Columns & opinie
Column: Einde
woensdag 8 juni 2016

Na acht jaar is het dan eindelijk zover. Nog even mijn scriptie verdedigen en dan ben ik klaar met studeren. En omdat deze kolom alleen bestemd is voor Leidse studenten, betekent dit tevens dat dit mijn laatste column is. Mochten mijn stukjes bij u in de smaak gevallen zijn en mocht u toevallig ook nog de dienst uitmaken bij een groot landelijk dagblad of magazine, schroom dan niet om contact op te nemen.

Mocht u mij maar een saaie stukjesschrijver hebben gevonden, dan slaat u mij inmiddels hoogstwaarschijnlijk over en komt dit blijde bericht u niet onder ogen.

Mij rest intussen niets anders dan de balans op te maken. Ik begon aan deze columns in een poging ingeburgerd te raken in Leiden. Ik ging op pad met een stadsrondleidster, bezocht een voetbalwedstrijd, keek een voetbalwedstrijd, dronk bier in Leidse kroegen, ging naar een Leidse kapper, hing regelmatig rond in de hortus, zag de opkomst en ondergang van De Nieuwe Universiteit Leiden en had vaker dan me lief was vertraging in de trein naar Leiden.

Toch kan ik niet zeggen dat het gelukt is om in te burgeren. Misschien heeft dat er mee te maken dat ik, ondanks herhaaldelijk aandringen, nog nooit heb mogen logeren in een vrouwelijk dispuutshuis.

Wel heb ik Leiden de afgelopen jaren beter leren kennen. De studentenkroegen, de goedkope eetcafés, de chaotische opleiding filosofie, waar helaas alles in het Engels gaat maar tenminste nog wel uitgebreid primaire teksten bestudeerd worden, de lelijkste UB van Nederland en het Lipsius, volgens mij de enige plek in de wereld waar je naar het hele album van de muziek van Game of Thrones kunt luisteren zonder dat er iemand raar van opkijkt.

Langzaam maar zeker ben ik ook best een beetje van Leiden gaan houden. De grachten, het accent van de bouwvakkers, de corpsballen die ’s avonds in vol ornaat over straat lopen, de dispuutsmeisjes die trots met hun dispuutsbomberjacks op de fiets voorbij komen snellen. Mocht ik geen huis kunnen vinden in Amsterdam en er staat nog een leuk grachtenpandje leeg, dan zou ik me best voor kunnen stellen dat ik in Leiden ga wonen.

Wat ik nu ga doen weet ik nog niet. Ik ben rustig op zoek naar een baan, ga nog ruim een maand op vakantie en heb genoeg geld om het daarna nog ongeveer twee maanden uit te zingen. Mocht ik dan nog niets hebben, zie ik dan wel weer verder. Het was me een waar genoegen om u tweeënhalf jaar lang mijn mening op te kunnen dringen en te mogen vertellen wat me zoal bezig hield. Ik hoop dat het wederzijds was.

Tim Meijer