Columns & opinie
Clubje: 'We misten zelfs de opening al'
woensdag 12 augustus 2015
© Finn Kortman

Maarten Ligthart (22, mentor): ‘Wij zijn groepje 267, maar ons bordje is gejat.’

Kristel Lee (19): ‘Het was een supermooi bordje.’

Ligthart: ‘Het jatten van bordjes tijdens de El Cid-week is een kwestie van rivaliteit. Je kunt ‘m terug jatten, of laten gaan.’

Eddy van der Leun (19): ‘Óf een ander bordje jatten. Als we de kans krijgen…’

Jens van der Wateren (18): ‘We zaten te eten in het park. Ineens was’ie verdwenen. Geen spannend verhaal, maar ja, zo ging het.’

Twumi Weterings (19): ‘Zal ik anders het autoverhaal vertellen?’

De rest: ‘Jaah! Het autoverhaal!’

Weterings: ‘Op de eerste avond ging een aantal van ons naar Minerva.’

Van der Leun: ‘Dat was vet. Alleen vrij heet.’

Weterings: ‘En ook wel indrukwekkend of zo, maar vooral superdruk, ook buiten. Vooral bij de kebabzaak stonden heel veel mensen op straat toen zo’n kwajongen in een veel te dure BMW door de Breestraat kwam rijden. Niemand ging aan de kant. Dus hij koos voor de stoep. Dwars over een wijnfles en een stapel fietsen kreeg hij natuurlijk een klapband en moest hij verder op z’n velg. Best chill, moet je maar niet zo kut doen. Nou ja, dat was dus onze eerste avond in Leiden.’

Joosje Heijmeijer (18): ‘Mijn indruk van Leiden is steeds positiever. De vorige keer had ik er denk ik niet zo’n zin in.’

Van der Wateren: ‘Ik ben nog steeds volledig gedesoriënteerd. Ook al heb ik de eerste avond twee uur in m’n eentje door Leiden gelopen, omdat ik een nieuwe slaapplek in de stad had gevonden en het regelen van een OV-fiets niet helemaal wilde lukken.’

Jochem van Dolder (18): ‘De Grote Vijf hebben we al gezien. Ik wil misschien bij NSL, dus daar wil ik graag nog even langsgaan.’

Jasper Hooghwinkel (17): ‘Catena was wel grappig. Daar zijn ze van de gekke dingen. Maar Quintus heeft mijn voorkeur.’

Heijmeijer: ‘Ik ga sowieso bij een vereniging. Maar ik kijk nog even of het een sportclub of Quintus wordt. Roeien, hardlopen of duiken lijkt me ook wel wat.’

Lee: ‘Mij lijkt Quintus gewoon gezellig.’

Ligthart: ‘Ik zit zelf bij de Blauwe Schuit, maar het is hun week. Ze moeten zelf een vereniging vinden.’

Van der Wateren: ‘Onze andere mentor, Oliver, zit dus bij Quintus. Die dwingt wel wat meer.’

Ligthart: ‘Nou ja, we kúnnen wel gaan avondzeilen…’

Weterings: ‘Maarten en Oliver zijn echt good cop, bad cop. Ook onderling verschillen we enorm. Alleen al onze studies: de helft gaat informatica & economie studeren, de andere helft international studies. Dus als ik ons groepje in het kort moest omschrijven, zou ik zeggen: verscheidenheid.’

Van der Wateren: ‘Ik zou gewoon zeggen: te laat komen. Zelfs de opening hadden we al gemist.’

Lee: ‘Toen hadden ze ons buitengesloten.’

Van der Wateren: ‘Bij beide studies zit je in elk geval in het eerste jaar in Den Haag.’

Hooghwinkel: ‘Dus daar gaan we straks even naartoe.’

Van der Wateren: ‘Maar in Leiden gebeurt het. Dat hoor je overal.’

Door Marleen van Wesel