Achtergrond
Zieltjes winnen hoeft niet
Hij is er niet ‘om de kerkbanken vol te krijgen’, zegt de nieuwe studentenpastor Walther Burgering. ‘Het gaat vooral om de ontmoetingen.’
Marleen van Wesel
woensdag 9 september 2015
Studentenpastor Walther Burgering: 'De kerk heeft gemist hoe belangrijk beleving is.' © Marc de Haan

‘Rond mijn zestiende ben ik twee jaar geen kerk binnen geweest’, vertelt Walther Burgering, de nieuwe katholieke studentenpastor van de Leidse Studenten Ekklesia. Hij deed vijftien jaar pastoraal werk in penitentiaire inrichtingen en tegenwoordig begeleidt hij studenten. ‘Zowel bij hun algemene persoonlijke vorming als bij specifieke vragen. Neem een burn-out. Dat is niet alleen een welvaartsziekte, maar ook een ziekte van deze tijd. In mijn tijd kon je nog switchen, maar tegenwoordig staat er echt veel druk op je studiekeuze. Soms zet je dan je ware ideaal op het spel. Jonge mensen kunnen zich daartegen wapenen, door zich te realiseren dat er áltijd andere opties zijn dan stug doorgaan en je eigen geluk in de weg staan.’

Het studentenpastoraat traint ook de stressbestendigheid van nieuwe verenigingsbesturen, en niet alleen de christelijke. Sowieso zijn degenen die bij de Ekklesia langskomen eerder de ‘zoekende’ studenten. ‘Degenen die al met een bepaalde gezindte naar Leiden komen, vinden vaak zelf de weg naar hun kerk wel.’ De Ekklesia is dan ook oecumenisch. ‘Die breedheid is heel bewust. Er moet vooral een klik zijn, of dat nou met een dominee, een pastor of een humanist is.’

In 2005 stelde het bisdom van Rotterdam nog een Leidse studentenpastor op non-actief, uit onvrede met zijn uitlatingen. Recenter kwam het tot botsingen tussen het bisdom van Den Bosch en de progressievere studentenkerken in Tilburg (2012) en Nijmegen (2014), onder meer juist vanwege dat oecumenische karakter.

Ook Burgering is aangesteld door het bisdom van Rotterdam. ‘Ik heb een zending meegekregen en werk nu onder de vlag van de Ekklesia.’ Daar ging een uitgebreide profielschets en een ‘goede discussie’ aan vooraf. ‘Dat moet zulke zaken voorkomen. Maar uiteindelijk moet een studentenpastor weten wat hij kan zeggen, en de Ekklesia moet weten wat ze in huis halen.’

Kritisch is hij wel. ‘Ik ben geboren in een tijd waarin de verschillende kerken nog veel te zeggen hadden. Tegenwoordig vinden jongeren hun eigen weg.’ Zelf kwam hij als adolescent via het koor weer terug. ‘De kerk heeft verzuimd om daar goed op in te spelen. Ik reken het mezelf ook aan. Begin jaren negentig deed ik jongerenwerk. New age was overal. We luisterden wel, maar we wisten niet te antwoorden dat wat zij zochten, ook in de kerk te vinden was. En toen konden we nog dertig, veertig procent van hen bereiken. Nu misschien vijf. Een tweede fout was dat we dachten dat de jongere bestond.’

‘Patchwork’, noemt hij de religiebeleving van veel mensen tegenwoordig. ‘De tuincentra staan vol Boeddhabeelden. Geen Christusbeelden overigens, vanwege het afzetten tegen de oude tijd. Maar wanneer je met iemand spreekt over het leven na de dood, hoor je van alles, van reïncarnatie tot de hemel. De kerk heeft ook gemist hoe belangrijk beleving is. Er zijn zo veel festivals, waar mensen met de flow mee willen gaan, door muziek of geestverruimende middelen. En er wordt wat afgereisd, ook door mijn dochter. Maar hoe goed zij de Lonely Planet vooraf ook uitpluist, de verhalen waarmee ze terugkomt, gaan vooral over ontmoetingen.’

De kerk ziet het nog altijd niet helemaal. ‘Studentenpastores zijn er niet om de kerkbanken vol te krijgen, ook al verwachten kerken dat. Maar als zieltjes winnen het oogmerk moet zijn, dan denk ik dat ze snel alle studentenpastores kwijt zijn. Je komt veel verder met het omgekeerde proces, van ontmoetingen. Misschien niet meteen. Maar misschien denk je over tien jaar nog eens terug aan die ene ontmoeting, in de kerk. En als je dan alsnog komt, kom je uit jezelf.’

Elke zondag is er om 11.45 uur een kerkdienst van de Ekklesia in de Hooglandse Kerk. Op 20 september voor het eerst met Walther Burgering als voorganger