Columns & opinie
Column: Printen
woensdag 12 oktober 2016

Het is 2050. De Verenigde Staten pogen uit de recessie te klimmen die Donald Trump heeft gecreëerd. Amalia zwaait de scepter over de Lage Landen.

De Wereld Draait Door heeft een andere presentator waardoor Halina Reijn (nog steeds ongewild kinderloos) niet meer zo achterlijk vaak tafelgast hoeft te zijn. Zwarte piet is al meermaals afgeschaft en geherintroduceerd. Studenten teleporteren zichzelf naar colleges.

Enkele professoren aan de Universiteit Leiden vragen nog steeds of je een geprinte versie van je opdracht voor twaalf uur ‘s middags in hun postvakje wil steken.

Ik houd van Blackboard. Ten eerste ben ik ook maar een product van de maatschappij, dat nergens naartoe durft zonder haar laptop en smartphone (het liefst mét opladers) en al haar agenda-gerelateerde zaken digitaal heeft staan. Ten tweede kan ik op deze manier opdrachten inleveren als ik niet in Leiden ben.

Dat is handig, want dan kan ik ongegeneerd drie dagen doorbrengen in de Antwerpse Universiteitsbibliotheek. Daar was dat ene boek over Cambodjaanse grammatica wel beschikbaar, namelijk. Klinkt allemaal als een goed plan, tot je op dinsdagochtend van het station naar een postvakje op de universiteit moet rennen, om je afgedrukte opdracht op tijd in te leveren.

Printen is slecht voor het milieu. Voor het papier worden bomen gekapt en schadelijke stoffen komen vrij bij het verwerkingsproces. Idem voor inkt.

En laten we even eerlijk zijn: met elf vierkante meter aan eigen territorium en een schraal studentenloon is er vaak geen plaats meer voor een printer. Laat staan voor de peperdure originele inktpatronen. Die goedkope worden namelijk op afstand onbruikbaar gemaakt (looking at you, HP).

Bovendien bestaat het afval van huishoudens voor tien procent uit papier (thanks, CBS). Dat is dan enkel het oud papier dat wordt gescheiden van het ‘normale afval’, natuurlijk. We weten allemaal dat mensen die driftig afval scheiden, dezelfde mensen zijn die zo min mogelijk printen. En als ze het toch doen: dubbelzijdig. Met speciaal eco-fontje.

Pleit ik voor anti-afdruk-autoriteiten? Nee. Er bestaat niet zoiets als een patrouillerende printpolitie en dat wil ik graag zo houden. Ik snap dat er situaties zijn waarin je, zelfs na een moment van bezinning, expliciet de printversie boven de digitale versie verkiest. Wordt er iets ingeleverd dat qua formaat meer naar een boek neigt, dan snap ik dat dat liever wordt gelezen als een boek: op papier.

Printen is niet meer van deze tijd, online inleveren des te meer. Op deze manier is perfect te zien wie een bepaalde taak al heeft ingeleverd en wie nog niet. Alsook, het is een stuk lastiger om deze ontvangen taken vervolgens kwijt te spelen.

Lieve lezer: bezint eer ge print.

Femke Blommaert is student taalwetenschap