Achtergrond
Waar komt dat sadisme vandaan?
Door het excessieve geweld van Mexicaanse drugskartels werd Juárez de gevaarlijkste stad op aarde. Een verse doctor en aanstaand promovendus ervoeren het geweld van dichtbij.
Frank Provoost
woensdag 10 oktober 2012
© Teun Voeten

Get the picture and get the fuck out

Oorlogsfotograaf en antropoloog Teun Voeten (1961) publiceerde vorige maand het fotoboek Narco Estado, Drug Violence in Mexico. Als promovendus wil hij er ‘dieper induiken’ door interviews te houden met de beulen die de gruwelijke executies uitvoeren.

Mijn strategie was telkens: ik ga er twee weken heen en dan weer weg. Get the picture and get the fuck out. Je bent je leven er gewoon niet zeker. Je went aan het geweld, terwijl je juist op je qui-vive moet blijven. Na twee weken ben je ook echt wel burned out. Maar ik heb een luxepositie, kan komen en gaan. Kun je voorstellen hoe het voor de bewoners is.

'Hoe weinig een leven in Juárez waard is, zie je op de foto van een pauperkerkhof in de woestijn. Op een omgevallen, roestig bordje staat M-N-I: Masculina Non Identificado. De autoriteiten zeggen altijd dat het maar criminelen zijn die elkaar afmaken, maar in dat anonieme graf ligt wel gewoon een mens. What a way to die.

'Toen het rond 2007 in Mexico echt uit de klauwen begon te lopen, werd Juárez de gevaarlijkste stad op aarde genoemd, gevaarlijker dan Bagdad of Mogadishu. Ik was ontzettend nieuwsgierig en ging erheen. Veel collega's vonden het paparazzi crime chasing. Ik heb de naam vooral sociaal-politieke conflicten te fotograferen. Daarom dachten ze: wat moet hij nou met zo'n bendeoorlog van een stelletje locals?

'Maar het gaat veel dieper. Het is een complete desintegratie van de samenleving. De georganiseerde misdaad neemt functies over van de staat en ondergraaft het monopolie van geweld. De drugskartels zijn hypergewelddadige ondernemingen die ongestoord hun keiharde roofdierkapitalisme kunnen uitoefenen. Dat is allemaal mogelijk in een zwakke staat waar misdaad en autoriteit naadloos in elkaar overvloeien.

'Normaal gaat het in conflicten alleen om het elimineren van de tegenstander. Over het algemeen heeft de mens een natuurlijk ingebouwde weerzin tegen al te grote wreedheden en bestaat er respect voor het stoffelijk overschot. Maar in Mexico krijgt het geweld een communicatieve dimensie. Mensen worden op de meest vreselijke manieren vermoord, en de lijken worden op de meest verschrikkelijke manieren tentoongesteld, in stukken gehakt, in plastic zakken gestopt. Drugskartels gebruiken sociale media en zetten executies op YouTube. In mijn fotoboek staan enkele screenshots, dan zie je ze met kettingzagen slachtoffers onthoofden. Zo markeren ze hun territoria, laten ze zien hoe wreed ze wel niet zijn en zaaien ze angst en terreur. Body messaging heet dat, met een smerige term.

'Na 22 jaar oorlogen fotograferen is dit het meest extreme geweld dat ik heb gezien. Hoe sterk beeldtaal ook is, ik wil er als antropoloog dieper induiken. Na alle omzwervingen keer ik terug in de schoot van mijn alma mater. Als buitenpromovendus ga ik het in Leiden onderzoeken.

'De drugshandel in Mexico is al zeventig jaar oud, vanwaar opeens die escalatie? Waar komt dat sadisme vandaan? Sommige slachtingen lijken op Azteekse rituelen. Nu wil ik niet zeggen dat wreedheden in het bloed zitten, maar het kan zijn dat de kartels dat culturele aspect willen imiteren, dat ze in feite nog Azteekser willen zijn dan de Azteken. Er zijn theorieën dat ze zich laten inspireren door Al Qaida, met die onthoofdingen op internet. Het kan ook dat die lui stijf staan van de coke. Dat stompt de zintuigen zo af, dan ben je tot dat soort dingen in staat.

'Je kunt heel erg gaan filosoferen over geweld en symbolische waarde ervan, maar ik moet wel een raakvlak hebben met wat er daadwerkelijk in het veld gebeurt. Daarom wil ik diepte-interviews houden met de beulen. Dat is moeilijk, maar mogelijk. Er zijn ook huurmoordenaars die hun hart hebben uitgestort. Die zien zo'n interview als een biecht.

'Je kunt het proberen bij jongens die gearresteerd zijn en het liefst ook zijn uitgeleverd aan Amerika - daar zijn de gevangenissen tenminste nog veilig.

'Met gasten die levenslang hebben gekregen wil ik proberen een band op te bouwen om uiteindelijk te zeggen: luister, you're fucked anyway, je kunt nu net zo goed de wetenschap dienen.'

We zitten gevangen in ons eigen huis

Jorge Balderas Domínguez (1969) promoveerde op het drugsgeweld in zijn eigen woonplaats Juárez. ‘Iedereen heeft een plan B: de grens over.’

'Ik ben in er geboren en heb er mijn hele leven gewoond. Juárez was een stad met een bruisend nachtleven, een beetje zoals Amsterdam. Opeens ontplofte het geweld en waren de restaurants, bars en clubs totaal verlaten. Bij de allereerste bomaanslag, twee jaar geleden, bevond ik me op anderhalve kilometer afstand. Op het hoogtepunt van de karteloorlog vielen er 24 doden per dag, allemaal in de publieke ruimte. Als je dan je dagelijkse route reconstrueert, besef je hoe dicht je langs alle doden bent gekomen.

'Als burger ben je altijd bang. Met de kinderen door het park lopen of even de stad in gaan, dat doe je niet meer. Het gevoel dat iedereen heeft, is dat van een gevangene in je eigen huis. Net als iedereen denk ik ook soms aan een plan B: het land uit, de grens over. Of misschien naar een rustiger oord in Mexico. Alleen zijn zulke plekken steeds moeilijker te vinden.

'Ik had veel vragen en nauwelijks antwoorden. Hoe kon dit gebeuren? In mijn proefschift heb ik geanalyseerd hoe het geweld het sociale leven heeft beïnvloed. Verhalen van burgers zijn belangrijk omdat ze wezenlijk verschillen van de verklaringen van de officiële instanties.

'Mede door de politiek kon het geweld exploderen. De huidige regering, onder leiding van president Felipe Calderón, heeft onder invloed van de Verenigde Staten de kartels de oorlog verklaard. Inmiddels zijn er zo'n zestigduizend slachtoffers gevallen. Het werd altijd ontkend, maar dankzij Wikileaks weten we dat overal in Mexico Amerikaanse inlichtingendiensten zitten. Maar door de enorme corruptie heeft de War on Drugs nauwelijks effect. De Mexicaanse elite, zowel politiek als economisch, richt zich enkel op haar eigen belangen. Overal ter wereld zie je dat mensen beter tegen criminaliteit vechten als de welvaart beter is verdeeld.

'In Mexico probeert de regering een politiestaat te creëren die heel zwak op de drugskartels reageert, maar wel keihard optreedt tegen de eigen burgers en de sociale beweging. Na Occupy Wall Street gingen wereldwijd activisten de straat op. In Mexico City trok een grote menigte naar de banken en om er te wijzen op hun connecties met de kartels. Ze werden meteen allemaal opgepakt. Toen een nieuwe groep demonstranten hun vrijlating kwam eisen werden ook zij onmiddellijk gearresteerd.

'Afgelopen november stuurden academici, intellectuelen en andere verontruste burgers een brief naar het Internationaal Strafhof in Den Haag om te proberen de president aan te klagen voor oorlogsmisdaden. Daarop verklaarde regering alle juridische middelen in te willen zetten om de aanklagers aan te pakken. Maar dat ging om dertigduizend mensen! Tegelijkertijd blijkt dat de graad van straffeloosheid in ons land 97 procent bedraagt. Oftewel: slechts drie procent van alle vergrijpen komt voor de rechter.

'Iedereen wordt getroffen. Ik interviewde een groep studenten die door een groep gemaskerde militairen werd overvallen. Ze moesten op de grond gaan liggen en hun mobiele telefoons en identiteitsbewijzen inleveren. Zowel jongens als meisjes werden in het gezicht geslagen. Even later kwamen de overvallers terug, en verontschuldigden zich dat ze een fout hadden gemaakt. Twee weken na mijn interview werd in dezelfde buurt zestien studenten geëxecuteerd. De vraag wie daar achter zit, is gevaarlijk om te beantwoorden. Er zijn een paar erg moedige journalisten die het proberen, maar die hebben inmiddels allemaal het land verlaten. Wie blijft, tekent zijn doodsvonnis.

'Vooral de lokale media is het geweld een manier om geld te verdienen. Zij richten ze zich uitsluitend op het in beeld brengen van gruwelijke details zoals afgesneden lichaamsdelen. Die sensatiezucht moet veranderen. Een kwaliteitskrant als La Jornada uit Mexico City beschrijft na een aanslag niet het spoor van bloed, maar juist de achterliggende context.

'Er is ook goed nieuws. Het wordt iets rustiger. Juárez is niet meer de gevaarlijkste stad ter wereld. Er wordt nu één moord per dag gepleegd. Langzaam komt de publieke ruimte weer tot leven. Cafés en restaurants zijn minder uitgestorven.

'Maar het slechte nieuws is dat het geweld zich over het land uitspreidt. Toch ben ik blij dat ik na mijn promotie in Leiden weer naar huis ga. Ondanks alles blijft Mexico een prachtig land.'