Wetenschap
De robots komen eraan
Wetenschappers uit Leiden, Delft en Rotterdam komen vandaag samen op de U-meet 2014 Robotica, bij de Campus Den Haag. Roy de Kleijn, promovendus aan het Leiden Institute for Brain en Cognition, geeft een workshop over vertrouwen in robots.
Marleen van Wesel
woensdag 1 oktober 2014

Wat hebben robots te maken met jouw vakgebied?

‘Mijn onderzoeksgroep is onderdeel van RoboHow. Dat is een Europees consortium dat een autonome robot wil ontwikkelen, die dagelijkse taken kan uitvoeren. Wij richten ons op pannenkoeken bakken. Dat klinkt simpel, maar door de hiërarchische opbouw is het voor een robot niet heel logisch. Of je eerst melk of eerst eieren in de beslagkom doet, maakt niet uit, maar je moet wél eerst beslag maken voor je kunt bakken. Een robot zou zoiets op zich wel kunnen uitvoeren, maar pas na tweeduizend observaties. Bij een mens zou je het slechts drie keer voor hoeven doen.

´Daarom is het planningsproces van de mens een goede inspiratiebron. Sommige andere functies van computers die we nooit voor mogelijk hielden, zoals handschrift- en tekstherkenning, zijn ook op de mens gebaseerd. En zo komen de twee vakgebieden samen waarin ik ben afgestudeerd: neurowetenschappen, en kunstmatige intelligentie.

Inmiddels hebben we een model gemaakt, gebaseerd op hoe mensen complexe acties uitvoeren, dat we dinsdag hebben gepubliceerd in het tijdschrift Philosophical Transactions of the Royal Society B.’

Je gaat tijdens de U-meet in debat met andere experts over ethische kwesties. Zoals?

‘Aansprakelijkheid bijvoorbeeld: als er in een fabriek, waar robots aan de lopende band werken, iets fout gaat, zou je de maker aansprakelijk kunnen stellen. Maar bij een zelflerende robot is het lastiger: wijs je dan naar de programmeur die het leeralgoritme ontwikkelde, of naar degene die de robot vervolgens iets verkeerds heeft aangeleerd?

‘We gaan het ook hebben over robots in de zorg. Openhartoperaties kunnen ze nog niet uitvoeren, maar bloedprikken al wel. Een interessant verschil is dat we robots die lakens in een ziekenhuis zouden verschonen, best een goed idee vinden, maar dat we huiverig worden wanneer ze patiënten in bad moeten doen. We zijn nog niet gewend aan robots die daadwerkelijk met mensen omgaan en we kunnen ons er nog geen goede voorstelling van maken.’

Wat moet daarvoor nog gebeuren?

‘Uit eerder onderzoek bleek al dat we robots vooral accepteren voor dommig werk. Stofzuigen, of de planten water geven. Maar we zouden ze niet laten oppassen wanneer we een avondje weg willen zonder de kinderen. Mijn bachelorstudenten hebben onderzoek gedaan naar interactie met robots. Ze lieten mensen een spel spelen tegen een fysieke robot, of tegen een computerscherm. De proefpersonen wisten dat hetzelfde algoritme achter beide spelsituaties schuilging. Toch waren ze meer geneigd om menselijke eigenschappen aan de robot toe te schrijven. We gebruikten daarvoor trouwens wel een lieve robot. Een student gaat nog uitzoeken of een robot die lijkt op een insect een ander effect heeft.

‘We krijgen ook te maken met de uncanny valley: hoe meer robots op mensen lijken, hoe leuker we ze vinden, tót een bepaald punt waarop ze juist te véél op mensen gaan lijken. Uiteindelijk denk ik dat robots in de zorg vormgegeven moeten worden als een soort huisdieren. Met grote, vriendelijke ogen, om empathie op te wekken.’

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Lodewijk Asscher beweerde maandag dat robots veel banen bedreigen. Is dat realistisch?

‘Jazeker. Het probleem is dat politici, maar vooral het publiek, geen goede indruk hebben van de state of the art van robotica. Veel mensen denken dat sommige dingen nooit zullen gebeuren, die nú al aan het gebeuren zijn. Denk aan de zelfrijdende Google Car. Het is goed om dit onderwerp, maar ook die aansprakelijkheidskwestie, alvast te bespreken. Het wordt een probleem als de wetgever straks achter de feiten aanloopt.

‘Uiteindelijk kun je je afvragen wat menselijke arbeid nog waard is, als robots hetzelfde werk kunnen doen. Misschien moeten we het volledige economische stelsel veranderen. Ik ben geen econoom, maar met de schreden die de robotica nu zet, moeten we misschien wel af van het idee dat mensen betaald worden voor uren werk.’

Het automatiseringsspook vraagt frisse blik

Melkrobots, zelfrijdende auto’s en automatische magazijnschappen van Amazon nemen taken over waar voorheen mensen voor betaald werden. Minister Lodewijk Asscher somde de voorbeelden afgelopen maandag op in zijn toespraak op het congres van zijn ministerie, Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Hij noemde naast robots ook andere technologische ontwikkelingen, zoals kunstmatige intelligentie, sneller internet en de opkomst van de smartphone. Daaruit komen weer nieuwe diensten voort, zoals Air-bnb en online vertaalprogramma’s.

Voor meer en meer mensen zal er de komende decennia uiteindelijk geen betaald werk meer overblijven. Met onderwijs en lagere lasten op arbeid wil Asscher een doemscenario voorkomen, want anders moet de overheid al die werklozen wel van een inkomen voorzien. Hoe precies, daar liet hij zich niet over uit. Maar in elk geval niet met ons huidige fiscale stelsel, denkt ook hij. ‘De toekomst met robots vraagt om een frisse blik, en oplossingen die we nu misschien nog bizar zouden vinden.’