Studentenleven
Enorm toe aan zomer
Vierduizend eerstejaars begonnen in september vol goede moed aan een studie. Een jaar lang volgde Mare drie nieuwkomers. ‘Iedereen zegt altijd dat ontgroenen zo fucking mooi is. Ik weet het niet.’
Marleen van Wesel
woensdag 19 juni 2013
© Taco van der Eb

Ik mis het niet

Muriel Mulder (22)

Studie: gestopt met Japanstudies, nu taalwetenschap (RUG)

Uit: St.-Annaparochie, Friesland

‘Ik heb al twee zevens en twee achten, dus dit gaat wel prima’, vertelt Muriel Mulder over haar nieuwe studie, taalwetenschap aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar ze in februari begonnen is.

In september startte ze in Leiden met Japanstudies. Ze vond het fijn om hier allerlei voorzieningen heel dichtbij te hebben, met ruime openingstijden bovendien. Toch keerde ze na een maand op kamers terug naar haar vriend in het Friese St.-Annaparochie, met wie ze daarvoor al drieënhalf jaar had samengewoond. ‘Inmiddels zoeken we een koophuis. Mij maakt het niet zoveel uit waar we gaan wonen, maar hij wil graag in Friesland blijven. En ik ga sowieso niet meer bij hem weg’, vertelt ze nu.

Dat ze momenteel drie keer in de week twee uur naar Groningen moet reizen voor college, neemt ze voor lief. Wanneer ze die vier mooie cijfers heeft uitgebreid tot een propedeuse, gaat ze voor een logopedieminor naar de Hanzehogeschool.

‘Maar eerst gaan mijn vriend en ik deze zomer een roadtrip maken door Italië. We hebben niks geboekt en er gaat een klein tentje mee. Ik wil in elk geval naar Milaan, Rome, Venetië en Pisa. Verder zien we wel.’

Met Japan houdt ze zich niet meer bezig. ‘Dat deed ik voor die studie ook niet. Ik vond het een interessant land en ik wilde graag een taal studeren. Daarom kwam ik naar Leiden.’

Ook haar studiegenoten spreekt ze niet meer. ‘Ik volg ze hooguit een beetje via Facebook. Leiden had leuke kanten, maar ik mis het niet echt.’

Terug naar Hongarije 

Marton Tompos (24)

Studie: Asian Studies (Politics, society and economy)

Uit: Budapest

‘Ik kan nog net niet vertellen dat ik ben afgestudeerd’, mailt Marton Tompos vanuit Budapest, waar hij sinds een maand weer woont. ‘Maar mijn masterscriptie is voltooid en deze week lever ik mijn laatste onderzoekspaper in. Dus het zit er aan te komen!’

In zijn eerste weken in Leiden sliep hij in een slaapzak op de vloer bij een vriend die wel een kamer had gevonden. Daarna vond hij een kamer in een enorm smerig huis, om in oktober te belanden in een prima studentenflat achter het station.

‘Daar ben ik tot halverwege mei gebleven. Mijn huisgenoot bleek ook een Hongaar te zijn. Ik heb er een goede vriendschap aan overgehouden en leuke herinneringen.’

In het begin moest hij wennen aan de vriendelijke Nederlandse buschauffeurs en pauzes tijdens bioscoopfilms. ‘Nu moet ik weer overstappen op continu Hongaars spreken. Dat is nog niet zo gemakkelijk. En ik heb hier meer verantwoordelijkheden. In Leiden moest ik vooral focussen op mijn studie, maar hier heb ik toch wat meer zorgen, van mijn woning tot mijn familie.’

In het nieuwe collegejaar komt hij nog even terug naar hier. ‘Ik zou de uitreiking van mijn masterdiploma niet willen missen.’

Tot die tijd is hij in Hongarije te vinden aan het Balatonmeer en op de muziekfestivals Sziget en VOLT. ‘Tussendoor probeer ik mijn Russisch bij te spijkeren. Die taal heb ik hard nodig voor mijn toekomstplannen.’

Zijn hoop op een adviseursfunctie in Brussel liet hij halverwege het afgelopen collegejaar varen vanwege zijn vriendin die al die tijd in Budapest op hem wachtte, maar inmiddels lonkt het avontuur weer.

‘Ik wil me focussen op Centraal-Azië, waar Russisch de lingua franca is. Of dat vanuit Hongarije of daarbuiten zal zijn, voor een groot bedrijf, een ministerie of een denktank, dat weet ik nog even niet. Maar in september ga ik pas écht beginnen, aan wat het dan ook gaat worden.’

Good guy voor de nullen

Thijs van Moorselaar (19)

Studie: Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie

Uit: Alphen aan den Rijn

‘Leuk!’ vond Thijs van Moorselaar het afgelopen jaar. ‘Maar echt! Het was ontzettend gezellig. Maar nu ben ik enorm toe aan de zomer.’ Sinds zojuist weet hij dat hij zijn bsa binnen heeft. ‘Ik heb net nog een opdracht ingeleverd. Nog één te gaan en ik moet nog wat tentamencijfers terug krijgen. Ik denk dat ik op vijftig studiepunten uitkom.’

Van studievereniging Itiwana werd hij in september alleen lid voor de korting op studieboeken. ‘Uiteindelijk heb ik die korting niet eens gehad. Na de zomer gaat een vriendin het bestuur in. Misschien word ik dan wat actiever.’

Bij Quintus dook hij aanzienlijk vaker op. ‘Afgelopen weekend hadden we het lustrumgala, in een Belgisch kasteel. En morgen gaan we naar Groningen, op sjaarsdag. We krijgen een rondleiding op de enige legale wietplantage van Nederland. Verder gaan we een beetje pilsen.’

Van Moorselaars hockeyteam in Alphen aan den Rijn houdt intussen stand. ‘Het leek erop dat iedereen na de middelbare school zijn eigen gangetje zou gaan, maar de meesten komen elk weekend nog naar huis.’ Ook zijn studentenhuis is niet veranderd. ‘Hoewel, sinds vorige week is het opgeruimd. Dat is wel een heel verschil.’ Concrete vakantieplannen heeft hij nog niet. ‘Een weekje ergens heen rijden met mijn ouders, en daarna een lastminute met mijn vriendin. We zien wel waar we uitkomen. In de El Cid-week wil ik bij de Introcie. Beetje knappe vrouwen Quintus binnen lullen’, grijnst hij. ‘Dat is wel nodig.’

Hij is deze zomer sowieso pedel van de ontgroeningscommissie van zijn dispuut Da Vinci. ‘Iedereen zegt altijd dat ontgroenen zo fucking mooi is. Ik weet het niet. Misschien komt dat nog, als mijn eigen ontgroening wat langer achter de rug is. Intussen ben ik als pedel gelukkig de good guy voor de nullen.’