Studentenleven
50.000 woorden per maand
Monica Preller
woensdag 18 november 2015
'Gewoon zitten en schrijven', 1500 woorden per dag. © Marc de Haan

‘Op hoeveel woorden zit jij?’

‘Twintigduizend. En jij?’

‘Op schema. Vijfentwintigduizend.’

Achterin café Het Pakhuis zitten student Engels Becky van Leeuwen (20), literatuurwetenschapper Eva de Jonge (23) plus de taalwetenschappers Lotte van den Dam (21) en Mariëlle Wiegers (23) driftig te tikken en te schrijven. Ze doen mee aan NaNoWriMo, oftwel National Novel Writing Month, een project waarbij elke dag van de maand november ongeveer 1500 woorden van een verhaal moet worden geschreven. Aan het eind van de maand is je novelle of roman klaar om gepubliceerd te worden. Of je houdt het voor jezelf, als persoonlijke trofee. De Jonge: ‘Ik hoef niet zo nodig gepubliceerd te worden. Ik schrijf vooral voor mijn plezier.’ Van den Dam knikt instemmend. ‘Ik vind schrijven gewoon leuk. Als er iets mee zou gebeuren zou dat leuk zijn, maar als het een hobby blijft is het ook prima.’

Van Leeuwen wil er wel werk van maken. ‘Ik heb een schrijfopleiding gevolgd en ik zou het heel gaaf vinden om uitgegeven te worden.’ Ook Wiegers heeft serieuze schrijfambities: ‘Ik wil de journalistiek in. Maar als mijn verhalen los gepubliceerd worden vind ik dat ook heel cool.’

De schrijvers halen hun inspiratie uit series en muziek. Van Leeuwen: ‘Mijn verhaal is een detectiveroman. Dus ik kijk vaak naar CSI, Criminal Minds of NCIS voor ideeën.’ De Jonge: ‘Mijn verhaal bevat elementen uit Game of Thrones. En als ik muziek luister zie ik echt hele verhaalscènes voor me.’ Wiegers: ‘Ik heb als leidmotief het liedje ‘I Miss You’ van Blink-182. Dat luisterde de hoofdpersoon altijd met zijn vriendinnetje van de middelbare school. Daar gaat mijn verhaal ook over: een man kan zijn jeugdliefde niet vergeten, en hij wacht op het moment dat hij haar uit kan vragen. Dan wint hij de loterij en doet er alles aan zodat zij met Kerst bij hem is.’ Van den Dam vertelt dat het meer ‘uit haar hoofd komt’, zoals ze zelf zegt. ‘Ik ga gewoon zitten en schrijven.’

Hoe houden de schrijvers dat vol, een maand lang achter hun bureau geplakt zitten elke avond? Of gaat het er minder spartaans aan toe? De Jonge: ‘Ik schrijf vooral wanneer het mij uitkomt.’ Van Leeuwen houdt zich wel aan een vast stramien. ‘Ik ga elke avond na het eten een uurtje zitten om te schrijven. Dat maakt NaNoWriMo ook zo fijn: je móét wel schrijven om op schema te blijven.’

Van den Dam: ‘Ik dacht dat het lastiger zou zijn om het met mijn studie te combineren, maar het blijkt mee te vallen. Ik heb goede hoop dat het op tijd klaar is.’ Wiegers en Van Leeuwen knikken. De Jonge: ‘Het is soms zwaar, maar ik sla me er doorheen. Aan het eind van november is mijn verhaal af.’