Studentenleven
Filosoferen tussen bieten en koeien
Dirk-Jan Zom
donderdag 31 januari 2013
© Marc de Haan

‘Kom maar binnen’, zegt zijn moeder. ‘Hij is achter aan het werk.’ Vanuit een moestuin komt, met kaplaarzen aan, Corneel van Rijn (30) aangelopen. Hij is masterstudent filosofie. En boer. Hij woont in Leiden met zijn vrouw en drie kinderen. Maar regelmatig gaat hij naar Hoogmade, om daar de koeien te melken, bezoekers te ontvangen of de moestuin te schoffelen.

‘Het werd er met de paplepel ingegoten’, vertelt hij over het boerenbestaan. Na verhuizing naar Leiden had hij ook wel eens een ‘duf’ bijbaantje. ‘Maar ik ging weer meer hier werken en kwam erachter dat ik het toch erg leuk vond. Ik ben toen samen met mijn vader en broer een maatschap gestart. Ik vind het gewoon mooi. Het werk is heel afwisselend, het is een prachtige plek die ik al heel lang ken. Je bent je eigen baas. En je hebt de ruimte om te experimenteren.’

Een voorbeeld: de moestuin. Corneel: ‘Mijn opa was niet zo’n tuinder. Ik ben er weer mee begonnen.’ Hij verbouwt nu onder andere bietjes, wortels, courgettes, snijbonen, appels en enkele Zuid-Amerikaanse knolgroenten. Biologisch houdt in: geen chemische bestrijdingsmiddelen en geen kunstmest. Van acht afnemers ontvangt hij ieder 150 euro, waarvoor ze van april tot november iedere week een pakket met groenten krijgen.

Buiten naast de stal springt Corneel een hok in, zo tussen tien jonge koeien. Die reageren onrustig. ‘Omdat ze hier lang bij de moeder blijven, zijn ze geen mensen gewend. Onlangs sprong daarom een van de pinken zo het hok uit. Ik zag ‘m vervolgens de brug over rennen.’ Een oplettende buurman ving het dier in zijn tuin.

De combinatie met de studie is wel moeilijk, vertelt Corneel. ‘Ik ben boer, student en huisvader. Daarom heb ik er wel langer over gedaan. Ik ben hier vaak ’s avonds en in het weekend om te melken. Zaterdag zijn we altijd open, voor de verkoop.’ Dit jaar wil hij afstuderen. Daarna wil hij meer op de boerderij gaan werken.

‘Als ik zeg dat ik studeer, denken mensen vaak dat ik in Wageningen zit, niet dat ik filosofie doe.’ Toch biedt het werken op het land juist ruimte tot nadenken. Corneel: ‘Als ik hier bezig ben, heb ik altijd pen en papier bij me. Dan denk ik na over hoe ik een stuk wil opschrijven of welke argumentatielijn ik wil volgen. Als ik dan een idee krijg, kan ik dat meteen opschrijven.’

De boerderij heeft ook al aantrekkingskracht op zijn kinderen. Corneel: ‘Ze hebben veel ruimte om te spelen, er is een hut, een buitentrampoline. En ze zijn gek op de koeien.’ ‘Ik ben overal gek op’, schreeuwt zijn driejarige zoontje tussendoor. Corneel: ‘Mijn oudste wil nu ook boer worden. Dat zou dan de zevende generatie zijn die boer wordt. Mijn familie is al 150 jaar op deze boerderij actief.’

Vandaag wil Corneel nog even wat oogsten in de moestuin. Daarna moet hij alweer terug naar Leiden, zegt hij. Zijn andere twee kinderen moeten van school worden gehaald.

Meer informatie over de boerderij op boerderijbuitenverwachting.nl