Studentenleven
't Clubje: Nooit meer gedoe: lease een fiets
woensdag 23 september 2015

Kasper Richmond (23, afgestudeerd criminoloog): ‘Iedereen krijgt wel eens te maken met een fiets die wordt gestolen of stukgaat. Band lek, licht kapot, remkabels los na een dag op het station… ’

Robbert Zuijderwijk (27, student-assistent biologie): ‘Dan zijn ze voor de meeste mensen niets meer waard.’

Richmond: ‘Daarom zijn er ook zoveel weesfietsen. Als een fiets kapot gaat, hebben de eigenaren geen zin om hem nog te maken.’

Zuijderwijk: ‘Leasen is daarom een logische keuze. Het kan met auto’s, wasmachines… Dus waarom niet met fietsen?’

Richmond: ‘Voor acht euro per maand heb je bij ons altijd een werkende fiets. Als hij kapot gaat, ruil je hem direct gratis bij ons om. Nooit meer gedoe.’

Zuijderwijk: ‘We begonnen met een twintigtal fietsen die bij het werk van mijn schoonmoeder in de weg stonden. Ze zouden naar de ijzerboer gaan, maar wij hebben ze opgekocht en opgeknapt.

‘Het is een hobby, ik heb ook een tijdje bij een fietsenmaker gewerkt. Elke donderdagavond klussen we aan de fietsen, met een biertje erbij. Op een gegeven moment liep het een beetje uit de hand. We hadden stapels fietsen in de garage. Daarom hebben we nu een eigen ruimte bij het Kanaalpark.’

Richmond: ‘De eerste reparatie kost ons de meeste tijd, maar daarna blijven de meeste fietsen wel een tijdje rijden. Het bulk betaalt de reparatie van een enkeling die kapot gaat.’

Zuijderwijk: ‘We kopen het merendeel van de gemeente. In hun ogen hebben ze geen economische waarde meer en zijn ze rijp voor de shredder. Maar een fiets zonder spatbord en met twee lekke banden is geen wrak. Alleen als de reparaties te veel kosten, halen we de fiets uit elkaar voor onderdelen.’

Richmond: ‘De meeste reparaties betreffen lekke banden of kapotte lichten.’

Zuijderwijk: ‘En een slag in het wiel is het begin van het einde. Er was ook iemand die zijn fiets in de Kabeljauwsteeg had gezet. Toen hij terugkwam, was het voorwiel ineens weg.’

Richmond: ‘We verbazen ons niet zo snel meer. Mensen gaan ook gewoon lomp met fietsen om.’

Zuijderwijk: ‘We hebben nu zestig klanten.’

Richmond: ‘We verdienen niet genoeg om er fulltime van rond te komen, maar het concept slaat wel aan. We willen het groot maken in Leiden en dan naar andere steden uitbreiden.’

Zuijderwijk: ‘Tijdens de Orientation Week Leiden, de kennismakingsweek voor internationale studenten, kregen we ontzettend veel aanvragen. Het openbaar vervoer is relatief duur en alles relatief dichtbij. Een fiets is dus by far het beste vervoersmiddel.’

Richmond: ‘De buitenlandse studenten waren wel verbaasd dat niet alle fietsen hier versnellingen en handremmen hebben. We moeten heel vaak uitleggen hoe een terugtraprem werkt.’

Zuijderwijk: ‘En bijna niemand is lang genoeg voor een klassieke herenfiets.’

Door PETRA MEIJER