Achtergrond
Opinie: Olievlekscenario
donderdag 18 februari 2016

In Mare 19 (11 februari, ‘Alle colleges in het Engels?’) het bericht dat bij Wiskunde en Natuurwetenschappen overwogen wordt ook de bachelors Engelstalig te maken. Het was te voorzien dat zoiets een keer zou gebeuren: het olievlekscenario. Aan de horizon tekent het zich al af: Engels vanaf de peuterspeelzaal.

Maar wat is er tegen Engelse bachelors? In het genoemde bericht worden al een paar ernstige bezwaren aangevoerd. Ze zijn vooral van didactische aard. In deze reactie wil ik erop wijzen dat die verengelsing mij in strijd lijkt met de geest van Bologna. Wat bedoel ik daarmee? In 1999 hebben de Europese landen in deze Italiaanse stad afgesproken hun universitaire studieprogramma’s op elkaar af te stemmen, volgens het Angelsaksische bachelor-mastermodel.

De bachelor kan in dit model als een in zichzelf afgesloten studie worden beschouwd; diegenen die geen wetenschapper willen worden maar in een maatschappelijk beroep werkzaam willen zijn, kunnen er mee volstaan. Dat er vaak een op de praktijk gerichte "doorstroommaster" volgt, doet aan dit systeem niets af. De eigenlijke master is bestemd voor toekomstige onderzoekers.

Het is in de geest van Bologna dat een en ander consequenties heeft voor de voertaal. Ik ben me daarvan sterk bewust geworden toen ik me kort geleden, tijdens een colloquium in Gent, onder het gehoor bevond van Christoffel Waelkens, hoogleraar in de sterrenkunde (een onmiskenbaar bètavak!). Op de basisschool leert de jonge mens lezen en schrijven, op de middelbare school leert zij/hij zich uitdrukken, tijdens een bachelorstudie leert zij/hij denken. Je leren uitdrukken en leren denken (was de strekking van wat hij zei) kan het beste in je moedertaal gebeuren; onderzoek is internationaal van karakter en dat vraagt dan ook om een internationale taal.

Voor de masters betekent dit in de praktijk meestal het Engels. Het is echter in de geest van Bologna dat de bachelor in de landstaal, dus het Nederlands, plaatsvindt. Het is trouwens ook voor toekomstige wetenschappers goed wanneer ze hun denken eerst in een hun vertrouwde taal leren oefenen.

Cor van Bree em. hoogleraar historische taalkunde en taalvariatie van het Nederlands