Columns & opinie
Franca Treur - X&Y op kamers
donderdag 17 maart 2016
© Olivia Ettema

Recht op

Eline woonde het langst in het studentenhuis, de anderen waren allemaal na haar gekomen. Ze gebruikten de was- machine, de stofzuiger en het gasfornuis, maar hadden er nooit aan meebetaald. Eline en de vorige lichting, inmiddels allemaal yuppen, hadden die dingen aangeschaft.

Op de dag dat Eline ook verhuisde, nam ze de wasmachine, de stofzuiger en het gasfornuis mee. Iemand stond rijst te koken toen Eline de gasslang ontkoppelde, maar ze waren het eens, Eline had er recht op. En rijst wordt misschien ook wel zacht als je die een tijdje in water op het aanrecht laat staan.

Toen ze verhuisd was kwam Eline nog een keer terug voor een laatste ronde door de keuken. Haar oog viel op de radio. De radio stond er al voordat zij er was komen wonen, en omdat zij er het langst naar had geluisterd, was hij meer van haar dan van de mensen die er nu naar luisterden, dus ging de radio in de tas. De sleutels legde ze op tafel met een briefje.

In haar nieuwe huis zette ze de radio aan. Ze schrok van de stemmen in haar keuken, ze vond ze vervelend resoneren. Ze stuurde een mail naar de oude huisgenoten die inmiddels yuppen waren geworden. Ze vroeg of ze wisten van wie de radio was, en als hij van hen was, of zij hem dan mocht hebben in plaats van de huidige bewoners die zij toch niet kenden.

In de mail die Eline terugkreeg stond dat de radio bij het studentenhuis hoorde, en dat een nieuwe radio tegenwoordig maar een tientje kost.

Eline stuurde een mail aan de bewoners van het studentenhuis, dat ze per ongeluk de radio had meeverhuisd en dat ze een afspraak wilde maken voor de volgende dag om hem terug te brengen.

Ze kreeg een mail terug dat ze de radio niet meer hoefden, er was geen recht op teruggave.

Huiselijker

Barbara krijgt haar nieuwe huisgenoten op de thee en de hele gang ruikt naar appeltaart. Wat haar betreft had hun kennismaking al veel eerder plaatsgehad. Wanneer ze hun lachsalvo’s door de muren hoort, zet ze haar eigen kamerdeur open.

Een kop thee is wel het minste. Zij is het die eigenhandig en van haar eigen geld de muren van de keuken roze verft. En dankzij haar zijn er schoonmaakroosters en aanmaningen om wc-papier te kopen. Die eerstejaars doen alsof ze daar ver boven staan. 

Goed, zij heeft de mooiste en grootste kamer van het hele huis, en ze heeft hem al een jaar of twaalf, maar wat dan nog? De huur is ook veel hoger, te hoog voor iemand die niet werkt.

Barbara besloot in actie te komen toen ze Lonneke, de populairste van het stel, in haar eentje in de keuken trof. Ze bood haar een plank aan in de keukenkast, die door Lonneke gretig werd geaccepteerd, en Barbara praatte haar bij over de tradities van het huis, het samen vieren van bijvoorbeeld Sinterklaas. Lonneke had er weinig op gezegd, maar wel begrijpend geknikt.

De follow-up kwam toen een van de meiden het huis verliet, om bij haar vriendje in te trekken. Dit was Barbara’s moment. Uit naam van de huisbaas schreef ze een zakelijke brief aan alle bewoners. Daarin deelde ze mee dat de vrijgekomen kamer niet aan een nieuwe studente wordt verhuurd, maar aan een kennis van de huisbaas, Rachid. Rachid omschreef ze als een jongen die wegens een moeilijke thuissituatie voor onbepaalde tijd een plek nodig heeft. 

Barbara zelf vond de brief op de mat en nodigde iedereen uit voor een crisisberaad. Tegen Lonneke, die met de nieuwe bewoner de badkamer zou moeten delen, liet ze er alvast iets over los. 

De appeltaart is nog warm als Barbara de brief voorleest. Ze voegt eraan toe dat ze tegen de komst van Rachid bezwaar kunnen maken, dat ze zoiets in het verleden ook eens hebben gedaan. Iedereen kijkt haar dankbaar aan. Ze heeft haar lippen geverfd en een jurk aan die haar jonger maakt. 

Ze pakt haar laptop erbij. Ons huis kent grote sociale samenhang, dicteert Lonneke haar. Er zijn huistradities als het gezamenlijk vieren van Sinterklaas. Het is onze angst dat uw kennis hier weinig belang aan hecht. 

Intussen prijst iemand de appeltaart, en een ander zegt dat de keuken huiselijker aandoet sinds de muren zo mooi roze zijn.

Steunen

Sweder en Sita zijn elkaars grote liefde. Ze zijn jong en steunen elkaar in alles.

Op zeker moment vraagt een studiegenoot Sweder voor een partij tennis. Sweder heeft nog nooit op de baan gestaan, maar is vereerd dat Gerard aanhoudt, dat hij kennelijk bepaalde verwachtingen van hem heeft.

Hij maakt die verwachtingen meer dan waar, en Gerard complimenteert hem uitgebreid. Voor iemand die het nooit eerder heeft gedaan, heeft Sweder beslist talent.

Sita steunt Sweders beslissing om op tennis te gaan. Zijn enthousiasme voor iets wat hij zonder haar onderneemt, steekt haar, maar ze laat niets merken. Al snel praat Sweder over competitie spelen, maar daarvoor moet hij wel meer oefenen. Hij klaagt dat de lessen maar eens per week zijn.

Op een dag zitten Sita en Sweder samen in de tuin van zijn studentenhuis. Ze drinken icetea en genieten van het lekkere weer. Perfect tennisweer, zegt Sweder. Jammer dat Gerard met vakantie is.

Sita bijt op haar lip. Ik zou kunnen gaan, zegt ze aarzelend, alsof dit voor het eerst in haar opkomt. Als ik het ook leer, heb je voortaan altijd iemand om mee te spelen. Als Gerard niet kan, voegt ze eraan toe.

Sweder doet haar voor hoe ze moet staan en hoe ze haar racket moet houden, maar hij heeft weinig geduld. Diezelfde middag schrijft Sita zich ook in. Ze wil een goede tennispartner worden. Niet een kruk aan wie Sweder niets heeft.

Voortaan fietsen ze samen naar het sportterrein. Eenmaal daar spelen ze elk op hun eigen niveau. Sita droomt van een spectaculaire, theoretisch onmogelijke overwinning. Zo’n overwinning zou Sweder ergens van kunnen overtuigen, al weet ze niet precies waarvan.

Sweder ligt opvallend goed bij de meisjes uit zijn competitieteam. Sita kijkt liever niet als hij gemengd dubbel speelt, maar ze dwingt zich ertoe. Ergens windt het haar ook op. Door de ogen van die meisjes ziet ze weer hoe charmant hij is, hoe mooi om te zien. Ze blijft tot het einde om na afloop met hem weg te kunnen fietsen. Dat Sweder het plezier van het samen wegfietsen niet lijkt te delen, doet ze af als een detail.

Op een smoorhete competitiedag is Sweder aan de beurt voor het enkelspel. Bij het ontbijt laat hij Sita zijn biceps zien. Hij is goed in vorm.

Sita zit aan de zijkant en moedigt hem aan. De mannen gaan gelijk op, toch is het een slome wedstrijd. Sita kijkt om zich heen. Van de baan ernaast komt een jongen, rackettas over de schouder. Hij is knap. Hun ogen ontmoeten elkaar.

Hij komt haar kant op, kent haar ergens van. Sita giechelt, ze weet dat hij flirt, maar het is gewone flirt. Onschuldige flirt. Kom zitten, gebaart ze. Ze kletst vrolijk terug en raakt daarbij een keer zijn arm aan. Soms valt hun gesprek stil en kijken ze naar de bezwete tennissers op de baan. Als Sweder een punt maakt, applaudisseert Sita. De jongen naast haar klapt op die momenten ook. Het gebeurt niet vaak. Het is niet Sweder die deze middag scoort.

Nederlands en literatuurwetenschap in Leiden en werkte als freelancer voor Mare. Haar debuutroman Dorsvloer vol confetti (2009) werd ruim 150.000 keer verkocht, won de Selexyz Debuutprijs en de Jan Bruijns-prijs en werd in 2014 verfilmd. Na haar tweede roman De woongroep verscheen onlangs X&Y, een bundel ‘piepkleine psychologische verhalen’, geïllustreerd door beeldend kunstenaar Olivia Ettema.