Columns & opinie
Geen Commentaar: Jenga
woensdag 11 november 2015
© Silas.nl

Op een dag gaapt er een diepe krater aan het Rapenburg. Plukken haar met huid eraan drijven in de gracht, en de stank van kunstmest en benzine hangt in de lucht. Zijn er overlevenden? Jazeker! Van onder een archiefkast klinkt een vastbesloten stem: ‘Nu pikken we het niet meer. We stellen twee commissies in!’

Het nadeel van grote organisaties is dat ze bestuurlijke logheid met zich meebrengen. Het zijn olietankers, die maar moeilijk van hun koers af te brengen zijn. Je ontkomt daar nooit helemaal aan, maar het lijkt wel alsof in Leiden en Den Haag die logheid ook echt wordt gekoesterd. Over zoiets onbenulligs als de vraag ‘hoe moeten studieverenigingen omgaan met alcohol en minderjarigen?’ moet al meer dan twee jaar vergaderd worden. Niet gek, voor universitaire begrippen.

Als er uit een personeelsmonitor komt dat er wordt gepest aan Campus Den Haag, dan zou je als bestuurder de pestkoppen eens bij je kunnen roepen. Of je huurt na lang vergaderen een extern bureau in, dat een rapport schrijft waar je ook weer over kunt vergaderen. Als vervolgens bij de volgende personeelsmonitor, drie jaar later, blijkt dat er geen zak veranderd is, kun je vergaderen over hoe het ooit zover heeft kunnen komen. Maar niet in één keer: dan is Pietje weer afwezig, de volgende vergadering heeft Henkie de stukken niet ontvangen en – yes! – je bent zo weer maanden verder. Wel jammer dat je zo je pestkoppen de hand boven het hoofd houdt.

Nog mooier is het om een extern bureau in te huren om de hoge werkdruk bij Geesteswetenschappen te inventariseren. Je zou natuurlijk de faculteitsraad kunnen gebruiken om de werkdruk in kaart te brengen, en dan het schaarse belastinggeld dat je is toebedeeld inzetten om die werkdruk te verlagen. Maar dan laat je een uitlezen gelegenheid schieten om te vergaderen over de keuze het bureautje, te vergaderen over hun verslag, te vergaderen over de samen- en doelstelling van de ‘Taskforce verlaging werkdruk’ die je volgens het verslag op zou moeten richten, en uiteindelijk te vergaderen over het rapport van die taskforce. Met een beetje mazzel zijn er in de tussentijd twee of drie bestuurswissels geweest – hoog tijd om eens onder het personeel te inventariseren of de werkdruk al is afgenomen.

Afgelopen vrijdag gebeurde er echter iets raars.

De geesteswetenschappers liepen boos weg bij de dames van het externe bureau. Daarmee schoffelden ze de hele Jenga-toren van toekomstige vergaderingen, rapportages en vergaderingen over rapportages zomaar onderuit, de party poopers. Alsof ze zowaar iets beters te doen hadden, zoals het wegwerken van de opstapelende werkdruk.

Zo word je natuurlijk nooit decaan. BB