Nieuws
CDA: ?Staat wordt pinautomaat?
Tijdens het Tweede Kamerdebat over het sociaal leenstelsel opende het CDA de aanval op minister Bussemaker van Onderwijs. Volgens de partij kan het stelsel de belastingbetaler meer geld gaan kosten dan de basisbeurs.
woensdag 5 november 2014

De coalitie van PvdA en VVD heeft een meerderheid in de Tweede Kamer voor de plannen van Bussemaker. Maar om het stelsel ook door de Eerste Kamer te loodsen, heeft zij een akkoord gesloten met GroenLinks en D66. De strijd van de tegenstanders tegen het stelsel is dus eigenlijk al verloren.

CDA-Tweede Kamerlid Michel Rog trok desalniettemin fel van leer tegen het kabinet. Hij wees er op dat als de plannen doorgaan er ‘jaarlijks 2700 scholieren minder gaan studeren. De minister erkent dat ook gewoon. Het is een slecht plan dat studenten opzadelt met enorme schulden.’ Vooral scholieren met minder vermogende ouders kiezen vaak niet meer voor een studie.

Jasper van Dijk van de SP: ‘Volgens mij vinden de ondersteuners van het stelsel het wel prima dat er minder studenten komen. Maar zeg dat dan gewoon.’ Hij wees er ook op dat studenten die voor een tweejarige master kiezen, helemaal de klos zijn. ‘Zij moeten nog meer lenen.’

Volgens Pieter Duisenberg van de VVD ‘maken zij een inhoudelijke afweging om toch die master te gaan doen. Iedereen die dat wil, kan studeren.’

Van Dijk: ‘Nee, het is een financiële afweging. U loopt talenten mis met dit stelsel.’

Twee studenten, gekleed in T-shirts met daarop de slogan “It’s not over... Jet!”, onderbraken het debat door op de publieke tribune op fluitjes te blazen. Ze riepen vervolgens: “Dit stelsel is moreel failliet.” De twee werden uit de Kamer gezet. Kamervoorzitter van Miltenburg schorste de vergadering en dreigde bij een volgende onderbreking de publieke tribune in zijn geheel te ontruimen. Het bleef verder rustig.

De Landelijke Kamer van Verenigingen had eerder al een petitie ondertekend door 96 studentenverenigingen overhandigd aan de vier partijen die het leenstelsel ondersteunen. 23 Leidse verenigingen hebben hun krabbel gezet.

Rog had wat zitten rekenen en kwam tot de conclusie dat de staat en dus de belastingbetaler wel eens flink de boot in kan gaan met het stelsel. ‘Je mag maximaal vier procent van je inkomen terugbetalen en de restschuld wordt na 35 jaar kwijtgescholden. Dat kost de staat dus veel geld. Een gedeelte van de studenten die lang over hun studie doet en maximaal leent, hoeft dus een groot deel van het geld niet terug te betalen: de staat als pinautomaat. Het was vroeger “Frisia leent”, het wordt “Jet leent”. Nog nauwelijks bekomen van de schuldencrisis stort minister Bussemaker dit land in een studieschuldencrisis. Het stelsel kan wel eens duurder uitpakken dan de studiefinanciering.’

Volgens Jesse Klaver van GroenLinks zijn de ruimhartige voorwaarden juist de kracht van het nieuwe systeem. ‘De student leent tegen een laag rentepercentage. De staat neemt het risico. Daarom is het een sociaal leenstelsel.’

Duisenberg stelde dat het schrappen van de basisbeurs structureel 1 miljard euro aan investeringen in het hoger onderwijs oplevert. Verschillende Kamerleden wezen er op dat de opbrengsten een stuk lager zijn: Slechts zo’n 620 miljoen. Ook is niet duidelijk waaraan dat geld besteed wordt.

Harm Beertema van de PVV had er niet veel vertrouwen in: ‘Dat geld gaat naar consulenten, adviseurs en managers. Het circus om het onderwijs heen. Meer geld betekent niet automatisch beter onderwijs.’

Een ander financieel addertje onder het gras is dat universiteiten en hogescholen zelf eerst 200 miljoen euro moeten investeren in kwaliteit. Het is al duidelijk dat niet alle instellingen dat geld hebben.

Bij ter perse gaan van deze Mare moest Bussemaker nog reageren op de vragen en opmerkingen van de Kamer. Op 14 november is er op het Malieveld in Den Haag een protest tegen het leenstelsel.