Studentenleven
Pauwen en Dixi's
Elk jaar beloont Mare de beste Leidse almanak met eeuwige roem én een fust bier. Over mugshots, kantoorgerij en piemels.
Petra Meijer en Marleen van Wesel
woensdag 15 juni 2016

Het duurde even, voor de volgorde van de top drie vaststond. Aan een rangorde van de overige elf hebben we ons maar niet gewaagd. In willekeurige volgorde: alleen NSL is dit jaar nog echt losgegaan, met confetti, ballonnen en vuurwerk. Het resultaat is érg druk, maar ook vrolijk, en ze gingen toch niet voor goud. Met het thema a silver celebration viert de vereniging het vijfde lustrum.

De meeste inzendingen ogen juist sober. Is er dan toch geluisterd naar al die voorgaande juryrapporten waarin Mare smeekte: less is more? En zullen wij dan ook maar naar jullie luisteren? Vorig jaar, toen Catena nipt van Minerva won, klonk er onder de leden van de nummer twee namelijk kritiek over de criteria. Onlangs, in het Mare-lezersonderzoek werd dat, anoniem, herhaald: ‘Ik neem de redactie een stuk minder serieus nadat die in 2015 de keuze van de mooiste almanak baseerde op een tijgerprintje.’ Auw!

Keerzijde van die ingetogen almanakkenmode: in het verleden werd er wel eens méér uitgepakt met de thema’s. Neem de Prometoys-speelgoedfolder of het glamrock!-boekie van Catena uit 2015. (Het was trouwens panterprint, maar soit.) Catena heeft dit jaar überhaupt geen almanak en de kids van Prometheus doen ineens heel volwassen met hun Museumgids der A.S.V. Prometheus. Geestig: bij wie geen foto heeft aangeleverd voor het smoelenboek, pardon: de ledengalerij, hangt een lege schilderijlijst met een briefje: ‘Dit object is tijdelijk uitgeleend.’ Maar voor een almanak die nog écht doordrongen is van het thema, kunnen we zoals altijd rekenen op de Leidsche Flesch. Van de kaft, waarop de letters ‘Netflix’ op een televisiescherm verspringen naar ‘Netflesch’, tot de paginanummering die synchroon loopt aan een rode balk die de kijkduur aangeeft.

Vergelijkbaar met de ChArged-almanak van het Chemisch Dispuut Leiden, waarin de bladzijdes gelijk oplopen met het icoontje van een opladende batterij. Daarin vinden we een smoelenboek vol batterijtjes, maar met verder niet meer informatie dan namen en verjaardagen. Die chemische verbinding met een CDL-genoot, moet je dus toch in het CDL-hok of de Science Club aangaan, wat een ruime meerderheid volgens de ledenenquête al doet. Voor wie dát niet durft: er zitten twee uitknip-en-aankleed-poppetjes in, waarvan wij het nut anders ook niet snappen.

Corpus Delicti is eveneens consequent in het thema: CoDe is the new Black. Het criminologenbestuur, steevast op oranje hoge hakken, stelt zich voor in rapportages vanuit de penitentiaire inrichtingen waarin de dames vastzitten. Mug shots sieren uiteraard het smoelenboek. Minpuntje: het papier is wel érg glossy…

Het spannendste wat we in de Njord-almanak vonden, was een blotebillenfoto in zwartwit uit 1999. Het matte papier, het beperkte kleurgebruik in het jaarverslag en het uitklapbare katern over de aanbouw is allemaal bijzonder mooi, maar ook een beetje braaf.

Bij SSR beduidend meer vermaak, met quotes als ‘Ik moest kotsen want de bel deed het niet’ en een recept voor 150 pannenkoeken. Altijd handig. Net als de statistieken: de gemiddelde SSR-vrouw heeft 3,2 pandapunten, tegenover 4,9 bij de mannen. Zag de héle almanak er zo leuk uit als de statistieken, of zo fraai als de semi-occulte kronkels die het boek illustreren, dan hadden we nu al een winnaar. Hoewel, Mare in het Dictionaire Essessiare definiëren als wc-papier helpt natuurlijk ook niet.

Qua strakke vormgeving en amusementswaarde precies tussen SSR en Njord: de Asopos-almanak, met een Olympisch tintje. Voor de acht pagina’s tellende verenigingskroniek op rijm niets dan bewondering. Dat het aandoet als een uit de hand gelopen Sinterklaasgedicht dat regelmatig ritmisch uit de bocht vliegt, nemen we voor lief. Vaste waarde is het roeiwoordenboek. Nereusje: een oefening die net zo plezierig is als de vereniging waarnaar deze is vernoemd. Een combinatie van een jumping-jack gevolgd door opdrukken. Odorex: koning van het onderling doucheoverleg; belangrijk persoon aan wie toestemming gevraagd moet worden indien men gemengd wil douchen; niet bereikbaar tijdens Studio Sport op zondagavond.

Geïnspireerd door Linnaeus’ Systema Naturæ maakte de Leidse Biologen Club een Systema Biologicæ. Een taxonomisch opgebouwde inhoudsopgave, de speekselketen die veranderd is in een kruisingsschema, maar dan die nare punaises en paperclips op werkelijk elke foto… Kom op jongens, de jaren negentig zijn voorbij!

Dat geldt ook voor Augustinus. Die knijpers, dat lelijke kantoorgerij: zonde van een verder klassieke almanak. In tegenstelling tot Quintus en Minerva accepteert de almanakcie van Aug nog wel wazige clubjesfoto’s. Bonuspunten: bij alle foto’s in het smoelenboek een in te kleuren vakje voor wie je hebt geregeld.

Een eervolle vermelding voor een heuse dispuutsalmanak. Het communistisch ingegeven SSR-dispuut Corduroy ging los met het originele thema #vissa. Marxistische vissen dus, voor insiders waarschijnlijk nóg leuker. In de rubriek ‘De Übercorduroyaan’ combineerde de almanakcommissie de beste (?) fysieke kenmerken van haar leden tot één foto. Wie onmiddellijk verliefd werd, kon een gemiddeld telefoonnummer bellen. Daarmee brak het dispuut ons hart. Het gemiddelde telefoonnummer was buiten gebruik.

De top drie wordt geopend door de stijgerrr van het jaarrr! Verzoop de Quintus-almanak andere jaren nog in de glitters, uitneembare delen en magische snufjes, nu bladerden we even terug om te checken of we echt het boekwerk van de Quinten voor ons hadden. Zo consequent, zo rustig, zo stijlvol! Maar jawel: de commissie ambieerde dit jaar ‘rust en eenheid’, aldus het voorwoord. Geslaagd, zeggen wij. Dat ze nog niet doorstoten naar de hoogste regionen van deze top drie, snappen ze zelf vast wel. Uit de statistieken: op de vraag of je later succesvol wordt, antwoordt 42 procent: ‘Als ik dat dacht, zat ik wel bij de tent.’

Nummerrr twee! Rawr! Weerwolven van Wakkerdam is een perfect thema voor spellenvereniging Duivelsei. Het is ook nog eens ontzettend leuk uitgewerkt: griezelige prentenboekachtige illustraties, een exclusief interview met een van de spelbedenkers, wat losse uitbreidingskaartjes voor je eigen spel, en allerlei personages die het jaaroverzicht, het commissieoverzicht en de zusterverenigingen inleiden: ‘Inmiddels was het nacht geworden en sliep het dorpje rustig in. Maar één persoon kon niet goed slapen. Het was…’

De Minerva-almanak opent sfeervol, met de commissie in jagerskloffie, vanaf een heuvel in het bos, starend in de verte. Mooi beeld, net als overal in de almanak: of er nu geposeerd wordt in de schouwburg, of gesleept wordt met Dixi’s tijdens de ontgroening. Pixelige foto’s of rode oogjes tref je hier niet aan. Vogelvrij luidt het thema, en dat laat ruimte voor serieuzere bespiegelingen over hedendaagse problemen, zoals de komst van vluchtelingen. Deze almanak is verzorgd, compleet (dit jaar werden de ontgroeningsfoto’s er niet preventief uitgescheurd) en de huizenquotes gaan gelukkig gewoon over ongeleide reptielen, arren, sletten, piemels en kotsen voor het tandenpoetsen. Vakwerk. We zouden zelfs zeggen: nummerrr een!

Er is alleen een probleem: de prachtige editie voor in de fusies van Minervahuizen, heeft wél een pauwenverenprintje als kaft…