Studentenleven
Column: Jeugd van tegenwoordig
woensdag 14 mei 2014

“Ja, we zijn klaar met shoppen. Kom je mee chillen?” Het hooguit twaalfjarige meisje sprak luidkeels in haar splinternieuwe iPhone, wijdbeens op de vloer van de kledingwinkel zittend, onder het bordje “140-165”. Ze droeg een metallic zilveren handtas waar ik de halve inhoud van mijn koelkast in kwijt zou kunnen, en gitzwarte mascara. Ze werd omringd door giebelende vriendinnetjes, allen duidelijk om ter fluorescerends gekleed.

Eerlijk: dit tafereel shockeerde me een beetje. Noem me conservatief, maar groep 8 staat voor mij gelijk aan geschaafde knieën en de eerste puistjescrème, niet aan roodgelakte nagels en een laag make-up. Serieus, als je nog steeds moet shoppen in afdelingen waar de kledingmaten in centimeters lichaamslengte vermeld staan, you’re too damn young. For anything. Ook voor je iPhone.

Want wat moet een lagereschoolkind nou precies met een smartphone? Telkens wanneer ik zo’n jong meisje met een hightech gadget zie, denk ik hetzelfde: mijn kind mag dat niet. Geen apps op de tablet voor mijn kleuter. Geen urenlange Facebooksessies voor mijn achtjarige. Geen smartphone voor ze er zelf eentje kunnen betalen. En ik merk dat veel leeftijdsgenoten het daarmee eens zijn. De volgende generatie kinderen lijkt duidelijk op een veel strikter internetregime af te stevenen.

Maar tegelijk, ook eerlijk: wat moest ík tien jaar geleden precies met die allereerste mobiele telefoon? En wat deed ik al die uren op MSN? We zijn tien jaar geleden zélf ontzettend vrij gelaten door onze ouders, toen die hele virtuele wereld nog nieuw en onbekend was. En we hebben tegenwoordig zelf voor elk aspect van ons leven een app: we zijn constant online. Toch hebben we er een probleem mee wanneer kinderen dat nu ook doen, terwijl de huidige generatie ouders er duidelijk geen graten in lijkt te zien.

Het verschil zit ‘m in ervaring. Zij zijn niet met onze technologie opgegroeid. Ze hebben werkelijk geen idee van wat je tegenwoordig allemaal online kan uitspoken. Ze gunnen hun kinderen de vrijheid om alle mogelijkheden van het digitijdperk te ontdekken, omdat ze zelf hopeloos achter de feiten aan hollen. Ons nageslacht zal al melktandloos moeten zijn voor ze zich de trotse bezitter van een smartphone mag noemen.

Juist omdat wij zelf de donkere kant van het internet al hebben gezien. Wij hebben aan de lijve ondervonden hoe verslavend chatten kan zijn. Wij hebben alle furieuze tirades die we onze ouders wel wilden maar niet durfden toeschreeuwen op Facebook geplaatst en daar later spijt van gehad. Wij hebben piemels op Chatroulette gezien wanneer we alleen maar een praatje wilden slaan. Wij hebben the hot fucking mess that is Tinder gezien. En geloof ons, ouders anno 2014: dat wil je je twaalfjarige meisje nog wel even besparen. Dus daarom.

Talitha Dehaene