Columns & opinie
Column: Roltrap
donderdag 11 mei 2017

De reisplanner geeft aan dat ik negen minuten overstaptijd heb, maar eenmaal aangekomen op Rotterdam Centraal, is dat gereduceerd naar een luttele vijf minuten. Hoewel ik tot nu toe enkel in het Universitair Sportcentrum ben geweest om een tentamen af te leggen, lukt dat snelwandelen van perron 9 naar perron 11 wel. Zoveel moeite is het niet: uitstappen, een roltrap op perron 9 vinden die naar beneden gaat, een klein stukje lopen, een roltrap vinden die me naar perron 11 brengt en dan hoef je enkel nog maar in te stappen.

In theorie heel erg gemakkelijk dus.

Ik zou zelfs kunnen overstappen op Dordrecht in plaats van Rotterdam Centraal, maar ik ben altijd bang dat ik alsnog per ongeluk mijn trein mis en als ik ergens niet een uur lang wil wachten, dan is het wel Dordrecht. Het is een beetje het Kapelle-Biezelinge van de Randstad.

Goed, afgezien van welk station je kiest: in de theorie is het dus allemaal heel erg haalbaar.

En toch zit ik hier, in de praktijk, met klotsende oksels in een tweedeklas coupé die me uiteindelijk naar Antwerpen Centraal moet brengen. Want iedere keer als ik op Rotterdam Centraal sta, doet zich een fenomeen voor dat in die hele theoretische situatie niet voorkomt. Een fenomeen dat het bloed onder mijn nagels vandaan weet te krijgen zoals geen enkel ander fenomeen dat kan. Erger dan mensen die tomaten in de koelkast bewaren en mensen die hun bananen in de supermarkt in een apart plastic zakje doen. Bij elkaar.

Mensen die stilstaan op de linkerkant van de roltrap. Wie zijn ze? Waar wonen ze? Zijn ze achtergelaten in een mandje aan een rivier en opgevoed door wolven? Als sociaal experiment de eerste tien jaar van hun leven opgesloten in een kelder? Verpesten ze ook moedwillig de smaak van hun groenten en stoppen ze ook fruit dat praktisch al in een verpakking komt, in een tweede verpakking?

In de praktijk spring ik over gigantische sporttassen en waszakken, duw ik zo sociaal geaccepteerd mogelijk leeftijdsgenoten met mijn eigen rugtas aan de kant, werp ik nijdige blikken naar ouders die hun peuters niet in bedwang kunnen of willen houden terwijl ik me langs hun kroost wurm en mompel ik zes minuten lang “Excuseer!” en variaties daarop. Maak iedereens leven een beetje beter: dat van jou, maar ook dat van je mede-roltrapgebruiker. Rechts staan, links gaan.

Dat is wel het voordeel van Station Dordrecht en Station Kapelle-Biezelinge. De eerste heeft geen trap die rolt en de tweede heeft überhaupt geen trap.

Femke Blommaert studeert taal­wetenschap