd tot een mooie studieplek speciaal voor studenten van alle studies. Het is een studieplek waar ik vorig collegejaar veel aan mijn scriptie heb gewerkt en waar vaak weinig studenten te vinden waren, evenals bij andere extra studieplekken. Ik ben het met veel studenten eens dat er meer structurele studieplekken voor studenten moeten komen in plaats van losse zalen, maar waarom specifiek de Asian Library?

Het probleem dat Rechtenstudenten vaak aandragen is dat hun eigen bibliotheek in het KOG wordt overspoeld door andere studenten en scholieren. Dat is inderdaad niet wenselijk, maar de Asian Library als mikpunt is dan eigenlijk symptoombestrijding. Waarom pleit men niet opnieuw voor maatregelen voor het KOG? Kaartcontrole bij de ingang? Een bewaker die andere studenten buitenhoudt? LU-cards met chips erin? Als de discussie zo fel oploopt in de UB, is de nood blijkbaar hoog genoeg om dit als studenten Rechtsgeleerdheid, mét burgerlijk wetboek, aan te kaarten bij het faculteitsbestuur.

Bente de Leede, PhD geschiedenis