Columns & opinie
071-527....: Eetstoornis
Psychologe Greta Noordenbos schreef het boek Een eetstoornis overwinnen, kan dat?
woensdag 17 december 2014

De vuistregel bij krantenartikelen en boeken is: als er een vraagteken in de titel staat, is het antwoord op de vraag ‘Nee’.

‘Dat is hier gelukkig niet zo. Er is lang gedacht dat het niet kan, met name omdat mensen door slechte therapieën levenslang een eetstoornis hielden. Maar de diagnoses worden eerder gesteld, de behandeling is behoorlijk verbeterd, en de criteria voor herstel zijn duidelijker geworden.’

Waarom noemt u uw boek dan niet gewoon Zo overwin je een eetstoornis?

‘Bij langdurige patiënten, die al meerdere mislukte behandelingen achter de rug hebben, is het niet makkelijker om te verbeteren. Die groep wordt wel steeds kleiner.’

Maar nieuwere patiënten hebben wel baat bij uw boek?

‘Dit is geen zelfhulpboek; ik heb eerder al een herstelgids voor eetstoornispatiënten geschreven. Dit nieuwe boek is ontstaan uit de vragen die ik krijg van bijvoorbeeld ouders of behandelaars. Wat zijn de achtergronden van eetstoornissen? Wat zijn de beste behandelingen? In dit boek zet ik al die vragen en de antwoorden op een rijtje.’

Wat zijn de grote ontwikkelingen in het vakgebied?

‘Er is niet zozeer een specifieke doorbraak geweest. Ik zie wel een verschuiving: er is meer aandacht voor de achterliggende psychologie. Ik had het al over verbeterde herstelcriteria: vroeger keken behandelaars vooral naar herstel van het eetgedrag en het gewicht. Dat blijken echter veel te beperkte behandeldoelen te zijn, want er is veel meer aan de hand.’

Een eetstoornis gaat over veel meer dan alleen eten?

‘Mensen met een eetstoornis hebben vaak een negatieve zelf- en lichaamsbeleving. Ze hebben moeite met het herkennen, accepteren en uiten van emoties. Voor goed herstel is het uiteraard belangrijk dat eetgedrag en gewicht weer normaal worden, maar de behandeling moet ook gericht zijn op het verkrijgen van meer eigenwaarde en een positievere lichaamsbeleving. Bovendien moeten ze leren om emoties niet te onderdrukken.’

De behandeling wordt dus meer psychologisch en minder medisch. Werkt dat ook beter?

‘Als je je alleen richt op het eten en gewicht, is de terugval zeer hoog. Met een bredere aanpak zien we dat de terugval is gedaald van 75 naar 15 procent. Preventie is uiteraard nog beter.’

Maar hoe moet dat dan? Dunne modellen verbieden?

‘Als je anorexia kreeg van videoclips met dunne mensen, hadden we allemaal anorexia. De laatste jaren is er steeds meer inzicht in de risicofactoren gekomen. Het zijn mensen met een laag gevoel van eigenwaarde, perfectionisme, faalangst en moeite met het uiten van emoties. De hoofd-risicofactor is dat ze excessief aan de lijn gaan doen.. Daar hebben ze controle over, dat kunnen ze goed. En zolang de weegschaal omlaag gaat, gaat het zelfvertrouwen omhoog.’

Dat klinkt niet als een groep die een behandeling wil.

‘Als iets eenmaal lichamelijk en geestelijk is aangeleerd, is het ongelofelijk lastig om dat weer terug te draaien. Als mensen eenmaal echt anorectisch gedrag vertonen, zijn ze daar niet in een half jaartje weer overheen. Het vergt training, motivatie en moed. Het vooroordeel is vaak dat eetstoornis-patiënten niet gemotiveerd zijn om te herstellen. Maar als ze steeds slechter gaan functioneren, ervaren ze vaak een keerpunt, waardoor ze wel degelijk gemotiveerd raken. ’ BB