Wetenschap
Opinie: Vergeet die dwaze getallen
Het nut van wetenschap meet je niet door publicaties te tellen, betoogt Hendrik Kaptein. ‘Vraag en aanbod zeggen niets over kwaliteit.’
Hendrik Kaptein
woensdag 6 februari 2013

Geesteswetenschappen geven more bang for your buck dan enige andere tak van wetenschap – tenminste, dat beweren Geeske Langejans en Joanita Vroom in Mare van 24 januari jl.

Het lijkt geweldig: waarom zijn geesteswetenschappen ‘een goudmijn voor de Nederlandse samenleving’? Omdat de kennisbenutting en kennisoverdracht van geesteswetenschappen bijzonder goed zijn, althans volgens NWO. Hoe wordt dat gemeten? Aan aantallen publicaties voor een academisch en breder publiek. Cijfers zouden leren dat geesteswetenschappelijk productiviteit en kennisbenutting hoger liggen dan in welke andere tak van wetenschap dan ook. Er is dan ook ‘een berg van populairwetenschappelijke publicaties’ van geesteswetenschap, die laat zien hoe groot de belangstelling er voor is.

En wat is de prijs van al dat moois? Deel de bijdragen van NWO door het aantal publicaties en dan kost een wetenschappelijk artikel 15.868 euro’s en een publiekspublicatie: 242.019 euro’s. Die bedragen liggen een stuk lager dan elders in de wetenschap. Zo zou popularisering van ‘technologie’ bijna 50 (ja, vijftig) miljoen per publicatie kosten. So more bang for your buck with the humanities indeed?

In ieder geval niet op grond van deze getallen. Kost een geesteswetenschappelijke publiekspublicatie inderdaad bijna een kwart miljoen? Moeten de kosten van NWO zelf niet worden meegerekend? Wat kost het universiteiten om NWO-onderzoek te herbergen? Gaat het om marginale of om integrale kosten? En zo voorts. Hooguit kan worden vastgesteld dat per kwart miljoen uitgedeeld NWO-geld 1 (één) geesteswetenschappelijk publicatie is verschenen. Dat is dan weer niet zo veel.

Vergeleken met andere wetenschappen kunnen geesteswetenschappen het dan toch nog steeds heel goed doen. Daarvoor zijn absolute getallen niet nodig. Maar wat leveren dergelijke vergelijkingen eigenlijk op? Wie weet heeft ‘technologie’ minder behoefte aan populariserende publicaties. Of is er gewoon geen publiek voor. Daarmee staat helemaal niet vast dat ‘technologisch’ besteed geld minder wetenschap heeft opgeleverd.

Want meer wetenschap is niet altijd beter. Er wordt nu eenmaal heel veel gepubliceerd dat net zo goed niet had kunnen worden gedrukt. Net zo goed als wetenschappelijke schatten verborgen kunnen blijven in een exponentieel groeiende hoeveelheid publicaties. Grahame Lock schreef het al: ‘De universiteit lijkt op een Russische schoenenfabriek … . Zo’n fabriek produceert elk jaar honderdduizend schoenen, zonder dat iemand zich afvraagt of er iemand op zit te wachten. Zo produceren de universiteiten elk jaar tienduizenden wetenschappelijke artikelen.’

De Sovjet-Unie is weg, maar de universiteit gaat gewoon door. Verreweg de meeste wetenschappelijke geesteswetenschappelijke publicaties worden niet of nauwelijks gelezen, ook niet als zij een beter lot hadden verdiend. Zelfs de ijverigste geleerden kunnen lang niet alles bijhouden. Dus worden inzichten gepubliceerd die al eerder waren afgedrukt. Kundig plagiaat kan putten uit zo onoverzienbaar veel materiaal dat zelfs de beste mensen en machines er niet meer achter komen. Wie schrijft mag in de academie blijven en wie veel schrijft drijft naar boven. Zo veel toonaangevende geleerden over wie nu nog veel wordt geschreven publiceerden zelf te weinig om aan enige Nederlandse universiteit verbonden te kunnen blijven.

Geesteswetenschappelijke productie is dus grotendeels voor de verslaglegging en voor het archief. Ook al worden wetenschappelijke en populariserende publicaties wél gelezen, dat maakt ze nog niet wetenschappelijk. Vraag en aanbod zeggen niets over wetenschappelijke kwaliteit. Hoeveel astrologische, natuurgeneeslijke, magnetische en parapsychologische publicaties verschijnen in Nederland per jaar in populaire media? Dat kan de maatstaf toch niet zijn?

‘Ja, maar dat is geen wetenschap!’ zo zal hierop worden geantwoord: geen serieus tijdschrift publiceert die verzinsels. Is het forum van de wetenschap de maatstaf? Waaraan ontlenen ‘gezaghebbende geleerden’ dan hun maatstaven, voor zover zij het al met elkaar eens zijn? Wetenschap moet meer zijn dan ‘wat in geleerde kringen de toon aangeeft’, anders is er helemaal geen wetenschap. Stapels verzinsels hadden ook hun eigen ‘wetenschappelijk forum’, zoals zo veel meer schijnwetenschap academische status heeft verworven en soms weer is kwijtgeraakt.

Exacte wetenschap en het nut er van kunnen evenmin worden gemeten door publicaties te tellen. Exacte wetenschap is wat zich bewijst in wiskunde en werkelijkheid. Die toets moeten geesteswetenschappen ontberen. Daarmee zijn zij nog niet zinloos. Geesteswetenschappen moeten zichzelf bewijzen, door verrijking van ons begrip van zo veel verschillende voortbrengselen van de geest. Niet door machinerieën van publicatie op gang te houden, maar door originele bijdragen te leveren aan wetenschap die per definitie niet kan worden gemeten. Gelukkig maar.

Gelijkstelling van wetenschappelijk belang en maatschappelijk nut – als verondersteld door Geeske Langejans en Joanita Vroom is niet alleen voor geesteswetenschap dodelijk. Terug naar hun getallen: voor minstens een kwart miljoen euro zijn echt wel nuttiger dingen te bedenken dan één populariserende publicatie van geesteswetenschap.

Gelukkig zijn wetenschap en nut twee totaal verschillende dingen. Wetenschap is wetenschap, met eigen waarde. Diezelfde wetenschap is ook te gebruiken voor de meest uiteenlopende goede en minder goede doelen. Ethiek, de leer van goed en kwaad, moet uiteindelijk uitmaken welke toepassingen van wetenschap de voorkeur verdienen. En die ethiek is geesteswetenschap, net als reflectie op zin en doel van wetenschapsbeoefening in het algemeen. We kunnen dus niet zonder. Maar laat die dwaze getallen voortaan weg. Wetenschap is oneindig veel meer dan markt en calculatie. – Dit stukje wordt u gratis aangeboden, zonder berekening.

Hendrik Kaptein is rechtsfilosoof aan de Universiteit Leiden