Achtergrond
De angst voor de ander
Wat heeft de War On Terror te maken met een zestig jaar oud toneelstuk over heksen? De Pakistaanse promovendus Aamir Aziz ontdekte hoe het belang van Arthur Millers The Crucible werd wakker gekust. ‘Er ging een schok door mij heen.’‘Door 9-11 veranderde er ineens veel voor mijn generatie’, zegt Aamir Aziz (1983). ‘Ik groeide op in de jaren tachtig en negentig, een relatief rustige periode in Pakistan. Maar in de nasleep van de aanslag op de Twin Towers kwam de wereldwijde focus op mijn land te liggen. De terroristische activiteit nam toe. We kregen te maken met aanslagen. Overal was geweld. Een van mijn familieleden, de echtgenoot van mijn schoonzus, kwam in 2008 om het leven bij de zelfmoordaanslag op het Marriott Hotel in Islamabad. De War On Terror heeft ons persoonlijk geraakt. Dat heeft mij gevormd.
woensdag 17 december 2014

‘Tijdens mijn master Engels in Islamabad volgde ik een vak Amerikaanse literatuur. Daar kwam The Crucible van de schrijver Arthur Miller aan bod. Dat stuk over de waargebeurde heksenjacht raakte onmiddellijk een gevoelige snaar bij mij.

Het toneelstuk speelt aan het eind van de zeventiende eeuw, toen Britse kolonisten met veel pijn en moeite een bestaan in Amerika probeerden op te bouwen. In 1692 kregen in het stadje Salem de dochter en het nichtje van predikant Samuel Parris aanvallen met hevige stuiptrekkingen. Door de pijn kropen de meisjes over de vloer, hadden duivelse visioenen en leken in tongen te spreken. Ze vertelden dat zij waren aangeraakt door de ‘boosaardige hand’ en gaven dorpsgenoten daarvan de schuld.

Ook andere vrouwen en meisjes begonnen vreemd gedrag te vertonen. De bijgelovige gemeenschap raakte in paniek. Dit moest wel hekserij zijn. Een periode van massahysterie volgde en dertien vrouwen en zes mannen eindigden uiteindelijk met hun nek in de strop. Twee andere inwoners van Salem stierven in de kerker. Voor de zekerheid werden twee ‘duivelse’ honden ook opgeknoopt. Toen een oudere man weigerde te bekennen, werden er zware stenen op hem gelegd. Na twee dagen bezweek hij.

Hoe kon een stuk uit 1953 Aziz zo raken? ‘Een vorm van deze jacht vond ook plaats in mijn land. De War On Terror was op volle stoom gekomen en Pakistan was een frontlinie. Allerlei mensen werden zomaar van straat geplukt en weggestopt in Guantánamo en andere illegale gevangenissen.’

Dat is precies waar zijn onderzoek over gaat: hoe een werk ineens weer heel relevant kan worden door sociale en politieke ontwikkelingen.

‘Miller gebruikt een gebeurtenis uit het verleden om commentaar te leveren op de maatschappij waar hij in leefde. Toen ik erachter kwam waarom hij het stuk had geschreven, ging er al helemaal een schok door mij heen. The Crucible gaat eigenlijk over de Red Scare in het Amerika van de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw. Een golf van angst voor het communisme spoelde toen over het land. Uiteraard was de Koude Oorlog de grote aanjager, maar er was meer aan de hand. Na de Tweede Wereldoorlog ontstond er een nieuwe middenklasse die veelal bestond uit immigrantengroepen die in de negentiende en begin twintigste eeuw naar Amerika waren gekomen. Een deel van deze nieuwelingen had progressieve ideeën en daagde de gevestigde orde uit. Conservatieve krachten verzetten zich daar hevig tegen. Communisten waren de vaandeldragers van alles dat nieuw, fout en vooral on-Amerikaans was. De Republikeinse senator Joseph McCarthy was de meest rabiate communistenhater en hij opende dan ook jacht op alles dat maar een beetje rook naar het Rode Gevaar.’

Een speciale senaatscommissie hield verhoren waarin van communisme verdachte personen, waaronder veel kunstenaars, voor het oog van heel het volk werden vervolgd en veroordeeld.

‘McCarthy maakte er echt een spektakel van. Hij was echt een producent van angst. En het volk consumeerde dat.’ Ook Miller verscheen voor de commissie en kreeg de volle laag. ‘Hij was in de jaren veertig sympathisant geweest van de communistische partij. Maar vanwege Stalins wreedheden nam hij later afstand van het communisme. Maar dat belette hem niet om een toneelstuk te schrijven waar hij stelling nam tegen McCarthy en zijn trawanten. Hij ging de confrontatie aan met de heksenjagers. Hij prikte met literatuur door het Red Scare-spektakel heen.’ De commissie vroeg Miller om zijn collega’s en vrienden er bij te lappen, maar dat weigerde de schrijver. ‘Hij wilde alleen over zijn eigen connectie met de communistische partij vertellen, en zei: "I could not use the name of another person and bring trouble on him." Hij nam een groot risico. Vanwege ‘minachting van het congres’ werd hij veroordeeld tot een jaar voorwaardelijke gevangenisstraf, vijfhonderd dollar boete. Inmiddels was hij ook al veertigduizend dollar kwijt aan advocaatkosten. In hoger beroep werd hij echter vrijgesproken.

‘Hij was wat de Franse filosoof Michel Foucault een parrhésiast noemt. Iemand die zijn leven in de waagschaal wierp om de waarheid te benoemen. Miller vergeleek in The Crucible de verhoren met de heksenvervolgingen. Die connectie was voor iedereen duidelijk. Ook toen waren de lokale leiders de angstproducenten die paniek aanwakkerden en gebruikten als wapen. En zo ontstond er een vruchtbare bodem voor vervolging. Driehonderd jaar later gebeurde er iets vergelijkbaars.’

Toen The Crucible in première ging, werd het gezien als een satirische revolte tegen McCarthy's inquisitie. Bij latere uitvoeringen was dat effect weg. De verfilming uit 1996, met Daniel Day-Lewis en Winona Ryder in de hoofdrollen, flopte. ‘De Franse filosoof Jean-Paul Sartre heeft al in 1953 een filmscript aangeleverd voor een obscure Oost-Duitse/Franse/Belgische coproductie. Ook deze marxistische variant was geen groot succes.’

Na 9-11 is dat wel anders. ‘In 2002 werd het stuk met veel succes gespeeld op Broadway. De jacht op terroristen, de illegale ontvoeringen en het inperken van vrijheid met de Patriot Act maakte The Crucible plots weer actueel. De angst voor de ander was terug. Het is een stuk voor een gelegenheid. En de gelegenheid diende zich met de war on terror weer aan. Sinds Obama is er weer minder belangstelling voor The Crucible. ‘De Democraten hebben niet de reputatie dat ze heksenjachten organiseren. Al past het werk wel weer bij de spionageactiviteiten van de NSA, de vlucht van klokkenluider Edward Snowden en de situatie waar Julian Assange zich in bevindt.’

Aziz gaat na zijn promotie terug naar Pakistan om onderwijs te geven en onderzoek te doen. ‘Maar The Crucible inspireert mij nog steeds. Ik ga niet de amateur-Christus uithangen, maar als er sprake is van vervolgingen en het aanwakkeren van angst dan zal ik mij daar zeker tegen verzetten.’

Miller flirtte met Marilyn Monroe en met het communisme

Arthur Asher Miller (1915-2005) is wellicht de bekendste Amerikaanse toneelschrijver die Amerika heeft voortgebracht. Hij werd geboren in New York en studeerde journalistiek en Engels aan de University of Michigan. Tijdens zijn studietijd schreef hij zijn eerste toneelstuk No Villain.

Miller was niet onmiddellijk succesvol. Het stuk The Man Who Had All the Luck uit 1940 werd afgefakkeld. Zeven jaar later was het wel volop raak op Broadway. Hij ontving toen een Tony Award, de Oscar van het toneel, voor de voorstelling All My Sons.

In 1949 gaat zijn bekendste stuk Death of Salesman in première en groeit uit tot een monument in de theatergeschiedenis. Het leverde Miller onder andere een Pulitzerprijs op.

Nadat hij in 1953 met de voorstelling The Crucible stelling neemt tegen McCarthyisme, de vervolging van Amerikaanse communisten, verschijnt hij in 1956 zelf voor de House Committee on Un-American Activities (HUAC). Hij vertelt dat hij geflirt had met de communistische partij maar weigert namen van anderen te noemen. Hij wordt veroordeeld en komt op de zwarte lijst te staan.

In 1956 verlaat hij zijn eerste vrouw en trouwt met filmster Marilyn Monroe. Hij schrijft het script voor de film The Misfits waar zijn vrouw de hoofdrol in speelt. Het huwelijk loopt op de klippen voordat de film in 1961 in de bioscopen verschijnt. Monroe overlijdt een jaar later.

Hij werkt in 1964 samen met regisseur Elia Kazan aan de voorstelling After the Fall. Dat is opvallend omdat Kazan in 1952 een aantal personen aan HUAC had verraden. Dat kostte hem toen zijn vriendschap met Miller. Na elkaar tien jaar niet meer gesproken te hebben, besluiten ze elkaar toch weer op te zoeken.

Miller schrijft in 1996 het script voor de filmversie van The Crucible. Het laatste stuk van zijn hand is Finishing the Picture dat in 2004 in première gaat.

Door Vincent Bongers