Nieuws
?Te veel koninkrijkjes van witte mannen?
Het diversiteitsbeleid mag best nog wel wat scherper, vindt de universiteitsraad.
woensdag 15 oktober 2014

Maandag werd het eerste werkplan van diversity officer Isabel Hoving door de raad en college van bestuur besproken. In de periode 2014-2016 wil het plan vooral het genderevenwicht bevorderen door middel van het benoemingsbeleid. Als een bepaalde faculteit bijvoorbeeld 25 procent vrouwelijke masterstudenten heeft, moet dat ook leiden tot 25 procent vrouwelijke hoogleraren. ‘Waar al een evenredig aantal vrouwelijke masterstudenten beschikbaar is, moet ook minstens veertig procent van de hoogleraren vrouw zijn.’

De faculteiten kunnen uit een aantal maatregelen kiezen. Bijvoorbeeld: in elke selectiecommissie neemt een diversiteitsdeskundige zitting die kennis heeft van sluimerende vooroordelen te aanzien van gender, etniciteit etc. Ook stelt Hoving voor dat alle werknemers die dat willen een onafhankelijke mentor krijgen die beschikt over diversiteitsdeskundigheid.

Er komt ook aandacht voor studenten met een migrantenachtergrond en eerstegeneratie-studenten van wie de ouders niet hoog opgeleid zijn. Zij krijgen mogelijk een mentor toegewezen. Ook kunnen de faculteiten een ‘Propedeuse Ondersteunings Punt’ inrichten. De faculteit Sociale Wetenschappen heeft al zo’n POP-corner dat steun en adviezen aan studenten geeft. En met succes, aldus het werkplan. Op open dagen gaat een diverse groep studentenambassadeurs ‘bewust communiceren met aankomende studenten van ondervertegenwoordigde groepen’.

De raad vindt dat er erg veel aan de faculteiten zelf wordt overgelaten en vreest vrijblijvendheid .Volgens vice-rectormagnificus Simone Buitendijk is dat niet het geval. ‘De faculteiten maken nu eerst zelf een plan. Dat word besproken met de diversity officer en het college. Het is geen vrijblijvend proces.’

‘Het kan wel wat strakker en strenger allemaal’, vond Joop de Kort van personeelspartij Abvakabo. ‘Sollicitatiecommissies moeten bijvoorbeeld ook uitleggen waarom een kandidaat het niet is geworden.’

Karwan Fatah-Black van de Abvakabo: ‘Er ontstaan problemen omdat mensen op bepaalde plekken veel macht hebben en niet zo snel “anderen” zullen toelaten op hun afdeling of instituut. Het zijn vaak koninkrijkjes van witte mannen van middelbare leeftijd, om het maar even bot te zeggen. Daar zijn we ons al een tijd van bewust, maar praktisch verandert er nog niet veel.’

‘Er zit bijvoorbeeld een enorme bottleneck als het gaat om vrouwen in hoge functies. Dan zie je de lijnen in de grafiek ineens scherp uiteen lopen’, aldus partijgenoot Fenna Poletiek. ‘Daar moet wat ons betreft echt specifieke aandacht aan worden besteed.’