Nieuws
LUF wil geen fusie
De universiteit begint een bureau dat het alumnibeleid verder vorm gaat geven. Het college van bestuur wilde de nieuwe organisatie samen met het Leids Universiteits Fonds (LUF) opzetten. Maar het fonds is niet akkoord gegaan met het plan dat was opgesteld.
Vincent Bongers
donderdag 17 januari 2013

Het LUF is een onafhankelijke stichting die in 1890 is opgericht en wordt gefinancierd door donaties van alumni. Het fonds beheert onder andere een database waar tienduizenden alumni in staan en organiseert activiteiten voor afgestudeerden.

Rector magnificus Paul van der Heijden ‘betreurt’ het dat het LUF niet samen met de universiteit het nieuwe bureau gaat opstarten. ‘We hebben een hele tijd overleg gehad met het LUF vanuit de gedachte dat wij een gezamenlijk een nieuw alumnibureau gingen bemensen’, zei de rector onlangs tijdens een universiteitsvergadering. ‘Dat overleg is op niets uitgelopen. Het LUF wilde niet en dan houdt het op.’

Op facultair niveau wordt er ook veel en op zeer uiteenlopende wijze aan alumnibeleid gedaan, aldus de rector. ‘De nieuwe centrale afdeling gaat samen met de faculteiten dit beleid coördineren.’

Annah Neve, de directeur van het LUF, bevestigt dat het fonds niet samen met de universiteit in het bureau stapt. ‘Er is een plan opgesteld en dat hebben we voorgelegd aan een groep alumni die ons belangeloos adviseren (De Raad van het Fonds, red.).

‘Het gaat om een groep van 600 adviserende leden. Van deze groep waren er 150 aanwezig bij deze vergadering. Dus het voorstel is door veel deskundige ogen bekeken. Uit de vergadering volgde dat een aantal punten in het plan nog verder uitgekristalliseerd moeten worden. Er diende een nieuw voorstel te komen. Dit speelde overigens al in januari 2012.’

Neve wil niet ingaan waar volgens de alumni de pijnpunten lagen. De universiteit besloot vervolgens geen nieuw plan te maken en gaat nu op eigen houtje het alumnibeleid verder uitbreiden. Zowel de universiteit en het LUF benadrukken dat beide partijen blijven samenwerken en dat er geen dubbel werk wordt gedaan.